Unit 1, lesson 5 voegwoorden and, but en because

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 14 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
  1. Je weet wat voegwoorden zijn.
  2. Je kent de betekenis van drie Engelse voegwoorden And, But en Because
  3. Je kunt goede Engels zinnen maken met deze drie voegwoorden. 

Slide 2 - Diapositive

Voegwoord = conjunction
  1. And  = EN (info toevoegen)
  2. But = MAAR (tegenstelling)
  3. Because = OMDAT (reden/uitleg geven)

Slide 3 - Diapositive

And
  • And  betekent ''en''

  • Sofie uses Instagram.
  • Sofie also uses Snapchat.

  • Sofie uses Instagram and Snapchat. 

Slide 4 - Diapositive

But
  • But  betekent ''maar''. 

  • I have to write a report. 
  • My computer is broken

  • I have to write a report but my computer is broken.

Slide 5 - Diapositive

Because
Because   betekent ''omdat''.

  • I bought a new phone. 
  • The old one is broken.

  • I bought a new phone because the old one is broken. 

Slide 6 - Diapositive

Linking Words - and, but, because
and
but
because
Voegt informatie toe
Geeft tegenstelling aan
Geeft reden aan
I like peanut butter ____ I'm allergic.
I'm a student ____ I am an athlete. 
I need to sleep _____ I'm so tired.

Slide 7 - Question de remorquage

I had to go by bus ............ my bicycle is broken.

Slide 8 - Question ouverte

My sister baked a cake ......... three pies.

Slide 9 - Question ouverte

We wanted to eat in the garden ..... it started to rain.

Slide 10 - Question ouverte

I called Tom, ........ he did'nt answer.

Slide 11 - Question ouverte

I am tired ......... I went to bed late.

Slide 12 - Question ouverte

BK: maak nu
  • Via Stepping Stones online Hoofdstuk 5, Paragraaf I, writing and grammar,opdracht 53, 54, 55, 56 en 57.  

  • Klaar: Maak dan ook via Stepping Stones online, Paragraaf G, reading, opdracht 41, 42, 43 en 44. 

  • Klaar: maak dan de werkbladen Prefix Re en Suffix ER

Slide 13 - Diapositive