VRKI

Lesdoelen:
Aan het einde van deze les:
 weet je: 
1)Wat er bedoeld wordt met preventie (hoofdstuk 3.9).
2)Waarom preventie zo belangrijk is. 
3) Een drietal preventiemaatregelen bij woonhuizen 
4) Hoe de VRKI 2.0 gebruikt moet worden 

Daarnaast kun je de VRKI kaart toepassen bij casuïstiek => dat gaan we donderdag 2e lesuur behandelen. 
Uitleg lesdoelen en het belang van de VRKI (WFT Examen! )
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMBOStudiejaar 2,4

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Lesdoelen:
Aan het einde van deze les:
 weet je: 
1)Wat er bedoeld wordt met preventie (hoofdstuk 3.9).
2)Waarom preventie zo belangrijk is. 
3) Een drietal preventiemaatregelen bij woonhuizen 
4) Hoe de VRKI 2.0 gebruikt moet worden 

Daarnaast kun je de VRKI kaart toepassen bij casuïstiek => dat gaan we donderdag 2e lesuur behandelen. 
Uitleg lesdoelen en het belang van de VRKI (WFT Examen! )

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt er bedoeld met brandpreventie?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is brand- en inbraakpreventie zo belangrijk voor verzekeraars?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschil tussen Inbraak-  en Brandpreventie: 


Inbraakpreventie: zorgvuldig sleutelbeheer; alle deuren en ramen dicht als je de woning verlaat etc. 

Brandpreventie: 
1. Voorkomen van een brand (door organisatorische en bouwkundige maatregelen) 
2. Zo snel mogelijk brandmelding (denk aan automatische doormelden brandweer) 
3. Brandbestrijding (blussen en uitbreiding voorkomen => brandblussers bijv. )

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande maatregelen is een preventiemaatregel?
A
bij inbraakschade: het laten aanbrengen van noodglas
B
bij brandschade: het opslaan van inboedelrestanten op een andere locatie
C
bij waterschade: het (laten) wegpompen van water
D
bij gebruik van de open haard: het jaarlijks (laten) vegen van de schoorsteen

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Voorbeelden van preventie
Richtlijnen en certificeringen inbraakpreventie. 

1.  De Verbeterde Risicoklassenindeling voor woningen geeft in een matrix het inbraakrisico aan en de preventiemaatregelen die getroffen kunnen worden (Zie document VRK1 2.0)
2. Voor eenvoudigere woningen, wooncomplexen en wijken bestaat het Politiekeurmerk Veilig Wonen.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Punt 3) Politiekeurmerk Veilig Wonen  
Het  PKVW is een keurmerk voor eenvoudigere woningen. Een woning die voldoet aan de eisen en is voorzien van een certificaatsticker, heeft tot 90% minder kans op een inbraak. Een erkend PKVW-bedrijf controleert of de woning voldoet aan de gestelde eisen; het bedrijf laat ook weten welke maatregelen de eigenaar nog moet treffen voordat het bedrijf het PKVW-certificaat afgeeft.



Inbraakchecker 
Extra uitleg

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een particulier wil zijn woning laten beveiligen door een erkend Politie Keurmerk Veilig Wonen (PKVW)-beveiligingsbedrijf.

Wat is een belangrijk argument om de woning te beveiligen?
A
Dieven kunnen dan niet meer binnen komen.
B
De particulier verdient de beveiligingskosten terug door de premiekorting die hem dit bij de verzekeraar oplevert.
C
De kans op inbraak door gelegenheidsdieven wordt verlaagd.

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

BORG 

Op inbraakbeveiligingsgebied kent Nederland de Nationale Beoordelingsrichtlijn BORG 2005 versie
2 (BRL BORG 2005-2), kortweg BORG genoemd.

Het beheer en de kwaliteitsontwikkeling van BORG valt onder de verantwoordelijkheid van het Centrum
Criminaliteitsbeheersing en Veiligheid (CCV).
BORG moet gebruik maken van het VRKI. 
Hoe werkt het nu: Stel; mijn man en ik hebben EUR 100.000 aan lijfsieraden. Wij moeten voldoen aan een bepaalde risicoklasse (vastgesteld door VRKI uitleg volgt later). Dan gaat een BORG gecertificeerd bedrijf dit installeren (kwaliteitslabel). Dit bedrijf geeft een  BORG certificaat af waarin staat dat de beveiliging voldoet aan de gestelde eisen vanuit het VRKI. Dat bewijs kan aan de verzekeraar worden overhandigd. 

