In het begin les 8
1 / 28
La durée de la leçon est: 80 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Hoe zie je in het leven van Jakob dat hij niet op God vertrouwt? Leg uit.
Slide 12 - Question ouverte
Wat voor gevolgen heeft het dat Jakob niet op God vertrouwt?
Slide 13 - Question ouverte
Leg in je eigen woorden de landbelofte uit.
Slide 14 - Question ouverte
Wie zijn de aartsvaders?
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Wie is géén aartsvader?
A
Abraham
B
Izak
C
Jakob
D
Mozes
Slide 18 - Quiz
Wat is het natuurverbond?
A
Het verbond met Noach
B
Het verbond met Abraham
C
Het verbond met Izak
D
Het verbond met Jakob
Slide 19 - Quiz
Wat is het teken van het natuurverbond?
A
Besnijdenis
B
Doop
C
Regenboog
D
Sterren
Slide 20 - Quiz
Wat is het genadeverbond?
A
Het verbond met Noach
B
Het verbond met Abraham
C
Het verbond met Izak
D
Het verbond met Jakob
Slide 21 - Quiz
Wat is het teken van het genadeverbond?
A
Besnijdenis
B
Doop
C
Regenboog
D
Sterren
Slide 22 - Quiz
Wat is de landbelofte?
A
De belofte van een mooi land
B
De belofte van een mooie zee
C
De belofte van een groot volk
D
De belofte van een grote zee
Slide 23 - Quiz
Aan wie doet God de landbelofte?
A
Abraham
B
Izak
C
Jakob
D
Mozes
Slide 24 - Quiz
Wie zijn de stamvaders?
A
De twaalf zoons van Izak
B
De twaalf zoons van Jakob
C
De twaalf zoons van Noach
D
De twaalf zoons van Mozes
Slide 25 - Quiz
Wat is het eerstgeboorterecht?
A
De oudste zoon krijgt het grootste deel van de erfenis.
B
De jongste zoon krijgt het grootste deel van de erfenis.
C
De kleinste zoon krijgt het grootste deel van de erfenis.
D
De liefste zoon krijgt het grootste deel van de erfenis.
