Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
week 3 (lijdend voorwerp, man/vrouw/onzijdig)
Wat gaan we doen?
Mededelingen
Lesdoel
Uitleg
Aan het werk
Vragen
1 / 35
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
35 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wat gaan we doen?
Mededelingen
Lesdoel
Uitleg
Aan het werk
Vragen
Slide 1 - Diapositive
Mededelingen
Schrijfopdracht 2 en 3
Start taalverzorging
Itslearning
Slide 2 - Diapositive
Lesdoel
Aan het eind van de les kun je het lijdend voorwerp in de zin vinden.
Slide 3 - Diapositive
Hoe vind je de persoonsvorm?
Slide 4 - Question ouverte
Met welke vraag kun je het onderwerp vinden?
Slide 5 - Question ouverte
Even opfrissen...
persoonsvorm (pv)
:
Hier begin je altijd mee als je een zin gaat ontleden
Kun je vinden door de zin in een andere tijd te zetten.
Voorbeeld: Hij
zwemt
in de zee. - Hij
zwom
in de zee.
Slide 6 - Diapositive
Werkwoordelijk gezegde
Alle werkwoorden in de zin.
Hij heeft koekjes gebakken.
wwg = heeft gebakken
Hij gooit de bal uit het raam.
wwg = gooit
Slide 7 - Diapositive
Even opfrissen...
onderwerp (ow):
Kun je vinden door de vraag te stellen: wie(/wat) + pv = ow
Hij zwemt in de zee.
Wie zwemt? (Wie/wat + pv = ow)
ow = Hij
Slide 8 - Diapositive
Pak je boek erbij op blz. 106
Bekijk de startopdracht.
Slide 9 - Diapositive
Maak een zin bij het plaatje van de startopdracht.
Slide 10 - Question ouverte
Lijdend voorwerp (lv)
Lijdend voorwerp komt voor in zinnen waarin iets/iemand wat overkomt of iets/iemand wat meemaakt.
Het lijdend voorwerp vinden:
1. Noteer eerst de persoonsvorm (pv), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het onderwerp (ow).
2. Deel de zin op in zinsdelen.
3. Stel de vraag: wat(/wie) + wwg + ow? = lv
Slide 11 - Diapositive
Voorbeeld
Tom fietst graag naar school op zijn nieuwe fiets.
Stap 1
: pv wwg en ow vinden (pv/wwg = fietst, ow = Tom)
Stap 2
: Tom / fietst / graag / naar school / op zijn nieuwe fiets.
Stap 3
: wat fietst Tom? = naar school
lv
= naar school
Slide 12 - Diapositive
Op Facebook heeft Herma vandaag haar profielfoto gewijzigd. (pv/zinsdelen/wwg/ow/lv)
Slide 13 - Question ouverte
Op Facebook heeft Herma vandaag haar profielfoto gewijzigd.
pv = heeft
zinsdelen = Op Facebook / heeft / Herma / vandaag / haar profielfoto / gewijzigd.
wwg = heeft gewijzigd
ow = Herma
lv = haar profielfoto (wat + wwg + ow?)
Slide 14 - Diapositive
Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin:
Op maandag heeft hij haar een mooi cadeautje gegeven.
A
heeft gegeven
B
hij
C
op maandag
D
een mooi cadeautje
Slide 15 - Quiz
Tip
Vind je dit lastig? Maak dan wat extra opdrachten uit De Brug (blz. 224 en 225)
Slide 16 - Diapositive
Aan de slag
Maken: opdracht 1, 2, 3, 4 en 5 (blz. 106-107)
Inleveren op itslearning via het inleverpunt voor 18:00 uur
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Mededelingen
Lesdoel
Uitleg
Aan het werk
Vragen
Slide 19 - Diapositive
Mededelingen
Gelukt met het huiswerk inleveren?
Inleverpunt!
Slide 20 - Diapositive
Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je...
... de woorden
deze, die, dit
en
dat
op de juiste manier gebruiken;
... opzoeken of een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.
Slide 21 - Diapositive
beurtbalkje, nestel, kwik lok, ferrule, skeuomorf, dragonder
1. Noteer voor elk woord
de
of
het.
Slide 22 - Diapositive
beurtbalkje/nestel/kwik lok/ferrule/skeuomorf/dragonder
Slide 23 - Diapositive
beurtbalkje/nestel/kwik lok/ferrule/skeuomorf/dragonder
Slide 24 - Diapositive
beurtbalkje/nestel/kwik lok/ferrule/skeuomorf/dragonder
Iets dat functioneel lijkt, doordat het de verschijningsvorm heeft van iets dat we kennen. Bijvoorbeeld: nepzakken in kleren, spijkers in jeans, de koperen kleur van muntgeld
Slide 25 - Diapositive
beurtbalkje/nestel/kwik lok/ferrule/skeuomorf/dragonder
Slide 26 - Diapositive
beurtbalkje/nestel/kwik lok/ferrule/skeuomorf/dragonder
Slide 27 - Diapositive
Stap 1: Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig
Zelfstandige naamwoorden kun je in het Nederlands verdelen in de-woorden en het-woorden:
De-woorden zijn
mannelijk (m)
of
vrouwelijk (v).
Het-woorden zijn
onzijdig (o)
.
Mannelijk/vrouwelijk/onzijdig? Kijk in het woordenboek of op internet. (voorbeeld: prin-ter
de
; (m) -s)
Slide 28 - Diapositive
Even voor de duidelijkheid...
of een woord mannelijk of vrouwelijk is, heeft meestal niets te maken met mannelijk en vrouwelijk in de
gewone
betekenis.
Slide 29 - Diapositive
Stap 2: nadat je weet of een woord mannelijk of vrouwelijk is
De
-woorden:
deze
en
die
de printer, deze printer, die printer
Het
-woorden: dit en dat
het onderzoek, dit onderzoek, dat onderzoek
Slide 30 - Diapositive
Bij onzijdige woorden hoort...
A
het
B
de
Slide 31 - Quiz
Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je...
... de woorden
deze, die, dit
en
dat
op de juiste manier gebruiken;
... opzoeken of een woord mannelijk, vrouwelijk of onzijdig is.
Slide 32 - Diapositive
Aan de slag
Maken: opdracht 1, 2 en 3 (blz. 108-109)
Inleveren op itslearning via het inleverpunt voor 18:00 uur
Slide 33 - Diapositive
Slide 34 - Diapositive
Huiswerk bespreken
Samen nakijken
Vragen?
Dinsdag: Taalverzorging Spelling H4 -> voltooid deelwoord
Slide 35 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
Janvier 2022
- Leçon avec
11 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
Mars 2021
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
H4 formuleren mannelijke, vrouwelijke of onzijdige (les 2, na uitleg)
Janvier 2022
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Lijdend voorwerp afsluiten + start verwijswoorden dond 18 maart
Mars 2021
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H4 lijdend voorwerp afmaken woensdag + uitleg h4 formuleren
Janvier 2021
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H4 formuleren mannelijke, vrouwelijke of onzijdige (les 2, na uitleg)
Janvier 2021
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
les 9 maart 2021 - GPW stof - formuleren - m/v/o
Mars 2021
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
1TH Taalverzorging Formuleren H.4 NN6
Février 2020
- Leçon avec
11 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1