les 12 - 24 oktober 2024
1 / 32
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
vertaal:
Ik ben naar Italië geweest.
Ik ben naar Italië geweest.
Slide 6 - Question ouverte
vertaal:
Wij hebben het vliegtuig genomen.
Wij hebben het vliegtuig genomen.
Slide 7 - Question ouverte
vertaal:
Hij heeft gekampeerd in Marokko.
Hij heeft gekampeerd in Marokko.
Slide 8 - Question ouverte
vertaal:
Het is mooi weer.
Het is mooi weer.
Slide 9 - Question ouverte
vertaal:
Het was warm.
Het was warm.
Slide 10 - Question ouverte
vertaal:
mijn reis
mijn reis
Slide 11 - Question ouverte
vertaal:
haar rugtas
haar rugtas
Slide 12 - Question ouverte
vertaal:
jullie dorp
jullie dorp
Slide 13 - Question ouverte
vertaal:
hun bergen
hun bergen
Slide 14 - Question ouverte
vertaal:
jouw vakantie
jouw vakantie
Slide 15 - Question ouverte
vertaal:
zijn vriendin
zijn vriendin
Slide 16 - Question ouverte
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
ik kan de passé composé gebruiken
Slide 21 - Sondage
ik kan de voorzetsels voor landen / steden gebruiken
Slide 22 - Sondage
ik kan het bezittelijk voornaamwoord gebruiken
Slide 23 - Sondage
ik kan schrijven over mijn vakantie
