Bevolking & Ruimte - les 1

Bevolking en Ruimte
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bevolking en Ruimte

Slide 1 - Diapositive

Programma
Binnenkomst + absentie (5 min)
Lezen paragraaf 1, deel 1 / leerdoelen (5 min)
Aan het werk (10 min)
Bespreken paragraaf 1 - deel 1 (15 min)
Nakijken pargraaf 1, deel 1 (10 min)
Huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Lezen
Paragraaf 1, deel 1: Bevolkingsgroei
  • Lezen: klassikaal
  • Tijd: 5 minuten

Leerdoelen:
  1. Je kunt de natuurlijke bevolkingsgroei van een land uitrekenen + of er sprake is van een geboorte- dan wel sterfteoverschot.
  2. Je kunt een leeftijdsdiagram aflezen.
  3. Je kunt aan de vorm van een leeftijdsdiagram aflezen of de bevolking groeit, krimpt of gelijk blijft.

Slide 3 - Diapositive

Hoe bereken je de bevolkingsgroei?
A
geboortecijfer-sterftecijfer
B
immigratie- emigratie
C
natuurlijke bevolkingsgroei- sociale bevolkingsgroei
D
natuurlijke bevolkingsgroei + sociale bevolkingsgroei

Slide 4 - Quiz

Natuurlijke bevolkingsgroei
  • Natuurlijke bevolkingsgroei = Geboorte - Sterfte 
  • Geboorte overschot = meer geboorte dan sterfte
  • Sterfte overschot = meer sterfte dan geboorten

Slide 5 - Diapositive

Sociale bevolkingsgroei
  • Sociale bevolkingsgroei = Immigratie - Emigratie
  • Immigratie = mensen die naar een land toe verhuizen.
  • Emigratie = mensen die een land verlaten om ergens anders te gaan wonen.

Slide 6 - Diapositive

Bevolkingsgroei
Natuurlijke bevolkingsgroei
Natuurlijke bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei
Sociale bevolkingsgroei

Slide 7 - Diapositive

In een land worden 123.500 mensen geboren.
Er gaan 230.000 mensen dood.
In dat zelfde jaar immigreren er 55.300 mensen naar dit land.
Maar er emigreren ook 75.600 mensen.
Is er in dit land een geboorte- of een sterfteoverschot?

Slide 8 - Question ouverte

In een land worden 123.500 mensen geboren.
Er gaan 230.000 mensen dood.
In dat zelfde jaar immigreren er 55.300 mensen naar dit land.
Maar er emigreren ook 75.600 mensen.
Is er in dit land een vestigings- of een vertrekoverschot?

Slide 9 - Question ouverte

In een land worden 123.500 mensen geboren.
Er gaan 230.000 mensen dood.
In dat zelfde jaar immigreren er 55.300 mensen naar dit land.
Maar er emigreren ook 75.600 mensen.
Bereken de bevolkingsgroei/ krimp.

Slide 10 - Question ouverte

leeftijdsdiagram / bevolkingspiramide
=
verdeling van de bevolking (mannen en vrouwen) over verschillende leeftijdsklassen

Slide 11 - Diapositive

Leeftijdsdiagram (bevolkingspiramide)
Hoeveel mannen tussen de 25 en 29 jaar wonen er in Nederland in 2017

Slide 12 - Diapositive

In deze leeftijdsdiagram zie je ontgroening
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Aan het werk
Kopie: Paragraaf 1 -> Bevolkingsgroei
 
Vragen: 1 tm 10 (tot: lees Bevolkingsdichtheid en spreiding') 
 
Hoe: zelfstandig
 
Tijd: 10 minuten 
 
Let op: deze vragen heb je nodig voor de toets 

Slide 14 - Diapositive

Nakijken
Paragraaf 1
Vraag 1 tm 10 (Dus: tot aan  'Lees: bevolkingsdichtheid en spreiding')
 
Hoe: Klassikaal 
 
Tijd: 10 minuten 
 
Let op: deze vragen heb je nodig voor de toets 

Slide 15 - Diapositive

Huiswerk
Lezen paragraaf 1: helemaal!
Maken vragen paragraaf 1: helemaal!

Slide 16 - Diapositive