Verschil BORG en Politiekeurmerk Veilig Wonen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom geven bijna alle verzekeraars korting bij
inbraakpreventie?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke soorten preventiemaatregelen zijn er (het zijn er 3)?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Preventiemaatregelen!!! 
OBE maatregelen
O = Organisatorisch
B = Bouwkundig
E = Elektronisch
Extra uitleg

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeelden: 
Organisatorisch
- goede bereikbaarheid van blusmiddelen;
- regelmatige controle en onderhoud van de brandblusapparatuur;
- regelmatige controle van stekkers en snoeren voorkomt dat losse snoeren beschadigen;
- zorgen voor een goede orde en netheid in huis. 
Bouwkundige maatregelen 
- gebruik van brandvrij of brandvertragend materiaal;
- het plaatsen van brandmuren.
Electronisch
- alarminstallaties
- rookmelders
Extra uitleg

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inbraakpreventiemaatregelen worden gewoonlijk ingedeeld in drie categorieën. Het sluiten van ramen en afsluiten van deuren voor vertrek uit een woning is een voorbeeld van een inbraakpreventiemaatregel.

Tot welke categorie maatregelen hoort deze inbraakpreventiemaatregel?
A
Organisatorische maatregelen.
B
Bouwkundige maatregelen.
C
Elektronische maatregelen.

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn voorbeelden van een organisatorische en een elektronische brandpreventiemaatregel?
A
Het sluiten van een brandverzekering en het aanschaffen van blusapparatuur.
B
Het legen van asbakken in een metalen afvalemmer en het ophangen van rookmelders.
C
Het aanbrengen van een vonkenvanger op een schoorsteen van een gebouw met een rieten dak en het monteren van een brandscherm voor een open haard.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoofdstuk VRKI
Met de Verbeterde Risicoklassenindeling (VRKI) wordt het inbraakrisico van woningen en bedrijfsgebouwen bepaald, waarna passende beveiligingsmaatregelen kunnen worden gekozen.

Deel A
1. Bepalen van de risicoklassenindeling 
Voor woonhuizen wordt gekeken naar de totale waarde van de attractieve goederen.
2. Kiezen van beveiligingsmaatregelen(lees beveilingsniveaus) => hoe hoger de waarde van de attractieve zaken. Hoe hoger de klasse. Hoe zwaarder de beveiligingseisen. 

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stap 1: Bepalen attractieve zaken
Nanja heeft al een aantal jaren haar opstal- en inboedelverzekering bij verzekeraar  X ondergebracht. 
Haar oma is overleden. Zij heeft € 100.000 geerfd. Van dit geld wil zij EUR 75.000 besteden aan de koop van enkele Swarovski beeldjes. Welke risicoklasse volgens de VRKI is nu van toepassing? 
Uitleg Attractieve Zaken

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een klant heeft de volgende bezittingen:
Een klant heeft de volgende bezittingen: lijfsieraden € 19.000,-
pc € 6.000,-
antieke kast, zware uitvoering € 14.000,-
cd's en dvd's € 5.000,-
audio-apparatuur € 20.000,-
waarde overige inboedel € 80.000,-
De woning van de klant heeft het Politie Keurmerk Veilig Wonen (PKVW).
Welke risicoklasse?
A
1
B
2

Slide 19 - Quiz

Het gaat bij de VRKI om attractieve zaken => computer, antiek, kunst, sieraden,
Daarnaast gemakkelijk te verhandelen EN gemakkelijk mee te nemen (lees onder je arm)

Lijfsieraden, audio-apparatuur,  PC vallen hier onder.
DeeI B. Organisatorische maatregelen
Organisatorische maatregelen (O)

Organisatorische maatregelen maken het de inbreker moeilijk, waardoor

deze kan besluiten af te zien van een poging tot inbraak en/of diefstal.
Voorbeelden: het uit zicht halen van waardevolle zaken, het wegnemen van opklimmogelijkheden en het plannen van onderhoud voor technische prevent afspraken maken over alarmopvolging (politie, brandweer enzovoort);

Bij O2 heb je ze niet alleen maar heb je ze ook beschreven.



Uitleg combinaties van beveiligingsmaatregelen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Bouwkundige maatregelen (BK)
Bouwkundige maatregelen (BK1 enz.) 

BK-maatregelen zijn bouwkundige maatregelen die bijdragen aan de inbraakwerendheid van de buitenschil of compartimentering van het gebouw. Dit zijn maatregelen die betrekking hebben op de beveiliging van ramen en deuren, zoals complete inbraakwerende gevelelementen, inbraakwerend hang- en sluitwerk, rolluiken en rolhekken.

