paasquiz

Paasquiz
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
GodsdienstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Paasquiz

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wanneer valt Pasen?
A
Ten vroegste 1 april, ten laatste 1 mei
B
Pasen valt altijd op dezelfde dag
C
Eerste dag van de lente
D
Ten vroegste 22 maart , ten laatste 25 april

Slide 3 - Quiz

Waarom eten we eieren met Pasen?
A
symbool voor vruchtbaarheid en boeren verstopten ze het op het land om te hopen voor een goede oogst
B
met Pasen worden er veel eieren gelegd door de kippen
C
Jezus at eieren bij het laatste avondmaal
D
We vonden het gewoon lekker om te eten

Slide 4 - Quiz

Welke gebeurtenis vieren we met Pasen?
Welke gebeurtenis vieren we op Pasen?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Vidéo

Wat betekent verrijzenis?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

Hoe noemen we de zondag voor Pasen?
Naar welk gebruik verwijst deze foto?

Slide 9 - Question ouverte

Wat vieren we op Palmzondag?
A
intocht van Jezus in Jeruzalem
B
de verrijzenis van Jezus
C
Het laatste Avondmaal
D
de kruisiging van Jezus

Slide 10 - Quiz

Hoe heten de bloemen die rond Pasen bloeien?
A
rozen
B
narcissen
C
meiklokjes
D
gerbera's

Slide 11 - Quiz

Wat herdenken we op Goede Vrijdag?
A
intocht van Jezus in Jeruzalem
B
de verrijzenis van Jezus
C
Het Laatste Avondmaal
D
de kruisiging van Jezus

Slide 12 - Quiz

Vroeger was er de traditie dat een jongeman een meisje op Pasen op een originele manier ten huwelijk vroeg. Hoe gebeurde dit?
A
Hij gaf haar een versierd ei cadeau
B
Hij gooide 12 eieren stuk tegen de kerk
C
Hij gaf haar 40 zoenen
D
Hij bracht een kaars mee van een bedevaaartsoord

Slide 13 - Quiz

Pasen is niet van oorsprong christelijk. In welke godsdienst vierde men reeds feest onder de naam “Pesach”?
A
Islam
B
Boeddhisme
C
Hindoeisme
D
Jodendom

Slide 14 - Quiz

Hoeveel dagen na Pasen wordt Hemelvaart gevierd?
A
30 dagen
B
25 dagen
C
40 dagen
D
10 dagen

Slide 15 - Quiz

Palm
zondag
Witte
donderdag
Goeie 
Vrijdag
Stille zaterdag

Slide 16 - Question de remorquage

Hoe heet de periode voor Pasen?
A
Carnaval
B
Vasten
C
Alles went
D
Pre-Pasen

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Lien

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Lien

De Ramadan
Wat is fout?
Tekst
A
moslims vasten van zonsondergang tot zonsopgang
B
de ramadan vindt plaats tijdens de 9e maand
C
tijdens de ramadan mag je niet roken en niet vrijen
D
op het einde van de het suikerfeest betekent 'het feest van het breken van de vasten'

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

En jij? Zou je meedoen aan Tournée Minerale?


A
ja
B
neen

Slide 26 - Quiz

Pontius Pilatus gaf het volk de keuze om Jezus of een andere misdadiger vrij te laten. Wat is de naam van die misdadiger?

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Vidéo

Hoe heet de plek waar Jezus stierf?

A
Getsemané
B
Golgotha
C
Bethlehem
D
Jeruzalem

Slide 29 - Quiz

'Urbi et Orbi' is de traditionele zegen die de paus uitspreekt op Pasen.
Wat betekenen deze woorden?
A
voor de armen en de rijken
B
voor de stad en de wereld
C
voor vrede en geluk
D
voor jou en iedereen

Slide 30 - Quiz

Hoeveel dagen na Pasen wordt Pinksteren gevierd?
A
10 dagen
B
25 dagen
C
40 dagen
D
50 dagen

Slide 31 - Quiz

Zet in de juiste volgorde.
De leerlingen vragen aan Jezus:
‘Waar wilt U dat wij het paasmaal voorbereiden?’
Jezus zegt: 'Een man zal een grote zaal laten zien.’
De leerlingen vertrekken en gaan naar de stad.
Daar vinden ze alles zoals Jezus hun gezegd heeft.
Ze maken er het paasmaal klaar.
Dan neemt Jezus de beker en dankt God.
Hij geeft hun de beker. Ze drinken er allemaal uit.
Hij zegt: ‘Dit is mijn Bloed.’
Ze zingen samen een lied
om God te loven en te danken.
Daarna gaan ze naar de Olijfberg.
Onder de maaltijd neemt Jezus het brood.
Hij breekt het en geeft het aan zijn leerlingen.
Hij zegt: ‘Neem, dit is mijn Lichaam.’

Slide 32 - Question de remorquage

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Diapositive

Slide 50 - Diapositive

Slide 51 - Diapositive

Slide 52 - Diapositive