Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Transport
BS2 Het hart
Slide 1 - Diapositive
Lesprogramma
Huiswerk bespreken
Startopdracht hart
Uitleg BS2
Opdrachten maken
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt de delen van een hart noemen met hun functies en kenmerken.
Je kunt de werking van het hart beschrijven en de relatie tussen bouw en werking uitleggen.
Slide 3 - Diapositive
0
Slide 4 - Vidéo
De bouw van het hart
Slide 5 - Diapositive
De bouw van het hart
Slide 6 - Diapositive
De werking van het hart
Systole = samentrekken Diastole = ontspannen
Slide 7 - Diapositive
diastole - systole boezems - systole kamers
Slide 8 - Diapositive
Hartslagfrequentie (Binas 84D1)
Slide 9 - Diapositive
Aan de slag!
Lees BS2 t/m blz. 73
Maak opdr. 12 t/m 17 (HW)
Lees blz. 68
Maakopdr. 6 en 7
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Hartinfarct
Vernauwing/verstopping kransslagaders
Hartweefsel krijgt geen zuurstof meer en sterft af
Oplossing:
dotteren
bypass
Slide 12 - Diapositive
hartinfarct...
1
2
3
Slide 13 - Diapositive
84D2
Slide 14 - Diapositive
84D3
Slide 15 - Diapositive
Hartslagfrequentie
sinusknoop wordt beinvloed door:
het autonome zenuwstelsel(binas 88L)
het hormoonstelsel (binas 89A)
lichaamstemperatuur
Slide 16 - Diapositive
Werking van het hart
ECG
Slide 17 - Diapositive
Vernauwing Bij een bepaalde persoon bevindt zich een vernauwing in een kransslagader. - Leg uit wat het directe gevolg van deze vernauwing is voor de werking van het hart.
Slide 18 - Question ouverte
Artsen spreken niet meer van hartritmestoornissen maar van hartfalen als ook de samentrekking van de hartspiercellen niet meer synchroon verloopt. Het hart pompt dan niet efficiënt. Kleppen staan open als ze dicht moeten zijn.
- Leg in twee stappen uit waardoor het hart inefficiënt werkt als de hartkleppen openstaan terwijl ze dicht moeten zijn.
Slide 19 - Question ouverte
Een patiënt die kortademig is, heeft een verhoogde ademfrequentie. 3p 13 Leg uit hoe een vernauwing van het hart indirect leidt tot een verhoogde ademfrequentie.