Toets 2 A2 TC
1 / 16
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Maak de zin af.
Hij wil naar huis maar
Hij wil naar huis maar
Slide 2 - Question ouverte
Maak de zin af.
Erik wil naar Rotterdam daar
Erik wil naar Rotterdam daar
Slide 3 - Question ouverte
Maak de zin af.
Simon staat op om 7 uur, eerst
Simon staat op om 7 uur, eerst
Slide 4 - Question ouverte
Maak de zin af.
Eva koopt olie want
Eva koopt olie want
Slide 5 - Question ouverte
Maak de zin af.
Anja gaat naar de supermarkt daarna
Anja gaat naar de supermarkt daarna
Slide 6 - Question ouverte
Iemand is jarig. Wat schrijf je op de kaart?
Slide 7 - Question ouverte
Iemand is ziek. Wat schrijf je op de kaart?
Slide 8 - Question ouverte
Schrijf een goed adres op. Denk aan naam, straat, postcode en plaats.
Slide 9 - Question ouverte
De man is 77 jaar, de vrouw is 83 jaar. De vrouw is het ... ?
Slide 10 - Question ouverte
De man is 77 jaar, de vrouw is 83 jaar. De man is het ... ?
Slide 11 - Question ouverte
De jongen eet het .. (veel)
Slide 12 - Question ouverte
Een stoel, twee ...?
Slide 13 - Question ouverte
Een broodje, drie .. ?
Slide 14 - Question ouverte
Een koe, tien ... ?
Slide 15 - Question ouverte
Het heeft deze week veel ..........
A
regent
B
geregend
C
geregent
D
geregenen
