Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 10 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Elektriciteitsnet
Hoofdstuk 1
Elektriciteit
Slide 1 - Diapositive
Elektriciteitsnet
Hoofdstuk 1
Elektriciteit
Par. 1.1 Elektrische energie vervoeren
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe verschillende soorten energiecentrales werken
Je kunt uitleggen hoe met een generator elektrische energie wordt opgewekt.
Je kunt uitleggen hoe een transformator werkt
Je snapt waarom een transformator moet worden gebruikt bij het vervoer van elektrische energie
Slide 3 - Diapositive
Voorkennis
Noteer een apparaat of plek waar jij wel eens een transformator gezien hebt.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
hoe verschillende soorten elektriciteitscentrales werken
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Slide 14 - Vidéo
Slide 15 - Vidéo
Slide 16 - Vidéo
Werking elektriciteitscentrale
- De brander verhit water tot stoom.
- De stoom drijft een turbine (rad) aan.
- De generator (grote dynamo) wekt
wisselspanning op.
- De condensor maakt van stoom weer water.
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
Elektriciteitsnet:
Als stroom door een kabel gaat, wordt de kabel warm.
Energieverlies: minder elektrische energie over voor
eindgebruikers
Voor de minste energieverlies moet stroom over zo hoog mogelijke spanning vervoerd worden (minder warmte).
Slide 19 - Diapositive
Transformator
De spanning die wordt opgewekt is 10.000 Volt (10 kV).
Om energieverlies in de hoogspanningskabels te voorkomen moet deze spanning 380 kV worden.
Maar dat is weer teveel voor de kabels in de straat.......
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Slide 22 - Diapositive
De spanning v.h. lichtnet
Het lichtnet heeft geen gelijkspanning (zoals in batterijen en accu's) maar een wisselspanning van effectief 230 V. De frequentie is 50 Hz. Het patroon herhaalt 50 x per seconde.
Slide 23 - Diapositive
Werking van een transformator
Een transformator bestaat uit twee spoelen van geisoleerde koperdraad om een weekijzeren kern.
Primaire spoel wordt verbonden met het
lichtnet, secundaire spoel met het apparaat.
Wisselstroom gaat door de primaire spoel,
die wordt een elektromagneet.
Weekijzeren kern wordt hierdoor gemagnetiseerd.
Slide 24 - Diapositive
Werking van een transformator (2)
Gevolg - er ontstaat in de
secundaire spoel een
veranderende magneetveld,
wat een lagere wisselspanning
opwekt.
Slide 25 - Diapositive
Formule transformator
UsUp=NsNp
= spanning primaire spoel
= spanning secundaire spoel
= aantal windingen
primaire spoel
= aantal windingen
secundaire spoel
Up
Us
Np
Ns
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Vidéo
Slide 28 - Vidéo
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
10 000 Volt
380 000 Volt
10 000 Volt
230 Volt
Slide 31 - Diapositive
Wisselspanning lichtnet
f = 50 Hz
Gelijkspanning batterij
Effectieve spanning
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Vidéo
45) In een transformator wordt de spanning naar beneden gebracht. Wat weet je over deze transformator?
A
De primaire spoel heeft meer windingen dan de secundaire spoel.
B
De secundaire spoel heeft meer windingen dan de primaire spoel.
Slide 34 - Quiz
46) Een transformator werkt alleen, omdat er een wisselend magnetisch veld in de transformator wordt opgewekt. Een transformator werkt dus alleen als hij aangesloten wordt op:
A
Gelijkspanning
B
Wisselspanning
Slide 35 - Quiz
In wat voor apparaat zit een kleine transformator?
A
Adapter
B
Batterij
C
Stopcontact
D
spanningsmeter
Slide 36 - Quiz
Wat is een transformator
A
Verhoogt de spanning
B
verlaagt de spanning
C
Verhoogt en verlaagt de spanning
Slide 37 - Quiz
Wat is de formule voor de spanningsverhouding van een ideale transformator?
A
Vp * Vs = Np * Ns
B
Ip / Is = Np / Ns
C
Ip * Is = Np * Ns
D
Vp / Vs = Np / Ns
Slide 38 - Quiz
Wat is een transformator
A
een elektrisch apparaat die de elektrische spanning omhoog of omlaag kan omvormen
B
een elektrisch apparaat die de elektrische spanning omhoog kan omvormen
C
een elektrisch apparaat die de elektrische spanning omlaag kan omvormen
D
een elektrisch apparaat die het elektrische vermogen omhoog of omlaag kan omvormen
Slide 39 - Quiz
De linkerspoel in deze transformator noem je de .............. en de rechterspoel de .................... .
A
primaire spoel; secundaire spoel
B
secundaire spoel; primaire spoel
C
primaire spanning;
secundaire spoel
D
primaire spoel;
secundaire spanning
Slide 40 - Quiz
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe verschillende soorten energiecentrales werken
Je kunt uitleggen hoe met een generator elektrische energie wordt opgewekt.
Je snapt waarom een transformator moet worden gebruikt bij het vervoer van elektrische energie
Je kunt uitleggen hoe een transformator werkt
Slide 41 - Diapositive
Wat heb je geleerd?
Slide 42 - Carte mentale
Feedback over deze les
Slide 43 - Carte mentale
Opdrachten
lees par. 1.1 en maak opdracht 1 t/m 9 van paragraaf 1 blz15,16,17