examentraining

Examen
Tips & Trucs
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Examen
Tips & Trucs

Slide 1 - Diapositive

Signaalwoorden
Zorg dat je:
A) signaalwoorden herkent
B) Weet welk verband ze aangeven
C) Hoe je ze in een zin gebruikt
D) LEER JE SIGNAALWOORDEN!!!!!


Slide 2 - Diapositive

Gevolg / Conclusie / oorzaak
Als je deze signaalwoorden tegenkomt in een tekst, weet je dat de schrijver aan het einde is gekomen van bijvoorbeeld zijn verslag of zijn opsomming van argumenten. Door het signaalwoord weet je dat je nu een gevolg of een conclusie kunt verwachten. 

Slide 3 - Diapositive

after all
tenslotte
all-in all
al met al
as a result
als gevolg daarvan
consequently
dus, daarom
in conclusion
concluderend
in short
kortom
so
dus
therefore
daarom, dus

Slide 4 - Diapositive

Tegenstelling 
Als je deze signaalwoorden tegenkomt in een tekst, weet je dat de schrijver een andere kant opgaat in zijn tekst dan ervoor. De schrijver gebuikt bijvoorbeeld een argument tegen wat ervoor was gezegd. 

Slide 5 - Diapositive

although
hoewel
But
maar
contrary to / in contrast to
in tegenstelling tot
even though
daarentegen
on the one hand …
aan de ene kant …
… on the other hand
… aan de andere kant
however
echter
instead of
in plaats van
in spite of
desondanks
nevertheless
niettemin
besides
behalve
still
toch

Slide 6 - Diapositive

Vergelijking 
Als je deze signaalwoorden tegen komt in een tekst, weet je dat het genoemde dan hetzelfde als iets anders is of er mee te vergelijken is. 

Slide 7 - Diapositive

likewise
evenzo, evenzeer
similarly
op een vergelijkbare manier
such as
zoals
as well as
evenals

Slide 8 - Diapositive

Voorwaarde 
Door deze signaalwoorden weet je dat er een voorwaarde aan iets wordt gesteld in de tekst. Doordat er aan iets voldaan wordt, kan er iets anders gebeuren. 

Slide 9 - Diapositive

if
als, indien
unless
tenzij
provided
mits, op voorwaarde dat
granted that
ervan uitgegaan dat
as/so long as
zolang als
only if
alleen als

Slide 10 - Diapositive

Welk signaal woord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 11 - Question ouverte

Many species of wildlife are becoming extinct __________ the rainforests are being destroyed.
A
because
B
and
C
actually
D
all-in-all

Slide 12 - Quiz

Many species of wildlife are becoming extinct __________ the rainforests are being destroyed.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 13 - Quiz

They like to watch soap operas
____________ films on TV.
A
in fact
B
for
C
and
D
in short

Slide 14 - Quiz

They like to watch soap operas
____________ films on TV.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 15 - Quiz

He did not concern himself with the interests of his own class, and ______________ some thought him arrogant and others thought him stupid.
A
consequently
B
as well as
C
due to
D
as a matter of fact

Slide 16 - Quiz

He did not concern himself with the interests of his own class, and ______________ some thought him arrogant and others thought him stupid.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 17 - Quiz

Stappenplan
  1. Houd de tijd in de gaten.
  2. Kijk naar de titel, inleiding, naam van de schrijver etc.
  3. Wat weet je al van het onderwerp?
  4. Lees eerst de vraag, dan (het stuk van) de tekst.
  5. Probeer lastige woorden te begrijpen via de context.
  6. Lees alinea voor alinea - examenvragen.
  7. Let op de eerste en laatste zin van de alinea.
  8. Bevatten deze een aanwijzing?
  9. Wat is jouw eigen antwoord?
  10. Kies het antwoord wat het dichtste bij jouw eigen antwoord ligt.

Slide 18 - Diapositive

Leesstrategieën
Soms hoef je een tekst niet intensief te lezen om tot het antwoord op de vraag te komen. In de volgende dia's leg ik je nogmaals uit welke leesstrategieën je kunt toepassen op je examen. 


Slide 19 - Diapositive

Leesstrategieën
1 Oriënterend lezen = titel, inleiding, tussenkopjes, bron, afbeeldingen, ander gedrukte woorden.
Je stelt het onderwerp van de tekst vast.
2 Globaal lezen = titel, tussenkopjes, inleiding, slot, eerste en laatste zin van elke alinea daartussen.
Je achterhaalt de belangrijkste informatie.

Slide 20 - Diapositive

Leesstrategieën
3 Zoekend lezen = titel, tussenkopjes, zoek naar kernwoorden die te maken hebben met de vraag, kijk naar anders gedrukte woorden, stop met lezen totdat je het antwoord gevonden hebt. 
Je zoekt naar gerichte informatie. 

Slide 21 - Diapositive

Leesstrategieën
4 Intensief lezen = lees de hele tekst, zoek de betekenis van belangrijke/moeilijke woorden op. 
Je probeert alle informatie in de tekst te begrijpen.

