Bio pubquiz
1 / 48
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Hoe noemt Pim het skelet uit zijn lokaal altijd?
Slide 3 - Question ouverte
Gedrag
Erfelijkheid
Evolutie
Slide 4 - Question de remorquage
Wat is het minst favoriete dier van Pim?
Slide 5 - Question ouverte
Echt of niet echt?
A
Echt
B
Niet echt
Slide 6 - Quiz
Echt of niet echt?
A
Echt
B
Niet echt
Slide 7 - Quiz
Hoeveel opgezette dieren staan er in het biolokaal?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 8 - Quiz
Naar welke zangeres is het eerste gekloonde schaap vernoemd?
A
Aretha Franlin
B
Kate Bush
C
Dolly Parton
D
Beyonce
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Hoe heet de rapper
van de foto?
van de foto?
A
Verbranding
B
Assimilatie
C
Enzym
D
Fotosynthese
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Vidéo
Stel je hebt hier vier jaar op school gezeten. Hoeveel uur biologie heb je dan van Pim gehad?
A
70
B
170
C
270
D
370
Slide 13 - Quiz
Van welk begrip is dit een anagram:
BLURIENAAS
BLURIENAAS
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Waar of niet waar?
Nachtvlinders vliegen in het donker naar lampen omdat ze denken dat het de maan is.
Nachtvlinders vliegen in het donker naar lampen omdat ze denken dat het de maan is.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quiz
Waar of niet waar?
Kamelen hebben geen oogleden
Kamelen hebben geen oogleden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Waar of niet waar?
Als een olifant een muis ziet dan springt hij in de lucht van de schrik
Als een olifant een muis ziet dan springt hij in de lucht van de schrik
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Waar of niet waar?
De zaadcel van een muis is groter dan de zaadcel van een olifant.
De zaadcel van een muis is groter dan de zaadcel van een olifant.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Waar of niet waar?
Ijsberen zijn de enige zoogdieren met haar onder de zolen
Ijsberen zijn de enige zoogdieren met haar onder de zolen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Je hoort van de docent welk woord jullie moeten spellen.
Slide 24 - Question ouverte
Je hoort van de docent welk woord jullie moeten spellen.
Slide 25 - Question ouverte
Je hoort van de docent welk woord jullie moeten spellen.
Slide 26 - Question ouverte
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Wiens konijn is dit?
Slide 30 - Question ouverte
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Wie is hier het missende
onderdeel van het
groenteam?
onderdeel van het
groenteam?
Slide 33 - Question ouverte
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
Wie is hier tegen roken?
Slide 36 - Question ouverte
Slide 37 - Diapositive
Slide 38 - Diapositive
Wie gaf mij dit mooie shirt?
Slide 39 - Question ouverte
Slide 40 - Diapositive
Slide 41 - Diapositive
Slide 42 - Diapositive
Welk woord
staat hier?
staat hier?
Slide 43 - Question ouverte
Welk woord
staat hier?
staat hier?
Slide 44 - Question ouverte
Welk woord
staat hier?
staat hier?
Slide 45 - Question ouverte
Welk woord
staat hier?
staat hier?
Slide 46 - Question ouverte
Welk woord
staat hier?
staat hier?
