Arm en Rijk 3.5 Nederland 280923

 H3 Arm en rijk
3.5 Rijke steden, arm platteland
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

 H3 Arm en rijk
3.5 Rijke steden, arm platteland

Slide 1 - Diapositive

Lesprogramma
9.55-10.00 Welkom
10.00-10.02 Lesplanning en leerdoelen
10.02-10.08 Begrippen rood/groen
10.10 -10.25 Lezing Arm en rijk in Nederland
10.25 -10.30 Instructie workshoptijd
10.30 - 11.00 Workshoptijd keuzemenu
11.03 - 11.13 Blooket / kahoot checkout!
11.13 -11.15 Opruimen en afsluiten 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat besteedbaar inkomen is.
  • Je kunt uitleggen wat de armoedegrens is.
  • Je kunt voorbeelden geven van rijke en arme gebieden (provincies) in Nederland.
  • Je kunt uitleggen welke mensen van de landelijke gebieden naar de steden verhuizen en waarom ze dat doen.
  • Je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn van de trek naar de stad voor de leeftijdsopbouw en het gemiddelde inkomen van de mensen die achterblijven.
  • Je kunt uitleggen wat sociaal-economische status is.
  • Je kunt uitleggen wat de sociaal-economische status van mensen te maken heeft met leefstijl en levensverwachting.
  • Je kunt positieve kenmerken noemen van het wonen op het platteland, die laten zien dat je voorzichtig moet zijn met het trekken van conclusies over arm en rijk als je alleen naar inkomen kijkt.

Slide 3 - Diapositive

Begrippencheck
Je krijgt nu 10 begrippen of situaties te zien. 
-->klopt de stelling dan laat je de groen kleur zien (naar voren)!
-->klopt de telling niet dan laat je de rode kleur zien (naar voren)!

Je moet je antwoord kunnen uitleggen!

Slide 4 - Diapositive

Begrip 1
Bebouwingsdichtheid = het aantal huizen in een straat.

Slide 5 - Diapositive

Begrip 2
Braindrain = Het wegtrekken van laagopgeleide mensen.

Slide 6 - Diapositive

Begrip 3
Lorenzcurve = Grafiek die de  welzijnsverschillen in een land weergeeft.

Slide 7 - Diapositive

Begrip 4
Een voorbeeld van een welvaartsziekte is:

Malaria

Slide 8 - Diapositive

Begrip 5
  1. WOZ - waarde = Waarde Overgehevelde  Zaken.
  2. Aan de hand van de WOZ-waarde betaal je belasting ?


Slide 9 - Diapositive

Begrip 6
Dumping = Het voor een lage prijs op de wereldmarkt verkopen van geproduceerde overschotten.

Slide 10 - Diapositive

Begrip 7
Corruptie komt in alle landen voor?

Slide 11 - Diapositive

Begrip 8
structurele werkloosheid= je hebt tijdelijk even geen werk!

Slide 12 - Diapositive

Begrip 9
Een voorbeeld van werken in de formele sector = Een baan bij de Mc Donalds

Slide 13 - Diapositive

Begrip 10
Een voorbeeld van sociale cohesie is : een buurtfeest houden!

Slide 14 - Diapositive

Lezing Paragraaf 3.5
Deze lezing duurt ongeveer 12- 15 minuten en al gaan over arm en rijk in Nederland. Maak voor jezelf aantekeningen!

Slide 15 - Diapositive

Niet alleen binnen steden...
maar ook binnen Nederland.
Verschillen in welvaart

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Netto inkomen:

€2000,-
- €1797

Besteedbaar:
€203,-

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Diapositive

Vergrijzing
Stijging van het percentage mensen boven de 65 jaar.
Sociaal-economische status
Het aanzien dat iemand heeft in de samenleving en dat vooral afhankelijk is van inkomen, opleiding en beroep.

Slide 23 - Diapositive

Sociaal-economische status
Het aanzien dat iemand heeft in de samenleving en dat vooral afhankelijk is van inkomen, opleiding en beroep.

Slide 24 - Diapositive

Wat valt op?
In gebieden met rode kleur is de sociaal economische status lager (meer armen).

In gebieden met de lichtgele kleur (Randstad) hogere inkomens (hogere salarissen).

Slide 25 - Diapositive

Lage sociaal-economische status
Kenmerken
lage opleiding, laag inkomen, werk met weinig aanzien, ongezonde leefstijl. 
De mensen worden er minder oud.

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Leefbaar platteland
Armoede is niet hetzelfde als ongelukkig zijn.
 Landelijk gebied:
 - minder geluidsoverlast en luchtvervuiling
 - woningen en grond goedkoper
 - Groente verbouwen in eigen tuin en delen met buren

Slide 28 - Diapositive

Hoe komt dat?
In gebieden met rode kleur is de sociaal economische status lager. (meer armen)

In gebieden met de lichtgele kleur  (Randstad) hogere inkomens
In de Randstad vind je vaak meer en betere banen, hoge inkomens en veel voorzieningen. Goed opgeleide jongeren trekken hierheen
In landelijke gebieden ver van de stad is vaak minder werk. In de industrie, horeca en industrie vind je vaak eenvoudige banen. De jongeren trekken weg, ouderen blijven achter (vergrijzing).

Slide 29 - Diapositive

Waarom trekken jongeren naar de stad? Noem 3 redenen.

Slide 30 - Question ouverte

Workshoptijd tot 11.00
Opdrachten maken van paragraaf 3.4 en 3.5!
Keuze uit WB of Thieme online!

Klaar? Begrippen leren TW

Slide 31 - Diapositive