les 1 introductie Middeleeuwen - Franken - Feodalisme
De Middeleeuwen
Het Rijk van de Franken
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
De Middeleeuwen
Het Rijk van de Franken
Slide 1 - Diapositive
Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 2 - Diapositive
Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de vroege middeleeuwen zijn en wat een feodale samenleving is.
Slide 3 - Diapositive
Wat weet jij eigenlijk van de middeleeuwen?
Slide 4 - Carte mentale
Eerst de naam:
De Middeleeuwen
De tijd na het Romeinse Rijk (Oudheid) en vóór de VroegmoderneTijd.
Het ligt in het midden van die twee perioden: tussenperiode
Ongeveer tussen 500 en 1500
Vroege Middeleeuwen: 500-1000
Late Middeleeuwen: 1000-1500
Slide 5 - Diapositive
Tijd van Grieken en Romeinen
(500 v. Chr. - 500 n. Chr.)
Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)
1492: Columbus 'ontdekt' Amerika
(Einde van de Middeleeuwen)
⚓️
476: Val van het West-Romeinse Rijk
(Begin van de Middeleeuwen)
🔥
Tijd van Ontdekkers en Hervormers
(1500-1600)
Tijd van Regenten en Vorsten
(1600-1700)
Tijd van Pruiken en Revoluties
(1700-1800)
Slide 6 - Diapositive
Onrustige tijden in Europa
500-800
Na de val van het West-Romeinse Rijk waren er veel oorlogen
Reizen was gevaarlijk en de meeste mensen leefden in dorpjes.
Grote steden, zoals Rome, waren er niet (meer)
Slide 7 - Diapositive
Het Frankische Rijk
751-870
Het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa.
De bekendste Frankische koning was Karel de Grote.
In het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Video
Histoclips: Karel de Grote
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Het leenstelsel / feodalisme
Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten
Zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen.
Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme
Slide 12 - Diapositive
De leenman
De leenheer:
Karel de Grote
Het leen (de grond) dat de leenman 'in leen' krijgt.
De vier plichten van een leenman:
Hij moest trouw zweren aan de koning;
Hij moest zijn gebied besturen en er recht-spreken;
Hij moest jaarlijks belasting aan de koning betalen;
Als er oorlog was in het Rijk, moest hij met zijn eigen soldaten meevechten in het leger van de koning.
De leenman zweert trouw aan zijn leenheer, Karel de Grote.
Slide 13 - Diapositive
Het Frankische Rijk valt uiteen
Het rijk werd na de dood van Karel de Grote en zijn zoon Lodewijk de Vrome steeds meer verdeeld en verdeeld en verdeeld...
De edelen die deze gebieden bestuurden, 'vergaten soms maar even' dat zij dit gebied offcieel nog steeds in leen hadden van hun leenheer!
Of ze leenden het weer verder uit aan achterleenmannen...
Slide 14 - Diapositive
1500
v. Chr.
1000
v. Chr.
500
v. Chr.
1
500
1000
1500
2000
2050
Sleep de iconen naar de juiste plek in de tijdlijn.
Slide 15 - Question de remorquage
Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.
Is deze uitspraak goed of fout? De man helemaal links op de afbeelding is Karel de Grote.
A
Goed
B
Fout
Slide 16 - Quiz
Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.
Is deze uitspraak goed of fout? Karel de Grote wordt nu de leenheer van de leenman
A
Goed
B
Fout
Slide 17 - Quiz
Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.
Is deze uitspraak goed of fout? De afbeelding is een directe bron over Karel de Grote.
A
Goed
B
Fout
Slide 18 - Quiz
Op deze afbeelding uit de dertiende eeuw belooft een leenman trouw aan Karel de Grote.
Is deze uitspraak goed of fout? De afbeelding gaat over de manier waarop Karel de Grote zijn land bestuurde
A
Goed
B
Fout
Slide 19 - Quiz
Welke plicht heeft een leenman?
A
Hij moet in zijn gebied doen waar hij zin in heeft.
B
Hij moet elke ochtend bijtijds opstaan.
C
Hij moet trouw beloven aan zijn leenheer.
