Recap Unit 4 1KG

Recap Unit 4
Pak je laptop
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Recap Unit 4
Pak je laptop

Slide 1 - Diapositive

Wat komt er op de toets?
Present continuous
Toekomst (to be going to)
Woorden Unit 4
Woordvolgorde
Leesopdracht
Luisteropdracht

Slide 2 - Diapositive

Woorden op de toets
Alle woorden Unit 4
Vertalen NL -> EN + EN -> NL
Goede Engelse zin zetten
Omschreven woord opschrijven

Slide 3 - Diapositive

TO BE GOING TO
Wanneer?
Om aan te geven wat iemand van plan is of wat zeker zal gebeuren.
Hoe?
to be (am/is/are) + going to + hele ww
Voorbeeld?
I am going to visit my friends this weekend.

Slide 4 - Diapositive

to be going to 

Slide 5 - Diapositive

To be going to (+)
They ____ drive home.
A
am going to
B
is going to
C
are going to

Slide 6 - Quiz

Jake _______ (to be going to) watch TV.
A
am going to
B
is going to
C
are going to

Slide 7 - Quiz

I_______ (to be going to) watch TV.
A
am going to
B
is going to
C
are going to

Slide 8 - Quiz

I've never ... buy lots of candy. My parents think it's bad
A
can
B
could
C
been able to
D
been allowed to

Slide 9 - Quiz

Present Continuous 
Present Continuous 

Slide 10 - Diapositive

Present Continuous
When
When something happens now. Something that happens for a while.
How
I                         am walking
he/she/it          is walking
you/we/they   are walking
Signal words
now, at the moment, !
Example 
The police are investigating the murder.

Slide 11 - Diapositive

Present Continuous: vragen en ontkenningen
+  Gewone zinnen: Onderwerp  am / is / are + WW-ing

?  Vragen: nu komt am / is / are vóór het het onderwerp te staan    
           What is she doing?  (Wat is ze aan het doen?)
            Are they visiting the Statue of Liberty today?  

-  Bij ontkenningen voeg je not (of de verkorte vorm n’t) toe: 
              He isn’t staying in New York at the moment. 
              I am not doing my homework 

Slide 12 - Diapositive

Present Continuous:

Wat geef je aan met de present continuous?
A
Iets dat altijd, nooit of regelmatig gebeurt
B
Iets dat NU aan de gang is.
C
Iets dat is gebeurd in het verleden.
D
Iets dat je gaat doen.

Slide 13 - Quiz

He ____ (walk) to school right now.
A
am walking
B
is walking
C
are walking
D
walks

Slide 14 - Quiz

I ____ (teach) this class at the moment.
A
am teaching
B
is teaching
C
are teaching
D
teaches

Slide 15 - Quiz

___ I ___ (sing) right now?
A
Am - singing
B
Are - singing
C
Is - singing
D
Do - sing

Slide 16 - Quiz

(-) I ____ (sleep) at the moment.
A
are not sleeping
B
am not sleeping
C
is not sleeping
D
don't sleep

Slide 17 - Quiz

Vertaal: sla (groente)

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal: order

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal: hoesten

Slide 20 - Question ouverte

Vertaal: stomach

Slide 21 - Question ouverte

Wat nu?
Leren voor het proefwerk
Maak de Test Jezelfs, oefentoets of woordtrainers

"Klaar" zijn kan niet dus :)

Slide 22 - Diapositive