Leesvaardigheid aanpak HV1

24B -Today's goal
Aan het eind ken je verschillende leesstrategieën en weet je welke je wanneer toepast. Wat is een strategie? 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, mavo, havoLeerjaar 1-4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

24B -Today's goal
Aan het eind ken je verschillende leesstrategieën en weet je welke je wanneer toepast. Wat is een strategie? 

Slide 1 - Diapositive

Hoe doe jij het? Begin je met de vragen of met de tekst?
A
Ik lees eerst de tekst
B
Ik lees eerst de vragen

Slide 2 - Quiz

Ken je al leesstrategieën?

Slide 3 - Carte mentale

Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest: een aanpak. 


- oriënterend lezen
- globaal lezen
- zoekend lezen
- intensief lezen

Slide 4 - Diapositive

bekijken en voorspellen
bekijken en vinden, als een woordzoeker
vlot doorlezen, begrijpen, onderwerp bepalen
alles goed lezen, de volledige tekst begrijpen/kunnen gebruiken
Orienterend lezen=
Globaal lezen=
Zoekend lezen=
Intensief lezen=

Slide 5 - Question de remorquage

Slide 6 - Diapositive

 Leesstrategieën:
wat doe je?
Orienterend: bekijken en voorspellen
Globaal: vlot doorlezen, begrijpen, onderwerp bepalen
Zoekend: bekijken en vinden, als een woordzoeker
Intensief: alles goed lezen, de volledige tekst begrijpen/kunnen gebruiken

Slide 7 - Diapositive

Hoeveel kost het per dag om te parkeren?
A
Zoekend
B
Globaal
C
Verkennend
D
Intensief

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Beschrijf/teken hoe het recept er ongeveer uit moet zien. Voor deze opdracht moet je _____ lezen.
A
Zoekend
B
Globaal
C
Verkennend
D
Intensief

Slide 10 - Quiz

Oriënterend lezen
  • Eerste indruk
  • Lay-out: chat, krantenartikel, menu, 
  • Eerste indruk: titel, tussenkopjes, plaatjes
  • Verwachtingen: waar gaat het over, wat weet je al?

Dit doe je altijd van te voren

Slide 11 - Diapositive

Waar gaan de volgende 2 tekstjes vermoedelijk over?
Raise your hand!

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Globaal lezen/ skimmen
  • Snel doorlezen.
  • Maak je niet druk om moeilijke woorden: als je de tekst maar globaal begrijpt
  • Kijk naar opvallende stukjes.
  • Lees van iedere alinea de eerste en de laatste zin. (ELZA)
  • Je zoekt naar aanwijzingen voor het antwoord. 

Slide 15 - Diapositive

Zoekend lezen/ scannen
  • Scannen: zoeken naar bepaalde, specifieke informatie
  • Bijvoorbeeld in welk jaar iets gebeurde of hoeveel iets kost. 
  • De rest van de tekst hoef je dan niet te lezen.

Slide 16 - Diapositive

Intensief lezen
Intensief lezen: de hele tekst regel voor regel doorlezen:
Dit komt niet zo vaak voor bij leestoetsen.

Slide 17 - Diapositive

Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1: 
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is. 
Situatie 2: 
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3: 
Je hebt morgen een toets over politieke besluitvormingen. Je leest de tekst in je boek maatschappijleer.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoekt de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Intensief lezen
Zoekend lezen
Kritisch lezen

Slide 18 - Question de remorquage

Quickly! In welke volgorde doe je de volgende activiteiten?
Vragen lezen
Antwoorden lezen
Tekst lezen
Stap 1
Stap 2
Stap 3

Slide 19 - Question de remorquage

Meerkeuze vragen 

  1. Lees de vraag
  2. Lees de gegeven antwoorden.
  3. Zoek het antwoord in de tekst
  4. Vaak zijn er één of twee onzinantwoorden
  5. Kijk welk antwoord het meest volledig is. 

Slide 20 - Diapositive

Tips voor tijdens de toets
-Bekijk plaatjes en kopjes
-Lees eerst de vragen en antwoorden!
-Lees ELZA
-'Streep' foute antwoorden weg

Slide 21 - Diapositive

Moeilijke woorden!
My friend is 'particularly' interested in a 'career' in crime and/or police work. He would love to do an 'internship' at the police station to see what it's like. Your uncle works there, right? Could he 'arrange' a place for him? 

Slide 22 - Diapositive