D
Hij moet delen van zijn gebied doorlenen aan onderleenmannen.
Slide 20 - Quiz
Vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
.
Hoe weet je nou of je de informatie die je uit een bron haalt kunt vertrouwen...#fakenews?
Slide 21 - Diapositive
Vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
De vraag of je de informatie uit een bron kunt geloven (of de bron betrouwbaar is), is een probleem waarmee je bij het vak geschiedenis voortdurend te maken hebt. Veel bronnen bevatten onjuiste informatie. Er zijn hulpvragen om betrouwbaarheid te controleren. Je moet letten op drie dingen:
Wanneer is de bron gemaakt?
Hoe is de maker van de bron aan zijn informatie gekomen?
Wat is de bedoeling van de maker van de bron?
Slide 22 - Diapositive
Vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
oefenen:
lees de tekst op de volgende slide
Over Karels kroning in het jaar 800 bestaan verschillende bronnen, maar die spreken elkaar op een belangrijk punt tegen: wist Karel van tevoren dat de paus hem ging kronen?
Slide 23 - Diapositive
Vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
De kroning: versie 1
Er was op dat moment in het Byzantijnse Rijk niemand die de keizerlijke titel droeg. Een vrouw regeerde er. Paus Leo en alle andere bisschoppen die op de kerkvergadering aanwezig waren, dachten dat het goed was de titel te geven aan Karel, de koning van de Franken. Want deze had de macht in Rome, waar de keizers altijd hadden gewoond. Ook heerste hij over veel andere keizerlijke steden in Italië, Frankrijk en Duitsland. De almachtige God vond het goed dat hij over al die plaatsen de baas was. Het was volgens hen beter als Karel dan ook de keizerlijke titel zou krijgen. Karel kon geen nee zeggen tegen dit verzoek. Nederig ontving hij met kerstmis het keizerschap, toen hij door paus Leo werd gekroond.
Naar: De Annalen van Lorsch, geschreven vóór 803.
Slide 24 - Diapositive
Wat vertelt versie 1 over de kroning? Wist Karel wel of niet van het plan, want
Slide 25 - Question ouverte
Vaardigheid: Betrouwbaarheid van bronnen.
.
De kroning: versie 2
De inwoners van Rome hadden paus Leo mishandeld. Ze hadden zijn ogen uitgestoken en zijn tong afgesneden. Daarom riep hij de koning te hulp. Karel ging naar Rome om een eind te maken aan de wanorde in de Kerk. Hij bleef er de hele winter. Het was toen dat hij de titel ‘keizer’ ontving. In het begin had hij echt een hekel aan die titel. Hij zei dat hij die dag geen voet in de kerk zou hebben gezet, als hij had geweten wat de paus van plan was.
Naar: Einhard, Het leven van Karel de Grote, geschreven rond 825.
Slide 26 - Diapositive
Wat vertelt versie 2 over de kroning? Wist Karel wel of niet van het plan, want
Slide 27 - Question ouverte
Om te kunnen beoordelen of een bron betrouwbaar is, moet je kijken wanneer hij is geschreven: kort of lang na de gebeurtenis? Leg uit welke van beide bronnen dan het betrouwbaarst is.
Slide 28 - Question ouverte
Belangrijk is ook hoe de schrijver aan zijn informatie is gekomen. Einhard was aan het hof van Karel opgevoed en was daarna in dienst van hem.
Maakt dat versie 2 minder of meer betrouwbaar?
Slide 29 - Question ouverte
Je moet ook letten op de bedoeling waarmee een bron is geschreven. Versie 2 is een fragment uit een boek dat Einhard schreef om Karel tot voorbeeld te stellen aan andere vorsten.
Maakt dat de bron meer of minder betrouwbaar?
Slide 30 - Question ouverte
Leg nu met argumenten uit welke bron je het betrouwbaarst vindt.
Slide 31 - Question ouverte
Huiswerk
Leren betekenis begrippen 4.8:
hofmeiers, vazallen, leen, leenheer, leenman, leenstelsel en feodaal
Leer KA: Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur