Geldzaken; les 3 uitgaven en belastingen

Geldzaken; Uitgaven en belastingen
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Geldzaken; Uitgaven en belastingen

Slide 1 - Diapositive

uitgaven
  • Welke soorten uitgaven zijn er?
  • Vaste lasten
  • Belastingen

Slide 2 - Diapositive

Uitgaven
Met welke uitgaven moet je rekening houden? 

  1. Dagelijkse uitgaven
  2. Vaste lasten
  3. Incidentele uitgaven

Slide 3 - Diapositive

Welke vaste lasten zijn er?

Slide 4 - Question ouverte

Wat zijn vaste lasten? 
  • Regelmatig terugkerende betalingen die men als verplichting is aangegaan 
  • Welke betalingen zijn dat?
  • Huur/hypotheek
  • Verzekeringen
  • Belastingen
  • Gas/water/licht
  • Abonnementen  

Slide 5 - Diapositive

Wat is belasting?
Belasting is het geld wat bedrijven en inwoners van een land, bijv. Nederland, vanaf hun 18e verjaardag moeten betalen op bv. inkomen en bezittingen aan de overheid van hun land​

Slide 6 - Diapositive

Welke belastingen zijn er?

Slide 7 - Carte mentale

Twee vormen van belastingen
Directe belastingen betaal je rechtstreeks aan de
Belastingdienst

Indirecte belastingen zijn verwerkt in de prijs van dingen die je koopt

Slide 8 - Diapositive

Directe belastingen:

  • Loonbelasting
  • Inkomstenbelasting
  • Erfbelasting
  • Kansspelbelasting

motorrijtuig belasting
hondenbelasting

Indirecte belastingen:

  • BTW
  • Accijnzen
  • Milieuheffing (Ecotaks)
  • Invoerrechten


Slide 9 - Diapositive

Gemeentelijke belastingen
Goes 2023 (ppp belasting)
+ waterschap (folder)

Slide 10 - Diapositive

BTW - welke tarieven zijn er?

Slide 11 - Diapositive

 BTW- tarieven
Op de meeste producten en diensten zit het hoge BTW tarief: 21%

Op andere producten zit het lage BTW tarief 9%
Luxe behoeften


Noodzakelijke behoeften

Slide 12 - Diapositive

Waarom heft de overheid belasting op alcohol?

Slide 13 - Question ouverte

Begrippen
  • 1 Directe belasting: 
  • 2 Indirecte belasting
  • 3 Btw (belasting toegevoegde waarde)
  • 4 Accijns :  
zijn belastingen die door overheden op directe wijze worden geheven
Zijn belastingen op goederen en diensten, zoals omzetbelasting, accijnzen en invoerheffingen
Belasting die betaald wordt bij de aankoop van goederen en diensten
belasting waarmee de overheid de consumptie van goederen afremt.     

Slide 14 - Diapositive

Waarom betalen we belasting?
Met dat geld betalen we alle dingen die nodig zijn in een land. Wegen bijvoorbeeld, maar ook ziekenhuizen en scholen. De brandweer en de politie krijgen uit de belastingopbrengst betaald. En de mensen in ons land die geen geld hebben, hebben ook geld nodig om te wonen en te eten.​

Belasting kan ook worden geheven als instrument, bijvoorbeeld accijns op tabak om roken te ontmoedigen.​

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Uitgangspunten Belastingen
Profijt
Draagkracht
Solidariteit

Slide 17 - Diapositive

Profijt
Je betaalt voor datgene waar je gebruik van maakt
bv Motorvoertuigenbelasting (i.v.m. de wegen)

Slide 18 - Diapositive

Draagkracht
Wie meer verdient, betaalt meer belasting

Slide 19 - Diapositive

Solidariteit
De overheid wil de welvaart herverdelen. Sterkten helpen de zwakken. Mensen met een hoger inkomen dragen meer bij dan mensen met een laag inkomen of uitkering

Slide 20 - Diapositive

Brutoloon


Premies volksverzekeringen (gebruikt voor betalen van uitkeringen
Loonbelasting
Nettoloon (krijg je op je rekening gestort

Slide 21 - Diapositive

Voorbeeld loonstrook

Slide 22 - Diapositive

Wat zijn vaste lasten? 
  • Regelmatig terugkerende betalingen die men als verplichting is aangegaan 
    Welke betalingen zijn dat?
  • wonen: Huur/hypotheek
  • Verzekeringen
  • Belastingen
  • Gas/water/licht
  • Abonnementen  

Slide 23 - Diapositive

Vaste last: Wonen
koophuis (hypotheek)
huurhuis (huur) 
sociale huur
woonvormen
(niet zelfstandig)

Slide 24 - Diapositive

Woonvormen: 24-uurs zorg

In een woongroep in een woonwijk
  • Gezinswoning die van binnen is aangepast
  • Gemeenschappelijke woonkamer en keuken

Op het terrein van een instelling
  • Soms in een woongroep
  • Soms alleen op een kamer


Slide 25 - Diapositive

Andere woonvormen
Begeleid zelfstandig wonen
  • Eigen appartement
  • Paar keer per dag ondersteuning van een ambulant begeleider

 Zelfstandig wonen
  • Woont op zichzelf in aangepaste (robotica) woning
  • Eén keer per week hulp in het huishouden

Slide 26 - Diapositive

24-uurs zorg
Begeleid zelfstandig wonen
Zelfstandig wonen
Aangepaste gezinswoning
Gemeenschappelijke woonkamer en keuken
Eigen appartement
Paar keer per dag hulp
Robotica woning
Soms in een woongroep
Eén keer per week hulp
Soms alleen op een kamer

Slide 27 - Question de remorquage

Wat is geen vaste woonlast?
A
waterschapsbelasting
B
gemeentebelasting
C
de huur
D
kapper

Slide 28 - Quiz

Voor welke kosten is de energierekening?
A
voor elektriciteit en gas
B
voor de huur
C
voor het waterschap
D
voor de gemeente

Slide 29 - Quiz

Huur moet je iedere maand betalen. Je kunt dat automatisch doen. Dat betekent:
A
dat de huur niet betaald hoeft te worden
B
dat de huur duurder wordt
C
dat je niet iedere maand de huur over hoeft te maken. dit gaat vanzelf
D
dat je het huis gaat kopen

Slide 30 - Quiz

In huis gebruik je energie.
dit is:
A
gas en water
B
water en licht
C
licht en grond
D
gas en electriciteit

Slide 31 - Quiz

Vaste lasten: abonnementen
Wat is een abonnement?
Welke abonnementen zijn er?
Welke abonnementen hebben jullie?
Wat moet je weten als je een abonnement neemt? Op wat moet je letten?
-> bekijk het papier "abonnementen: Kan je al iets invullen???

Slide 32 - Diapositive

Levensmap
- Doe de ppp "belasting" in je levensmap achter het tabblad "belasting"
- Doe de ppp "wonen" in je levensmap achter het tabblad "wonen"
- Vul het papier "abonnementen" in en doe het je levensmap achter het tabblad "abonnementen"

Slide 33 - Diapositive