Zintuigen
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Zintuigen
Slide 2 - Carte mentale
horen, zien, ruiken, proeven en voelen
Zintuigen gebruik je de hele dag door.
Ja
Nee
Slide 3 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke smaken proef je met je tong?
A
Zoet, bitter, zout, zuur en umami
B
Zoet, zuur en zout
C
Vies en lekker
D
Pittig, zoet, zout en bitter
Slide 5 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 6 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Maar wat is het Nederlandse woord voor umami?
A
Pittig
B
Zuur
C
Hartig
D
Vies
Slide 7 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 8 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat zijn smaakpapillen?
A
Blaasjes op je tong, zodat je je tong niet kan verbranden
B
Smaakpapillen is een ander woord voor je tong
C
Smaakzones op je tong
D
Zenuwuiteinde die signalen sturen naar je hersenen
Slide 9 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Wat heb je geleerd over je tong en smaak?
Slide 10 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 11 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 12 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Kunnen mensen met een grote neus beter ruiken?
Ja
Nee
Slide 13 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 14 - Vidéo
Cet élément n'a pas d'instructions
Wie kunnen er beter ruiken?
Mannen
Vrouwen
Slide 15 - Sondage
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe komt het dat vrouwen beter kunnen ruiken?
Slide 16 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Hoe komt het dat als je verkouden bent, je minder proeft?
A
Je smaakpapillen werken niet mee
B
Je neus werkt niet mee
Slide 17 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 18 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
