bloeddruk

Bloedruk meten
RR
RR
Riva Rocci
Tensie
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
VerzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bloedruk meten
RR
RR
Riva Rocci
Tensie

Slide 1 - Diapositive

‘’Bij het bewaken van de circulatie observeer je vooral de pompfunctie van het hart.’’
Omdat de doorbloeding van weefsels vooral afhankelijk is van de pompwerking van het hart, moet je deze pompfunctie observeren. Je bewaakt de circulatie door de waarden van de polsslag te bepalen en de bloeddruk op te nemen.

Slide 2 - Diapositive

Wat is bloeddruk?
Het hart pompt het bloed met flinke kracht door het lichaam. 
Dat zorgt voor druk op de slagaders.
Bloeddruk/tensie is: De druk die het bloed uitoefent op de slagaderwanden.

Slide 3 - Diapositive

Bloeddruk 
Tijdens het rondpompen van het bloed komt er druk op de bloedvaten te staan, deze druk wordt de bloeddruk genoemd.


Bovendruk: systolisch, het hart knijpt samen en duwt zo het bloed de vaten in

Onderdruk: diastolisch, het hart ontspant en vult zich weer met bloed


Slide 4 - Diapositive

Wat gebeurt er tijdens het bloeddrukmeten?
1: de bloeddrukband drukt het bloedvat  helemaal 
dicht

2: het bloedvat heeft net genoeg kracht om door  de 
                                                                                            band heen te gaan. Je hoort de eerste slag
                    Je meet nu de SYSTOLE                                                        

3: het bloed kan weer "normaal" door  het bloedvat 
stromen. Je hoort de laatste slag.
Je meet nu de DIASTOLE                                                

Slide 5 - Diapositive

De juiste plaats van de bloeddrukband
We meten bij voorkeur aan de linker arm

Slide 6 - Diapositive

Voordat we gaan meten:
Is er de laatste 5 minuten lichamelijke inspanning geweest. Laat iemand eerst rustig zitten
Aangeven dat er tijdens het meten niet gesproken mag worden
De arm ontspannen neerleggen op tafel
De patiënt mag niet met gekruiste benen zitten

Slide 7 - Diapositive

Twee waarden
Bovendruk en onderdruk
Bovendruk = Systole
Onderdruk = Diastole

Slide 8 - Diapositive

Wat heb je nodig om de bloeddruk te kunnen meten?
Bloeddrukmeter
Stethoscoop
Gaasjes
Alcohol 70%
Pen en papier

Slide 9 - Diapositive

Frequentie 
Bij elke hartslag vult het hart zich met bloed. Daarna trekt de hartspier samen om bloed naar je organen en spieren te pompen. Dit lijkt eenvoudig geregeld, maar in werkelijkheid zit hier een ingewikkeld systeem achter.


Tijdens elke hartslag gaan er elektrische prikkels door het hart. Je kan dit vergelijken met een spelletje domino. De cellen in de hartspier vormen samen een reeks dominostenen. Deze geven een elektrische prikkel aan elkaar door. 
Het hart pompt een bepaald aantal malen per minuut (de frequentie) een hoeveelheid bloed in de aorta.

Slide 10 - Diapositive

Meten
Leg de band aan (2 cm boven de elleboogplooi)
Pomp de band op tot het moment dat je de pols niet meer voelt
Pomp er nu nog 30 mmHG extra bij
Leg de stethoscoop in de elleboogplooi
Laat de band langzaam (2 "streepjes" per sec.) leeg laten lopen
Waarde van de systole en diastole onthouden
Band helemaal leeg laten lopen en verwijderen

Slide 11 - Diapositive