6.2 - B - Eenheid en verdeeldheid in Europa

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

6.2 - Eenheid en 

verdeeldheid

in Europa

Leerdoelen

• Je kunt beschrijven hoe de Europese Unie zich ontwikkelde.
  
  
• Je kunt uitleggen hoe de Europese Unie werkt

Verenigd Koninkrijk: geen €

Denemarken: geen €

Zweden: geen €

Polen: geen €

Hongarije: geen €

Roemenië: geen €

Bulgarije: geen €

Tsjechië: geen €

De Europese Unie

• De landen van de Europese Gemeenschap willen eind jaren '80 nog meer gaan samenwerken op sociaal, cultureel, economisch en politiek gebied.
• Vanaf 1993 werd de EEG de Europese Unie. De inwoners van de EU overal de dezelfde rechten. 
• In 2002 werd werd de euro ingevoerd. 

Leerdoel 1

Aantekeningen

• Voor samenwerking werden landen in 1952 lid van de EGKS. Doel was geen invoerrechten op kolen en staal. Later werd dit EEG, alle handel tussen lidstaten werden vrij.
  
• Vanaf 1993 werd dit de Europese Unie, grens controles werden afgeschaft en er kwam een centrale munt. 

Leerdoel 1

Europese Commissie

• De Europese Commissie bestaat uit 28 commissarissen.  
• Deze commissarissen kun je het beste vergelijken met onze ministers. 
• Elke lidstaat heeft een eigen commissaris . 
• De Commissie stelt nieuwe wetten voor en zorgt dat wetten worden uitgevoerd.

Wetgevende macht

Leerdoel 2

Europees Parlement

• Het Europees Parlement bestaat uit 751 leden.  Zij worden elke vijf jaar gekozen. 
• Elk land heeft een vast aantal zetels. 
• Het Parlement beslist over de wetsvoorstellen van de Europese Commissie. Het parlement kan alleen wetten goedkeuren of wijzigen. 

Wetgevende macht

Leerdoel 2

Raad van Ministers

• De Raad van Ministers bestaat uit alle ministers van alle lidstaten. Eigenlijk is de samenstelling elke keer anders, want als het over het milieu gaat dan komen alleen de ministers van Milieu.  De Raad van Ministers moet, net als het Europees Parlement, elk nieuw wetsvoorstel goedkeuren of afkeuren.

Leerdoel 2

Europese Raad

• Europese Raad komt vier keer per jaar bij elkaar. 
• Dit zijn de regeringsleiders van de lidstaten, ook deze samenstelling is dus wisselend. 
• Zij nemen de belangrijkste politieke besluiten. 
• Daarnaast stellen zijn richtlijnen op voor het beleid van de EU. 

Leerdoel 2

Aantekeningen

• De Europese Unie bestaat uit de Europese Commissie, dat is het dagelijkse bestuur. 
• Het Europees parlement is de volksvertegenwoordiging die de Europese Commissie controleert. 
• De belangrijkste besluiten worden genomen door de Europese Raad die bestaat uit regeringsleiders.  

Leerdoel 2

Zelfstandig werken

• Lees 'de ontwikkeling van de EU'  en 'De werking van de EU'. 
  
  
• Maak 3b, 3c, 4 en 5. 
  
  Klaar? Maak 1 en 2.