BK 2 => 3 minuten inbraakwerend
BR 3= 5 minuten inbraakwerend  etc



Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Compartimenterings maatregelen
Compartimentering maatregelen:
Compartimentering voorziet een ruimte van een gebouw van een bouwkundige schil. Dit kan worden
uitgevoerd door: 
1. een bouwkundige beveiliging van een ruimte;
2. een inbraakwerende kast, safe of kluis.

Zie VRKI => afhankelijk attractieve waarde EN welke combinatie eis. 
CO1 => geen prestatie-eis voor inbraakwerendheid.
CO2=> prestatie-eis 3 min. inbraakwerend 
CO3=> 5 min. inbraakwerend
CO4=> 10 min. inbraakwerend







Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Meeneembepekende maatregelen (ME)
Meeneembeperkende maatregelen (ME)
Dit zijn maatregelen die de zichtbare drempel voor de inbreker zo hoog mogelijk maken.

• het koppelen van zaken met kabels en sloten (bijvoorbeeld computers met een kabel koppelen aan het bureau); 
• het verankeren van objecten aan vloer of muur;
• het verbergen van zaken of het verplaatsen van zaken naar of op hogere of lagere verdiepingen of
een lastig bereikbare plek.

Zie VRKI document voor ME1 / ME2 / ME3 / ME4 
ME4=> denk bijvoorbeeld aan een mistgenerator. 

Verschil en overeenkomst CO en ME

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Elektronische beveiligingsmaatregelen (EL)
Elektronische beveiligingsmaatregelen (EL)

Bij elektronische beveiligingsmaatregelen in relatie tot het inbraakrisico gaat het om elektronische
inbraakdetectiesystemen. Voorbeelden: het installeren van een inbraaksignaleringssysteem dat is aangesloten op een erkende BORG Particuliere Alarmcentrale (PAC), beveiligingsverlichting en camerasystemen.

NB Grade 2 => staat aangegeven in de tekst of moet je zelf kiezen. Je hoeft het niet te 'bedenken"


Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Alarmtransmissie (AT)
Alarmtransmissie (AT)

Bij een gecertificeerd alarmsysteem komt het uitgezonden alarm binnen bij een Particuliere Alarmcentrale (PAC). De PAC geeft de alarmmelding dan door aan degene die het alarm moet opvolgen.






Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deel B. Reactie (RE)
Reactie (RE)

Hierbij valt te denken aan alarmopvolging, bijvoorbeeld in de vorm van een melding via de telefoon aan een sleutelhouder. Ook hieraan kan de verzekeraar eisen stellen.


Zie VRKI RE1 . RE2 etc. 



Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarvoor dient de Verbeterde Risicoklassenindeling 2.0 (VRKI 2.0)?
A
Uitsluitend voor de beoordeling van de inbraakgevoeligheid.
B
Voor de beoordeling van de inbraakgevoeligheid en de bepaling van de meest geschikte inbraakpreventieve maatregelen.
C
Voor de beoordeling van de brand- en de inbraakgevoeligheid en de bepaling van de meest geschikte brand- en inbraakpreventiemaatregelen.

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

VRKI Samenvattend:
Stap 1: bepaal de juiste risicoklasse. Aan de hand van de waarde van de attractieve zaken (= meenemen onder je arm!)
Stap 2: bepaal welke beveligingsmaatregelen genomen moeten worden

Stap 3: In de casus wordt aangegeven welke maatregelen er al getroffen zijn. Aan de hand van het schema VRKI geef jij aan welke maatregelen nog ontbreken om te kunnen voldoen aan de VRKI - eis. 




Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

EINDE!!!! 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
- Hoe ging het?  
- Hebben jullie vragen? Was alles duidelijk
Paar vragen in LessonUp => kijken of jullie de theorie erachter begrijpen
- Gezamenlijk casus maken

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van onderstaande zaken valt niet onder attractieve zaken van de inboedel?
A
Een antieke bank
B
Lijfsieraden.
C
Postzegelalbums

Slide 31 - Quiz

Attractieve zaken zijn waardevolle zaken zoals sieraden en computerapparatuur, die ‘onder de arm’ mee te nemen zijn. Een antieke bank is niet makkelijk onder de arm mee te nemen.
Op basis waarvan wordt de risicoklasse bepaald
A
Aalleen de waarde van de attractieve zaken
B
alleen de waarde van de inboedel
C
zowel de waarde van de inboedel als de waarde van attractieve zaken

Slide 32 - Quiz

De risicoklasse wordt bepaald op basis van de waarde van de attractieve zaken. Hoe hoger de waarde van de attractieve zaken van de inboedel, hoe hoger de klasse en daarmee hoe zwaarder de beveiligingseisen.
De volgende attractieve zaken zijn in de woning:
EUR 20.000 lijfsieraden
EUR 15.000 audiovisuele apparatuur
EUR 30.000 aan verzamelingen

De volgende maatregelen zijn genomen:
O1 + BK1 + EL2 +AT2 en RE2.
Welke preventiemaatregel raad je aan om aan de VRKI-eisen te voldoen?

