4.4 problemen op de arbeidsmarkt

Hoofdstuk 4: Aan het werk
Paragraaf 4: Problemen op de arbeidsmarkt
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 4: Aan het werk
Paragraaf 4: Problemen op de arbeidsmarkt
Hoofdstuk 4
Paragraaf 1

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:

  • welke gevolgen werkloosheid heeft voor mensen en voor de hele samenleving
  • wat de oorzaken zijn van conjuncturele werkloosheid
  • wat de oorzaken zijn van structurele werkloosheid
  • welke andere soorten werkloosheid er zijn
  • hoe werkloosheid bestreden kan worden


LEERDOELEN

Slide 2 - Diapositive

Voor wie is werkloosheid een probleem?

Slide 3 - Question ouverte

Voor wie is werkloosheid een probleem?
Voor de werkloze zelf:
  • je inkomen daalt
  • verlies sociale contacten
  • gevoel nutteloos te zijn
  • twijfel of je nog werk krijgt

Voor de samenleving:
  • welvaartsverschil tussen werklozen en werkenden
  • werkenden zijn bang ook werkloos te worden
  • samenleving betaalt de uitkeringen aan werklozen


Slide 4 - Diapositive

Conjuncturele werkloosheid
het gevolg van minder vraag naar goederen en diensten door afnemende bestedingen.


Conjuncturele werkloosheid is meestal tijdelijk.
 






Slide 5 - Diapositive

Structurele werkloosheid
Structurele werkloosheid = het gevolg van problemen aan de aanbodkant van de economie.


  • Producten raken uit de tijd en worden niet meer gemaakt.
  • Door technologische ontwikkeling zijn er minder werknemers nodig.
  • De productie wordt verplaatst naar lagelonenlanden.
  • Werkzoekenden hebben niet de opleiding voor de banen die er zijn.


Structurele werkloosheid is vaak blijvend.



Slide 6 - Diapositive

Verschil tussen regio's
Kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele
Regionale werkloosheid
regionale werkloosheid 2017
Werkloosheid die in bepaalde gebieden van het land hoger is dan gemiddeld in het land.

Slide 7 - Diapositive

Frictie werkloosheid

  • Na opleiding of ontslag heb je tijd nodig om een nieuwe baan te vinden.
  • Kortdurend
  • Studie → baan
  • Baan → andere baan



Slide 8 - Diapositive

Seizoenswerkloosheid
Tijdelijk (kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele)



Voorbeelden
IJsverkoper in de winter
Skileraar in de zomer
Strandtent in de winter

Slide 9 - Diapositive

Wanneer je een tijdje per jaar niet kunt werken noem je deze werkloosheid ...
A
structurele werkloosheid.
B
seizoenswerkloosheid.
C
verborgen werkloosheid.
D
conjuncturele werkloosheid.

Slide 10 - Quiz

Welke werkloosheid is niet tijdelijk?
A
seizoenswerkloosheid
B
structurele werkloosheid
C
regionale werkloosheid
D
frictiewerkloosheid

Slide 11 - Quiz

Welke vorm van werkloosheid krijg je wanneer bedrijven zich naar het buitenland verplaatsen?
A
regionale werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid

Slide 12 - Quiz

In Groningen ligt het werkloosheidspercentage lager dan in Zuid-Holland. Welke vorm van werkloosheid is dit?
A
Seizoenwerkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Regionale werkloosheid

Slide 13 - Quiz

Je bent klaar met je studie en bent op zoek naar een baan. Je bent een korte periode werkloos om een baan te zoeken.
A
Regionale werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Frictie werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 14 - Quiz

Wie kan werkloosheid oplossen? En hoe?

Slide 15 - Question ouverte

Wie kan werkloosheid oplossen?
De overheid kan:
 
  • belastingen verlagen
meer koopkracht - meer vraag - meer productie - meer werk

  • zorgen voor werkgelegenheid
meer banen - meer werk

Slide 16 - Diapositive

Wie kan werkloosheid oplossen?
Werkgevers kunnen:
  • lonen verhogen
meer koopkracht - meer vraag - meer productie - meer werk

  • loonmatiging toepassen = beperking van loonstijging
goedkoper produceren - concurrerend - meer productie - meer werk


Slide 17 - Diapositive

Aan de slag
Wat: Maken paragraaf 4.4
Wie: Individueel
Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt)
Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw
Tijd: 15 minuten

Klaar: ga verder met de herhalingsopdrachten

Slide 18 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:

  • welke gevolgen werkloosheid heeft voor mensen en voor de hele samenleving
  • wat de oorzaken zijn van conjuncturele werkloosheid
  • wat de oorzaken zijn van structurele werkloosheid
  • welke andere soorten werkloosheid er zijn
  • hoe werkloosheid bestreden kan worden


LEERDOELEN

Slide 19 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen:

  • welke gevolgen werkloosheid heeft voor mensen en voor de hele samenleving
  • wat de oorzaken zijn van conjuncturele werkloosheid
  • wat de oorzaken zijn van structurele werkloosheid
  • welke andere soorten werkloosheid er zijn
  • hoe werkloosheid bestreden kan worden


LEERDOELEN

Slide 20 - Diapositive