2BKA MAANDAG 18 DECEMBER 2023

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

2BKA MAANDAG 18 DECEMBER

10 MINUTEN LEZEN!

huiswerk vandaag

NE:   m. opdr. 11 t/m 16 (Lezen 4.3) + Test Jezelf H1.3 en 2.3 

LET OP:

HOOFDSTUK 5 HOEF JE NIET TE LEREN VOOR JE TOETS!

MAAR: je moet in de samenvatting van H5.3 op je stencil wel nog even ALLE TEKSTVERBANDEN & SIGNAALWOORDEN invullen (zie H3.3!)

UITDELEN IN TE VULLEN SAMENVATTING VOOR TOETS LEZEN [2X N]!

Een logo kan een beeld zijn met alleen letters zoals het logo van Ikea. 

 Er zijn ook logo’s met een plaatje erbij zoals het logo van Pringles. Dit plaatje is vaak een eenvoudig symbool of tekeningetje.

Verschillende soorten logo's:

Het logo van Apple is een goed voorbeeld van een logo met alleen een tekening.

Je kunt ook alleen je initialen gebruiken zoals bij het logo van McDonalds.

huisstijl en logo

HUISSTIJL bestaat uit LOGO en bepaalde kleuren.

Voorbeelden logo

DEZE LES:

HERHALEN THEORIE 

LEZEN 1.3, 2.3 en 3.3

HERHALEN THEORIE 1.3....

THEORIE 1.3: In deze paragraaf herhaal je:

• de manieren van lezen nauwkeurig lezen en verkennend lezen;

• hoe je het onderwerp en deelonderwerp van een tekst vindt;

• de Moeilijke-woordenwijzer;

• de signaalwoorden die een opsomming, tegenstelling en tijdsvolgorde aangeven.

In deze paragraaf leer je:

• de manieren van lezen zoekend lezen en studerend lezen.

EN THEORIE 2.3....

THEORIE 2.3: In deze paragraaf herhaal je wat je geleerd hebt in 

leerjaar 1:

– de tekstdoelen informeren, overtuigen, activeren, amuseren;

– verwijswoorden;

• In deze paragraaf leer je:

– de tekstdelen inleiding, kern en slot herkennen;

– de signaalwoorden herkennen die een voorbeeld aangeven.

EN THEORIE LEZEN 3.3....

In deze paragraaf leer je:

• meningen en argumenten herkennen;

• signaalwoorden die een reden aangeven;

• wat een betoog is;

• signaalwoorden die een conclusie aangeven;

• hoe je de hoofdgedachte van een tekst vindt en opschrijft.

SAMEN LEZEN THEORIE LEZEN 3.3!

THEORIE LEZEN 4.3

In deze paragraaf herhaal je:

• de tekstdoelen herkennen;

• de kernzin van een alinea aanwijzen.

In deze paragraaf leer je:

• tekstsoorten herkennen;

• over beeld en opmaak in een tekst;

• wat het leespubliek van een tekst is.

LET OP:

ZORG DAT JE ZO SNEL MOGELIJK ALLE TEKSTVERBANDEN MET HUN SIGNAALWOORDEN KENT!

ALLE OPDRACHTEN VOOR PW LEZEN:

LEZEN 1.3: opdr. 1-9, 12-18, 25  + Test Jezelf Lezen 1.3

LEZEN 2.3: opdr. 1-15, 17-25 + Test Jezelf Lezen 2.3

LEZEN 3.3: opdr. 1-11, 13-19 + Test Jezelf Lezen 3.3

LEZEN 4.3: opdr. 1 t/m 5, 8 t/m 16 + Test Jezelf Lezen 4.3

DEZE OPDRACHTEN MOET JE UITERLIJK 10 JANUARI ALLEMAAL GEMAAKT HEBBEN!

HUISWERK:

WOENSDAG 20 DEC:

NE: m. Test Jezelf H3.3 en 4.3 

+ l. tekstsoorten en tekstdoelen

KLAAR? BEGINNEN AAN INVULLEN SAMENVATTING!