A
O2
B
SD1
C
EL3
D
CO2

Slide 33 - Quiz

De attractieve waarde is totaal € 65.000,-. Hiermee valt Jeroen in risicoklasse 2.
Voor de eerste combinatie voldoet Jeroen niet aan BK2.
Voor de tweede combinatie voldoet Jeroen niet aan CO2 en/of ME2
Als Jeroen één van bovenstaande maatregelen nog treft, voldoet hij aan de VRKI eisen.

Brandpreventie en ontruimingsplan

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bouwkundige maatregelen ken je al?

Slide 35 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Preventiemaatregelen

  • Organisatorische maatregelen
    Eenvoudige maatregelen, zoals deuren afsluiten, lampen aanlaten, etc. 

  • Bouwkundige maatregelen
    Bijvoorbeeld Brandwerende materialen gebruiken

  • Technische maatregelen
    Inbraak alarm plaatsen, sprinklerinstallatie 

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

VRKI
Verbeterde risicoklassenindeling 2.0 (VRKI)
De VRKI wordt door het Centrum van Criminaliteitspreventie en Veiligheid gepubliceerd. De vernieuwde versie is vanaf 1 januari 2020 te gebruiken door verzekeraars, beveiligingsinstalleurs, huisbezitters, ondernemers én assurantieadviseurs bij het ontwerpen, opleveren en onderhouden van (gecertificeerde) beveiligingssystemen.

De VRKI bestaat uit 2 delen, deel A is een risicomatrix met daarin de VRKI kaart en het intakedocument en deel B zijn de uitgebreide definities van de beveiligingsmaatregelen. 

De wijzigen van dit jaar hebben betrekking op deel B:
  • Hoofdstuk 1: enkele definities zijn toegevoegd en een paar bestaande definities zijn verder uitgewerkt. 
  • Hoofdstuk 2: bij ‘Organisatorische maatregelen’ wordt de mogelijkheid genoemd om het inbraaksignaleringssysteem in- en uit te schakelen met een app. 
  • Hoofstuk 6: de minimale eisen bij de omvang van de projectie worden duidelijker per niveau van de elektronische maatregelen weergegeven.
* de oude versie VRKI mag nog tot 1 april 2020 gebruikt worden. 
Hoofdstuk 1; definities
Er zijn in paragraaf 1.1. een aantal definities toegevoegd, namelijk: 

  1. Beveiligingsplan: er is onderscheid gemaakt in risicoklasse 1 en 2 en risicoklasse 3 en 4.  
  2. Risicoanalyse maken: hiermee wordt bedoeld het analyseren van de criminele risico’s.  
  3. Schillentheorie: een hoogrisico-object kan beveiligd worden door wel twaalf verschillende schillen.  
  4. De VRKI zelf.  
  5. Zwaartepunt van het risico: waarop moet de beveiliging zich vooral concentreren. 
De definitie van intakedocument is beter omschreven: 

  • De opdrachtgever moet aantoonbaar kennisnemen van het intakedocument; 
  • De functie is om de ontwerper/adviseur van het beveiligingsplan correct te informeren over de soort, omvang en waarde van de zaken en/of goederen; 
  • Het makkelijkste is om de opdrachtgever het intakeformulier te laten ondertekenen.  

De app
Een app die ervoor moet zorgen dat een inbraaksignaleringssysteem wordt in- of uitgeschakeld is toegestaan volgens de VRKI bij EL1 en EL2 (verschillende klasse). Bij EL2 geldt dat de app moet zijn verstrekt door de leverancier van het centrale controlesysteem (CCS) van het alarmsysteem. Daarnaast moet een systeem vanaf EL2 ook voldoen aan NEN-normen als deze op afstand in- en uitgeschakeld kan worden. 

In de VRKI is de beheerder van het inbraaksignaleringssysteem volledig verantwoordelijk voor de risico’s die verbonden zijn aan het in- en uitschakelen van het alarmsysteem met een app. Daarom wordt in hoofdstuk 2 (organisatorische maatregelen) aandacht gevraagd voor het zorgvuldig toekennen van de autorisaties daarvoor.
Minimale eisen omvang projectie
Wanneer je bv een pand beveiligd en hiervoor een beveiligingsplan gaat opstellen is het belangrijk om te bepalen welke ruimtes er moeten worden voorzien van detectoren en welke schildetectie er minimaal nodig is. 
De VRKI 2.0 omschrijft deze elektronische maatregelen per niveau nu duidelijker. 

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions