H4: TK1 + TK2 (V1G)

WELKOM TERUG!
Mens & Natuur - Mevr. Zwijns (zwn@sgdc.nl)
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

WELKOM TERUG!
Mens & Natuur - Mevr. Zwijns (zwn@sgdc.nl)

Slide 1 - Diapositive

Feitje van de dag

Slide 2 - Diapositive

Regels
1. actief meedoen
2. aandacht voor elkaar
3. als ik praat dan is het stil

Slide 3 - Diapositive

Mededelingen
  • bijenhotel: nog 2 volle lessen (inleveren 23 feb)
  • toetsweek: MN website 'Plant & Dier' en 'Gedrag' 

Slide 4 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
  1. Huiswerk bespreken (Factsheet dier; PK3: wat is gedrag)
  2. TK1: wat is gedrag
  3. TK2: verschillend gedrag
  4. Afsluiting

Slide 5 - Diapositive

Bespreken huiswerk: PK 3 + factsheet dier

Slide 6 - Diapositive

TK 6: aanpassingen bij organismen
PK 2: organen dier
TK 7: evolutie
PK 3: fantasiedier

Slide 7 - Diapositive

Aan de slag!
Wat:
Factsheet Dier
Hoe:
Bespreek je factsheet met je buur
Geef elkaar 1 tip en 1 top
Hulp nodig:
vinger omhoog
Tijd:
5 min
Uitkomst:
je weet wat je nog moet leren voor de toets
timer
5:00
Aan de slag!

Slide 8 - Diapositive

Bespreken huiswerk: PK3
Leerdoelen:
  • Je benoemt het verschil tussen omnivoren, herbivoren en carnivoren en geeft daarbij aan welke soort kiezen deze groepen dieren hebben.
  • Je benoemt hoe de vorm van het lichaam is aangepast aan de functie.
  • Je verklaart waarom poten van een dier zijn aangepast aan de omgeving waarin een dier leeft en gebruikt hierbij de begrippen; topganger, teenganger en zoolganger.
  • Je verklaart het verschil tussen warm- en koudbloedige dieren en hun aanpassingen die hiermee gepaard gaan.

Slide 9 - Diapositive

Omnivoor
Herbivoor
Omnivoor
Herbivoor
Carnivoor
Carnivoor

Slide 10 - Question de remorquage

Herbivoor
Carnivoor
Omnivoor
Ze hebben snijtanden en plooikiezen.
Ze hebben knobbelkiezen.
Ze hebben knipkiezen en hoektanden.
Langste spijsverteringsstelsel
Kortste spijsverteringsstelsel

Slide 11 - Question de remorquage

Slide 12 - Diapositive

Zoolganger
Topganger
Teenganger

Slide 13 - Question de remorquage

Slide 14 - Diapositive

Wat is het voordeel van koudbloedig zijn?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Lien

Waarom is een ijsbeer wit?

Slide 17 - Diapositive

variatie
natuurlijke selectie
doorgeven aan nageslacht

Slide 18 - Diapositive

Hoe werkt evolutie 
bij de mens?

Slide 19 - Diapositive

Leerdoelen behaalt?
  1. Je benoemt het verschil tussen omnivoren, herbivoren en carnivoren en geeft daarbij aan welke soort kiezen deze groepen dieren hebben.
  2. Je benoemt hoe de vorm van het lichaam is aangepast aan de functie.
  3. Je verklaart waarom poten van een dier zijn aangepast aan de omgeving waarin een dier leeft en gebruikt hierbij de begrippen; topganger, teenganger en zoolganger.
  4. Je verklaart het verschil tussen warm- en koudbloedige dieren en hun aanpassingen die hiermee gepaard gaan.

Slide 20 - Diapositive

Gedrag
Mens & Natuur - Mevr. Zwijns (zwn@sgdc.nl)

Slide 21 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt beschrijven wat gedrag is en hoe het ontstaat.
  2. Je kunt het verschil beschrijven tussen een inwendige en uitwendige prikkel en voorbeelden hierbij noemen.
  3. Je kunt het begrip s​leutelprikkel​ beschrijven en hierbij ​3 voorbeelden​ noemen.
  4. Je kunt uitleggen wat een supernormale prikkel is.

Slide 22 - Diapositive

Wat was een prikkel ook alweer?


Zintuigen nemen informatie op uit je omgeving. Die informatie uit de omgeving noemen we prikkels

Slide 23 - Diapositive

Aan de slag!
Wat:
Hoofdstuk 4, theoriekaart 1 lezen + maken
Hoe:
Ieder voor zich
Ga naar de MN website, module gedrag
Hulp nodig:
vraag je buur
Tijd:
10 min
Uitkomst:
je hebt TK 1 af en hebt de bijbehorende leerdoelen gehaald
Klaar?
Ga verder met TK2
timer
10:00
H4: TK1

Slide 24 - Diapositive

Je ziet de reclameborden van de pizzeria en krijgt trek. Dit is een voorbeeld van een ...
A
Inwendige prikkel
B
Uitwendige prikkel
C
Sleutelprikkel

Slide 25 - Quiz

Inwendige prikkel
Uitwendige prikkel
de uitleg van je MN docent
Je bent moe en je moet gapen
een hongerig gevoel
het geluid van een inkomend bericht op je mobiel

Slide 26 - Question de remorquage

Je maag knort. Dit is een ....
A
Inwendige prikkel
B
Uitwendige prikkel
C
supranormale prikkel
D
sleutelprikkel

Slide 27 - Quiz

Sleep de stukjes tekst naar de juiste plek
HAVO
sleutelprikkel
supranormale prikkel

Slide 28 - Question de remorquage

timer
5:00

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Aan de slag!
Wat:
Hoofdstuk 4, theoriekaart 2 lezen + maken
Hoe:
Met je buur
Ga naar de MN website, module gedrag
Hulp nodig:
kom naar mijn bureau
Tijd:
10 min
Uitkomst:
je hebt TK2 af en hebt de bijbehorende leerdoelen gehaald
Klaar?
Ga verder met Huiswerkkaart 1
timer
10:00
H4: TK2

Slide 32 - Diapositive

Aangeboren of aangeleerd?

Slide 33 - Diapositive

Leerdoelen behaalt?
1. Je kunt beschrijven wat gedrag is en hoe het ontstaat.
  • gedrag is alles wat een mens of dier doet
2. Je kunt het verschil beschrijven tussen een inwendige en uitwendige prikkel en voorbeelden hierbij noemen.
  • Dit is een prikkel uit jouw omgeving en noem je een uitwendige prikkel. Er zijn ook prikkels die bij jou van binnenuit komen, die noem je inwendige prikkels. 
3. Je kunt het begrip s​leutelprikkel​ beschrijven en hierbij ​3 voorbeelden​ noemen.
  • Sommige prikkels, roepen altijd hetzelfde gedrag op. Dit heet een sleutelprikkel. Een voorbeeld hiervan is de open snaveltjes van jonge vogeltjes -> daardoor gaan ouders voeren 
4. Je kunt uitleggen wat een supernormale prikkel is.
  • Een supernormale prikkel is een prikkel die sterker is dan een normale sleutelprikkel.

Slide 34 - Diapositive

Leerdoelen behaalt?
5. Je kunt voorbeelden benoemen van verschillende soorten gedrag.
  • comnflictgedrag, imponeergedrag, baltsgedrag, territoriumgedrag
6. Je kunt het verschil benoemen tussen aangeboren en aangeleerd gedrag met behulp van voorbeelden.
  • Aangeboren gedrag al vanaf de geboorte en hoeft niet door ouders worden aangeleerd.  
  • Aangeleerd gedrag is gedrag dat is ontwikkeld doordat een mens/dier het zichzelf leert of van anderen heeft geleerd.

Slide 35 - Diapositive

Pak je EF agenda!
Dinsdag 07 februari
H4 Theoriekaart 1+2
Huiswerkkaart 1 (classroom)
Factsheet dier

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Lien