elektriciteit: schakelingen

elektriciteit: schakelingen
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

elektriciteit: schakelingen

Slide 1 - Diapositive

practicum
stroommeten

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je over de stroomsterkte in een serieschakeling?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Jos heeft vier manieren bedacht om de stroomsterkte door een lampje te meten. Zie de schakelschema’s in figuur 9.

Welke is juist?

Slide 5 - Diapositive

De boordlichten van een modelboot branden op een batterijtje. Anneke weet niet of de lampjes in serie of parallel geschakeld zijn. Om daar achter te komen, draait ze één van de lampjes los.

Wat zal ze zien als de lampjes parallel zijn geschakeld?

Wat zal ze zien als de lampjes in serie zijn geschakeld ?






Slide 6 - Diapositive

De boordlichten van een modelboot branden op een batterijtje. Anneke weet niet of de lampjes in serie of parallel geschakeld zijn. Om daar achter te komen, draait ze één van de lampjes los.

Wat zal ze zien als de lampjes parallel zijn geschakeld?

Ze zal dan zien dat de andere lampjes blijven branden.

Wat zal ze zien als de lampjes in serie zijn geschakeld ?

Als de lampjes in serie geschakeld zijn, gaan alle lampjes uit als Anneke één lampje losdraait.





Slide 7 - Diapositive

serie
parallel

Slide 8 - Diapositive

Niels heeft drie verschillende lampjes parallel aangesloten op één batterij. Door lampje 1 loopt een stroom van 0,1 A, door lampje 2 een stroom van 0,25 A en door lampje 3 een stroom van 0,6 A.

Bereken de totale stroomsterkte.

Slide 9 - Diapositive

Niels heeft drie verschillende lampjes parallel aangesloten op één batterij. Door lampje 1 loopt een stroom van 0,1 A, door lampje 2 een stroom van 0,25 A en door lampje 3 een stroom van 0,6 A.

Bereken de totale stroomsterkte.

Slide 10 - Diapositive

Hoe groot is de stroomsterkte bij...

A...
B...
C...
D...

Slide 11 - Diapositive

Charlotte heeft een schakeling gemaakt met vijf gelijke lampjes. 

a Welke lampjes zullen het felst branden? Waarom?

Door lampje 1 loopt een stroom van 0,6 A.

b Bereken de totale stroomsterkte die de batterij levert.

c Hoe groot is de stroomsterkte door lampje 5?


Slide 12 - Diapositive