Les 5 Maw H5 Cultuurdimensies

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Programma

In overleg:

1. Check-in 
2. 2.2 Cultuurdimensies: uitleg 
3. 2.2 Cultuurdimensies: zelfstandig werken
4. Check-uit 

2.1 Groepsvorming

2.4 Cultuurdimensies

Leerdoelen

• Ik kan de zes cultuurdimensies van Hofstede noemen en uitleggen welke waarden bij elke dimensie tegenover elkaar staan. Ook kan ik deze dimensies toepassen en herkennen in een bron.
  
• Ik kan de begrippen micro-, meso- en macroniveau uitleggen, toepassen en herkennen in een bron.
  
• Ik kan aangeven wat de beperkingen zijn van het werken met de cultuurdimensies van Hofstede in de wetenschap.

Cultuurdimensies van Hofstede

• Culturen gaan op verschillende manieren om met maatschappelijke problemen en ontwikkelingen. vb. In Italië blijven kinderen langer thuis wonen dan in Nederland.
• Volgens Geert Hofstede (1928-2020) bestaan er patronen in cultuurverschillen. ​
  
• Hij ontwikkelde de dimensies van Hofstede om verschillende culturen met elkaar te kunnen vergelijken. -->

Hoe ziet een dimensie eruit? Als een:

1. Punt
2. Lijn
3. Cirkel
4. Willekeurig patroon

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Cultuurdimensies van Hofstede

• Cultuurverschillen zijn op verschillende niveaus zichtbaar: ​

Microniveau: gezinnen, families, individueel​

Mesoniveau: school, werk, instellingen​

Macroniveau: politiek, religie, instituties​

De dimensies van Hofstede zijn ook op verschillende niveaus toe te passen.

Het voorbeeld van de kinderen die in Italië langer thuis blijven wonen gaat om welk niveau?

1. Micro
2. Meso
3. Macro
4. Alle

Naar hoeveel verschillende combinaties van dimensie en niveau kun je dus onderzoek doen bij een land?

1. 6
2. 9
3. 18
4. 36

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Zet de volgende voorbeelden op de juiste volgorde micro-meso-macro en geef vervolgens met een cijfer aan of het volgens jou een voorbeeld is van veel machtsafstand of weinig is op een schaal van 1 (weinig) tot 5 (veel):
1. In Nederland
2. Bij jullie thuis.
3. Op Thomas à Kempiscollege.

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Geef een cijfer op de schaal van individualisme (1) tot collectivisme (5):
1. In Nederland.
2. Bij je sportclub.
3. Op Thomas à Kempiscollege.

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Geef een cijfer op de schaal van masculien (1) tot feminien (5):
1. In Nederland.
2. Bij je thuis.
3. In je vriendengroep.

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Noem zelf een voorbeeld van een cultuur met een zwakke onzekerheidsmijding en een cultuur met een hoge onzekerheidsvermijding.

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Hoe komt het begrip 'langetermijngerichtheid' terug in de bron. Ga daarbij in op de vraag of Lubach het beleid van het kabinet juist wel of niet langetermijngericht vindt.

Debat: 3x10 min.

 Alleen bij de vrije ronde mag je elkaar in de rede vallen.

10 min. per debat (tijdbewaker (1 buiten debaters) aanwijzen):

1 min. opzetbeurt voorstanders (pers V1)

1 min. opzetbeurt tegenstanders (pers T1)

4 min. Vrije ronde (V2, V3, T2, T3)

1 min. conclusiebeurt voorstanders (pers V4)

1 min. conclusiebeurt tegenstanders (pers T4)

2 min. Nabespreking door middel van jury (3 buiten debaters)

Geef een cijfer op de schaal van soberheid (1) tot hedonisme (5):
1. Nederland.
2. Je sportclub.
3. School.

Voor- en nadelen cultuurdimensies

Voordelen:

• Cultuurverschillen geordend en teruggebracht naar 6 dimensies voor vergelijkingen.

Nadelen:

• Focust op dominante culturen (soms meerdere culturen in een land en individuele verschillen).
• Geen oog voor andere verschillen (bijvoorbeeld macht, conflicten e.d.).

2.1 Groepsvorming

Leerdoelen

• Ik kan de zes cultuurdimensies van Hofstede noemen en uitleggen welke waarden bij elke dimensie tegenover elkaar staan. Ook kan ik deze dimensies toepassen en herkennen in een bron.
  
• Ik kan de begrippen micro-, meso- en macroniveau uitleggen, toepassen en herkennen in een bron.
  
• Ik kan aangeven wat de beperkingen zijn van het werken met de cultuurdimensies van Hofstede in de wetenschap.

Check-uit: wat is je bijgebleven van deze les?