H8 materialen paragraaf 3het broeikaseffect

eindtermen examen
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

eindtermen examen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

paragraaf 3 afvalverwerking

Slide 4 - Diapositive

soorten afval
we gooien dagelijks heel veel weg, kapotte aparaten, lege batterijen, lege verpakkingen, een rotte appel, restjes verf of medicijnen. al deze producten zijn gemaakt van verschillende soorten materialen en kunnen dus ook niet allemaal op dezelfde manier verwerkt worden.

Slide 5 - Diapositive

soorten afval
we maken daarom onderscheid in de volgende groepen afval:

—> GFT (groente, fruit en tuinafval)
—> KCA (klein chemisch afval)
—> papier en karton
—> glas
—> textiel
—> overig

Slide 6 - Diapositive

huisvuil
van alle soorten vuil produceren huishoudens het meeste GFT, papier/karton en overig vuil. de meeste gemeenten hebben er dan ook voor gekozen per huishouden een grote huisvuilcontainer voor deze typen afval beschikbaar te stellen. KCA afval zijn geen grote hoeveelheden, even als textiel en glas. de meeste gemeenten kiezen er dan ook voor om een aantal grote containers  verspreid over de stad of het dorp te plaatsen. gezinnen sparen dan al het glas thuis op en leveren dat eens in de zo veel tijd in op een gezamelijke plaats.

Slide 7 - Diapositive

composteren
GFT afval is afval dat men laat composteren. Dit houd in dat alle organische afvalproducten (organisch is indit geval van plant of dier) op een stuk land worden verzameld. hier worden bacterien, gisten en wormen aan toegevoegd en er wordt extra zuurstof in het afval gespoten (dit hebben de wormen, schimmels en bacterien nodig om het afbraakproces plaats te laten vinden). bij dit afbraak proces komen mineralen vrij, die goed zijn voor de groei van planten. De compost wordt dan ook als kunstmest gebruikt op landbouwgrond om de bodem te verrijken en weer nieuwe gewassen goed mee te laten groeien.

Slide 8 - Diapositive

recyclen
papier, karton, glas en sommige plastics zijn materialen die opnieuw kunnen worden gebruikt. wanneer een materiaal na weg te zijn gegooid bewerkt wordt tot een nieuw product, dan noem je dit recyclen. recyclen is duurzaam om de volgende reden:
—> besparen van grondstoffen

Slide 9 - Diapositive

recyclen en het milieu
zoals je net hebt kunnen lezen wordt papier gerecycled. al het oude papier wordt vermalen tot zeer fijne vezels. aan deze fijne vezels wordt water toegevoegd. er ontstaat dan papierpulp. van deze pulp wordt weer nieuw papier gemaakt. het nieuwe papier dat gemaakt is van het ingezamelde oude papier is vaak wat bruin, grijs of geel van kleur, omdat het oude papier beschreven of bedrukt was met allerlei kleuren, waarvan de kleurstof ook in de pulp is gekomen. voor sommige toepassingen is dit niet erg (denk aan wcpapier, kartonnen dozen of papier dat opnieuw bedrukt wordt met donkere kleuren). voor andere toepassingen is wit papier wenselijker, het gerecyclede papier kan men dan bleken, maar dit is nadelig voor het milieu.

Slide 10 - Diapositive

kringloop
oud papier wordt met een aantal bewerkingen weer tot nieuw papier gemaakt. je spreekt hier dan ook van de kringloop van papier. er is sprake van een kringloop van een stof bij stoffen die steeds opnieuw gebruikt worden. neem bijv. de kringloop van koolstofdioxide en zuurstof. wij ademen koolstofdioxide uit. planten en bomen gebruiken koolstofdioxide bij de fotosynthese en scheiden zuurstof uit wat wij mensen weer inademen. dit proces blijft zich herhalen.