Lees eerst de examenvraag door, voordat je één van deze strategieën gaat toepassen!

Slide 22 - Diapositive

Leesstrategie toepassen
Het is dus belangrijk wat voor soort examenvraag je moet beantwoorden, voordat je een leesstrategie toepast. 

Vragen ze om de leeftijd van een persoon op te zoeken? Dan kun je met de strategie 'zoekend lezen' al tot het antwoord komen i.p.v. de volledige tekst te lezen.

Slide 23 - Diapositive

Aanpak examenvragen
Hierna volgen slides met tips per soort examenvraag. 

Slide 24 - Diapositive

Gatenvragen aanpak
In het examen kan een vraag zitten waarbij je een lege plek (gat) in de tekst moet opvullen met een Engels woord. 

1 zorg dat je weet wat elk woord betekent.
2 titel, plaatje, intro lezen > grote lijn achterhalen.
3 lees tot het gat + 1 zin daarna.
4 check of in de zin een signaalwoord (=belangrijk woord) staat dat je kan helpen. 
5 moet er een positief of negatief antwoord op de plek van het gat staan? Kijk welke vd anwoorden positief of negatief is.
6 als bovenstaande niet tot het juiste antwoord leidt > gokken. 

Slide 25 - Diapositive

ABCD vragen - meerkeuze
Dit zijn meerkeuze vragen waarbij je kunt kiezen uit antwoord A t/m D.

  1. lees titel, plaatje, intro lezen > grote lijn van de tekst achterhalen.
  2. Lees de vraag en streep in de tekst om welke alinea(s) of zin het gaat.
  3. Lees de tekst, streep signaalwoorden aan.
  4. onzin antwoorden wegstrepen. 
  5. Hoe vaak komt het antwoord voor?
Kloppen alle elementen?
Past het in de grote lijn?

Slide 26 - Diapositive

Beweringsvragen (juist / onjuist)
1 Lees eerst de antwoorden en streep je zoekterm aan.
- Namen, plaatsen 
- Hoeveelheden 
- ‘Internationale’ woorden 
Heb je geen van de bovenstaande drie punten, dan zoek je op het woord  
dat jij herkent.

Let op: bij signaalwoorden staan antwoorden! Ga de tekst lezen, onderstreep signaalwoorden en kijk of je hier de antwoorden kunt vinden.  

Kom je er echt niet mee uit? Slim gokken.

Slide 27 - Diapositive

Luisteren
Hier volgen een aantal tips voor de luisteropdrachten in het Centraal Examen Engels.

Slide 28 - Diapositive

Luisterstrategieën
Ook bij een luisteropdracht kun je een strategie toepassen. Volg eerst deze stappen:
Stap 1: wat weet je al over het onderwerp waar je zo naar gaat luisteren?
Stap 2: lees de vraag.
Stap 3: kies een luisterstrategie die je gaat toepassen.

Slide 29 - Diapositive

Luisterstrategieën
1 Globaal luisteren/kijken:
Je probeert alleen de belangrijkste informatie te achterhalen. Je hoeft niet elk woord te begrijpen.

2 Gericht luisteren/kijken:
Je zoekt naar specifieke informatie en luistert woord voor woord tot je deze informatie hoort.

Slide 30 - Diapositive

Luisterstrategieën
3 Intensief luisteren/kijken:
Je luistert/bekijkt het hele fragment van begin tot eind. Je probeert alle informatie te begrijpen. 

Pas één van deze strategieën toe als je een luisteropdracht moet maken op het CE.

Slide 31 - Diapositive

Moeilijke woorden
Kom je een moeilijk woord tegen in het Engels? 
- kijk of je een Nederlands woord of een woord uit een andere taal erin herkent.
- kijk of je een deel van het woord herkent. 
- kun je de betekenis afleiden uit de rest van de zinnen die je hoort?
Grote kans dat je het woord alsnog weet in het Engels!

Slide 32 - Diapositive

oefenen
1. Via het digitale lesmateriaal (Magister – leermiddelen – Allright 2nd Edition – examentrainer). Kies de onderwerpen: vraagsoorten, lezen en kijk -en luistervaardigheid.
2. Examenblad.nl Kies in de linker bovenhoek een jaartal (niet 2020 of 2021). Kies kader – talen – Engels. Maak een (deel van) het examen en kijk het na.
3. https://oefenen.facet.onl/ Hier vind je digitale examens om te oefenen. Let op: soms moet je hiervoor instellingen aanpassen of openen in een andere browser.
4. Youtube, netflix Kijk Engelstalige vlogs, zet de ondertiteling van Engelse films en series uit.

Slide 33 - Diapositive

Het meest belangrijke:
Wees zeker van jezelf! 
Denk aan alle kennis die je de afgelopen vier jaar hebt opgedaan in de Engelse taal. 

You can do it!!

Slide 34 - Diapositive