2hva 3-3-2025 - SP H4 ww pv in vt - de, dde, te of tte

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom bij Nederlands!

Todo:

• Liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?
  

Op tafel heb je liggen

• laptop (dicht)
• lesboek
• schrift
• pen

Wat gaan we deze les doen

• Pitch bookbox
• Vragen over het huiswerk
• Uitleg SP H4 (blz. 126) - pv in vt: -de(n), -dde(n), -te(n) of -tte(n)
• Aan de slag met de opdrachten. 

Pitch

Ruben

Noor

Nikki

Vragen over het huiswerk?

Na deze lessen kun je

• persoonsvormen in de verleden tijd op -de(n), -dde(n), te(n) en -tte(n) correct spellen.

Doel

Schrijf de pv in de vt

• De dokter .................................... (vermoeden) een spoedig herstel van de zieke.
• Tijdens zijn debuut .................................... (vertrouwen) de voetballer op zijn uitstekende techniek.
• Na enkele dagen .................................... (staken) de werknemers hun protestactie.
• Ondanks een flinke verkoudheid .................................... Bram nu bijna niet. 

aantekeningen: H4 SP ww (blz. 126)

pv in vt: -de(n), dde(n), te(n) of -tte(n)

Allereerst:

• Met welke werkwoordsvorm heb ik te maken.
• Welke werkwoordsvormen zijn er ook al weer?

pvtt (mv): -den of -ten (Wij worden later dokter 

Wanneer een -d of -dt?

• Bij ww met in de infinitief een d voor de -en uitgang.

Zo kies je tussen -d en -dt

• Bepaal welk ow bij de pv hoort.
• Kies -d bij: ik-vorm en wanneer jij achter de pv staat.
• Kies -dt bij: alle andere gevallen enkelvoud.

Wat:

H3 SP ww (blz. 96): 

Iedereen: maak opdrachten 1 t/m 5

Vwo: maak ook opdracht 6

(Je maakt deze online of in je schrift).

Hoe:

Samen met je buurman/buurvrouw  of alleen.

Klaar:

Maak de extra opdracht(en) online:

Havo: opdracht 9

VWO: opdrachten 7 en 8

Hulp nodig?

Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 

Vraag het de docent als

je het echt niet meer weet.

geel: fluisterniveau 

Overleg met diegene naast je

groen:  fluisterniveau 

Overleg met diegene naast je of vraag het

de docent  

Aan het werk!

Je kunt persoonsvormen in de verleden tijd op -de(n), -dde(n), te(n) en -tte(n) correct spellen.

Doel

Huiswerk

28 februari

Maken: 

H4 SP blz 30: 

Iedereen: opdrachten 1 t/m 4

Vwo: ook opdracht 5

Leren:

theorie SP H3 (blz. 94) en SP H4 (blz. 130).