Les 13 en les 14: Verzekeren tegen risico

Vragers en aanbieders H2



Verzekeren tegen risico

1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vragers en aanbieders H2



Verzekeren tegen risico

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Verplichte verzekeringen

  1. Zorgverzekering
  2. WA-verzekering brommer/scooter/auto

Slide 3 - Diapositive

Particuliere verzekeringen
Vrijwillige verzekeringen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Formules
Verwachte schadebedrag = kans op schade x schadebedrag
Voorbeeld: De kans dat jouw huis, dat € 250.000 waard is, afbrandt is 0.01%. 
  • Bereken het risico, ook wel genoemd: verwachte schade
  • 0,01 / 100 x € 250.000 = € 25
  • Bereken de premie, ook wel genoemd: de prijs v/d verzekering
  • Premie =  
(kans op schade x gemiddeld schadebedrag) + kosten v/d verzekering

Slide 6 - Diapositive

Verzekeringsbegrippen
Risico-aversie
  • Een hekel hebben aan het lopen van risico, uit angst voor onverwachte.
Asymmetrische informatie (= ongelijke informatie)
  • De ene partij beschikt over meer informatie dan de andere partij. Dit doet zich voor bij verzekeringen wanneer de ene partij meer weet (van de kans op schade) dan de andere.
Averechtse selectie
  • Houdt in dat de mensen met een hoog risico (slechte risico’s) zich wel verzekeren en de mensen met een laag risico (‘goede risico’s’) niet. Terwijl een verzekeraar voorzichtige mensen (goede risico’s) wil, selecteren ze onvoorzichtige mensen (slechte risico’s). Voor voorzichtige mensen zijn de kosten van verzekeren hoger dan de verwachte uitkering.

Slide 7 - Diapositive

Verzekeringsbegrippen
Moral hazard (= moreel wangedrag)
  • Het gevaar dat mensen zich achteloos en onverantwoordelijk gaan gedragen, als ze zelf niet opdraaien voor de kosten.
    Dit weet de verzekeringsmaatschappij niet van te voren, dus dit is ook een vorm van asymmetrische informatie

Slide 8 - Diapositive

Maatregelen
Collectieve dwang (verplichte solidariteit, vermindert Averechtse selectie)
  • Druk die wordt uitgeoefend om te zorgen dat iedereen zich aan een regel houdt. Dit kan door vastgelegde regels (wetten) die met sancties (strafmaatregelen) worden gehandhaafd, maar ook met ongeschreven regels, sociale normen. Bijvoorbeeld een verplichte verzekering. Ook: het verplicht stellen van het vakbondslidmaatschap.

Premiedifferentiatie (vermindert Averechtse selectie en Moral hazard)
  • Verschillen in premie tussen verzekerden. De slechte risico’s betalen meer premie dan de goede risico's. Vermindert Averechtse selectie en Moral hazard!

Slide 9 - Diapositive

Maatregelen
Eigen risico (of een maximum vergoeding, vermindert Averechtse selectie en Moral hazard)
  • Het bedrag dat je als verzekerde zelf moet betalen bij schade.

Bonusmalus regeling (vermindert Averechtse selectie en Moral hazard)
  • Degenen die weinig schade veroorzaken, krijgen korting op de premie (bonus) en degenen die veel schade veroorzaken, moeten extra premie (malus) betalen.

Slide 10 - Diapositive

BonusMalus regeling

Slide 11 - Diapositive

BonusMalus regeling
Je premie is het 1e jaar € 175 p/m, wat wordt je premie het 2e jaar als je geen schade rijdt?
  • je klimt naar B/M trede 2 (korting 0%)
  • 100 / 120 x € 175 = € 145,83 (=100%)
Wat wordt je premie het 7e jaar als je
  geen schades rijdt?
  • je klimt naar B/M trede 7 (korting 45%)
  • dus 55 / 100 x € 145,83 = € 80,21
Wat wordt je premie als je het 7e jaar
   één schade rijdt?
  • je daalt naar B/M trede 4 (korting 20%)
  • dus 80 / 100 x € 145,83 = € 116,66

Slide 12 - Diapositive

Gevolgen
Marktfalen
  • De vrije marktwerking wordt verstoord. Op de markt komt geen optimale situatie tot stand. Vraag en aanbod komen niet meer tot een evenwicht
  • Om marktfalen tegen te gaan, zullen verzekeraars proberen meer informatie te krijgen van de potentiële klant.
Transactiekosten
  • Meer informatie verzamelen verhoogt de transactiekosten. Dit zijn de kosten die gemaakt worden om een (verzekerings) overeenkomst te realiseren  en na te leven.