Slide 11 - Diapositive

verbranden en storten
er zijn materialen die niet kunnen worden gecomposteerd en ook (nog) niet kunnen worden gerecycled. Dit overige afval kan men dan verbranden of storten. bij verbranden komt veel energie vrij, wat nuttig kan worden gebruikt. zo kan er elektriciteit mee geproduceerd worden. tevens neemt het afval dan geen ruimte van onze planeet meer in en de kleine restjes vaste stof die over blijven na de verbranding, slakken genaamd. die kunnen als nog gebruikt worden voor de productie van asfalt voor de wegenbouw.  nadeel van verbranden is wel dat er koolstofdioxide vrij komt, dit gas versterkt het natuurlijke broeikaseffect van de aarde waardoor deze sneller opwarmt. dit draagt bij aan klimaatsveranderingen zoals woestijnvorming en smelten van de ijskappen.

Slide 12 - Diapositive

KCA
KCA (klein chemisch afval) kan niet zomaar gestort of verbrand worden. KCA afval bevat namelijk schadelijke stoffen zoals zware metalen. batterijen bijv. vallen onder KCA afval. wanneer je batterijen bij het overige afval gooit worden deze gestort of verbrand. bij verbranden komen er hierdoor giftige stoffen in de lucht en bij storten gaat de buitenkant van de batterij onder invloed van vocht in de bodem en zuurstof in de lucht corroderen. de batterij zal op den duur gaan lekken, waardoor giftige stoffen in de bodem terecht komen en mogelijk ook in het grond-/drinkwater.  deze stoffen worden ofwel op scheikundige manieren geneutraliseerd of afgebroken of veilige opgeslagen.

Slide 13 - Diapositive

milieuvervuiling tegen gaan
milieuvervuiling kun je op 3 manieren tegen gaan, namelijk:

1.) mensen moeten hun gedrag veranderen
dit houd in dat ze hun afval moeten scheiden, zo min mogelijk weg gooien, eerst repareren of weggeven aan een ander etc

2.) de productiemethode of producten moeten veranderen
wanneer productiemethoden veranderen waardoor er bij de productie minder afval ontstaat of waar het product van een kleinere hoeveelheid materiaal gemaakt wordt, dan scheelt dit ook in de hoeveelheid afval. of producten van andere materialen gaan maken die te recyclen zijn.

3.) de manier van afvalverwerking moet veranderen.
beter afval scheiden, zodat meer afval op goede wijze verwerkt kan worden (hergebruik of composteren) i.p.v. alles storten

Slide 14 - Diapositive

plastics scheiden
demo plastics scheiden

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Antwoord A bij het GFT

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Antwoord C bij het Restafval

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Meerdere antwoorden mogelijk, bijv.

Door hout te recyclen hoef je geen nieuw hout te kappen, je bespaart op grondstoffen en spaart hiermee het milieu.

Of

Door te recyclen i.p.v. verbranden komen er geen broeikasgassen vrij.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Pictogram 1 
Niet weggooien in de vuilnisbak (geen restafval)

Pictogram 2 
Dit product kan gerecycled worden. Lever dit product apart in.

Slide 23 - Diapositive

Bekijk de afbeelding hiernaast goed! Tot welke groep afval behoort aceton?
A
GFT
B
KCA
C
Overig
D
Dat kun je hieruit niet op maken

Slide 24 - Quiz

Wat kun je niet composteren?
A
Banaan
B
Plakje Gelderse worst
C
Bloemen
D
Allen zijn te composteren

Slide 25 - Quiz

Stelling:
Het grootste nadeel van afvalverbranden is dat er slakken ontstaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Wat kun je NIET recyclen?
A
Glas
B
Papier
C
Appel
D
Alles is te recyclen

Slide 27 - Quiz

Wat moet je nooit bij het overige afval gooien?
A
Batterijen
B
Bestrijdingsmiddelen
C
Medicijnen
D
Al deze stoffen

Slide 28 - Quiz

Stelling:
Door afval verbranding ontstaat een natuurlijk broeikaseffect
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz