BB3 Vocab and Stones

BB3 Vocab and Stones
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

BB3 Vocab and Stones

Slide 1 - Diapositive

Addictive
A
verslavend
B
beïnvloeden
C
veroorloven
D
zelfvertrouwen

Slide 2 - Quiz

claim
A
onthouden
B
oplossing
C
beweren
D
motivatie

Slide 3 - Quiz

first impression

Slide 4 - Question ouverte

rewarding

Slide 5 - Question ouverte

devestated
A
inzamelen
B
er kapot van
C
belangrijk
D
verschillend

Slide 6 - Quiz

exctiting
A
spannend
B
vaardigheid
C
ingewikkeld
D
doneren

Slide 7 - Quiz

raise

Slide 8 - Question ouverte

message

Slide 9 - Question ouverte

complicated
A
gemeenschap
B
imago
C
beïnvloeden
D
ingewikkeld

Slide 10 - Quiz

opportunity
A
onderwerp
B
ervaring
C
kans
D
meedoen

Slide 11 - Quiz

feel proud

Slide 12 - Question ouverte

confidence

Slide 13 - Question ouverte

community
A
gemeenschap
B
identificeren
C
ervaring
D
belachelijk

Slide 14 - Quiz

give back
A
gedicht
B
eerste indruk
C
oplossing
D
iets terug doen

Slide 15 - Quiz

experience

Slide 16 - Question ouverte

charity

Slide 17 - Question ouverte

belonend

Slide 18 - Question ouverte

inzamelen

Slide 19 - Question ouverte

gedicht

Slide 20 - Question ouverte

uitdaging

Slide 21 - Question ouverte

speelplaats

Slide 22 - Question ouverte

oplossing

Slide 23 - Question ouverte

ingewikkeld

Slide 24 - Question ouverte

met zich meebrengen

Slide 25 - Question ouverte

Hoe is je weekend?

Slide 26 - Question ouverte

Heb je het naar je zin?

Slide 27 - Question ouverte

Je brengt het weekend vaak door bij Jane, toch?

Slide 28 - Question ouverte

Wat vind je er het leukste aan?

Slide 29 - Question ouverte

Hoe dan ook, ik moet nu gaan.

Slide 30 - Question ouverte

Nou, het was leuk je te zien.

Slide 31 - Question ouverte

Ben je het er mee eens?

Slide 32 - Question ouverte

Ik ben het eigenlijk niet eens.

Slide 33 - Question ouverte

Ik denk dat ik het er mee eens ben.

Slide 34 - Question ouverte

Ik denk dat hij geweldig is.

Slide 35 - Question ouverte

Look! That boy ___ us! (watch)

Slide 36 - Question ouverte

We always ___ to school by bus. (go)

Slide 37 - Question ouverte

The supermarket ___ at eight. (close)

Slide 38 - Question ouverte

He ___ the keyboards in his room now. (play)

Slide 39 - Question ouverte

He teaches English, ....

Slide 40 - Question ouverte

Tim isn't smart, .....

Slide 41 - Question ouverte

Jimmy and Mike play footbal, ....

Slide 42 - Question ouverte

The cat is super cute, ....

Slide 43 - Question ouverte

They aren't working very hard, ...

Slide 44 - Question ouverte