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag
Maken --> Opgave 2.1 t/m 2.9

Hoe? -> Eerst lezen in stilte, daarna fluisterend overleggen
Hulp? -> Vinger de lucht in!
Klaar? --> Opgaven 2.10 en 2.11

10 minuten voor het einde klassikaal nakijken van 
de opgaven 2,3 2,4  2,5 en 2,7.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Vragers en aanbieders H2



Verzekeren tegen risico

Slide 16 - Diapositive

Agenda
Korte quiz

Klassikaal bespreken vraag 2.4 en 2.5

Opgaven maken 2.9 t/m 2.14

Slide 17 - Diapositive

Een verzekering sluit je af als je kans hebt op ................             
en je wilt dat het vergoed wordt door de verzekering.

Verzekeren is het overnemen van de ..................................                              
van een schade van een verzekerde door een verzekeraar. 
Een  ............................................   noem je ook wel een verzekeringsmaatschappij.

De .................................... is degene die een verzekering afsluit bij een verzekeraar. 

De ............................................. is het bedrag dat je voor de verzekering moet betalen.
verzekerde
financiële gevolgen
verzekeraar
premie
schade

Slide 18 - Question de remorquage

Wat betekent asymetrische informatie voor de verzekeringsmaatschappij?
A
Verzekerde heeft meer informatie dan verzekeraar
B
Je beschikt allebei niet over de juiste informatie
C
Verzekeraar heeft meer informatie dan verzekerde
D
Verzekerde is iemand anders dan de verzekeringsnemer

Slide 19 - Quiz

Wat is averechtse selectie ?
timer
0:10
A
als de verzekeraar premiedifferentiatie toepast
B
als de slechte risico's de verzekering verlaten
C
Als de goede risico's de verzekering verlaten
D
Als iedereen zich verzekert

Slide 20 - Quiz

Een verzekering sluit je af als je kans hebt op ................             
en je wilt dat het vergoed wordt door de verzekering.

Verzekeren is het overnemen van de ..................................                              
van een schade van een verzekerde door een verzekeraar. 
Een  ............................................   noem je ook wel een verzekeringsmaatschappij.

De .................................... is degene die een verzekering afsluit bij een verzekeraar. 

De ............................................. is het bedrag dat je voor de verzekering moet betalen.
verzekerde
financiële gevolgen
verzekeraar
premie
schade

Slide 21 - Question de remorquage

Aantal verzekerde fietsen
  • 0,25 * 400.000 = 100.000

Kosten per verzekerde fiets
  • Aantal verwachte gestolen fietsen * dagwaarde per fiets

  • 0,1 * 100.000 = 10.000
  • 10.000 * 300 = 3.000.000

Premie
  • 3.000.000 / 100.000 = € 30

Slide 22 - Diapositive

Gewenste winst
  • 200.000

Slide 23 - Diapositive

Gewenste winst
  • 200.000

Hoe gewenste winst berekenen?
  • TO - TK = TW

TO
  • Aantal verzekerde fietsen * premie

TK
  • Verwachte schadebedrag
  • Administratiekosten

Slide 24 - Diapositive

Gewenste winst
200.000

Hoe gewenste winst berekenen?
TO - TK = TW

TO
  • 100.000 * premie

TK
Verwachte schadebedrag
  • 3.000.000
Administratiekosten
  • 3 * 100.000

Slide 25 - Diapositive

Wat is de gemiddelde schade per groep?

Groep 1
  • €20.000 * 0,01 = € 200

Groep 2
  • €20.000 * 0,02 = € 400

Groep 3
  • €20.000 * 0,03 = € 600

Wanneer verzekert een groep zichzelf?
  • Als de gemiddelde premie <  gemiddelde schade  

Slide 26 - Diapositive

Aan de slag
Maken --> Opgave 2.10 t/m 2.14

Hoe? -> Eerst lezen in stilte, daarna fluisterend overleggen
Hulp? -> Vinger de lucht in!


10 minuten voor het einde klassikaal nakijken van 
de opgave 2.11

Slide 27 - Diapositive