Opkomst fascisme

Opkomst Fascisme
Startklaar:
  • Lesboek op tafel
  • Pen op tafel
  • Jas uit
  • Tas van tafel 
timer
1:00
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Opkomst Fascisme
Startklaar:
  • Lesboek op tafel
  • Pen op tafel
  • Jas uit
  • Tas van tafel 
timer
1:00

Slide 1 - Diapositive

Opdrachten check!
Opdrachten 2 
Pagina 151

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen:
Op het einde van deze les kun je:
  • In eigenwoorden uitleggen wat fascisme is.
  • 4 kenmerken van het fascisme benoemen
  • Onderscheid maken tussen het communisme, kapitalisme en fascisme

Slide 3 - Diapositive

4 oorzaken voor de industriële revolutie?
Wat waren de oorzaken van de industriële revolutie?
Wat waren de problemen die Duitsland had na de Eerste Wereld Oorlog?

Slide 4 - Diapositive

4 problemen Duitsland
  1. Grote herstelbetalingen aan de geallieerden
  2. Weinig productie in de Duitse fabrieken door de beperkte (Europese) handel
  3. Weinig geld om in de Duitse economie te steken
  4. Veel mensen in armoede, vooral soldaten uit de oorlog

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Grote problemen onder andere in Duitsland en Italië
  • Weinig handel
  • Weinig werk
  • Lage lonen
  • Veel armoede
  • Basisbehoefte waren erg duur 

Slide 7 - Diapositive

Ontevreden bevolking
Volgens veel mensen was de democratie de oorzaak van veel problemen waar men tegen aanliep. Er werd, volgens hen, te veel over de problemen gesproken, maar te weinig tegen gedaan.

Men wilde een sterke leider die alle problemen zou oplossen.

Slide 8 - Diapositive

Fascisme
Een manier van besturen waarbij één leider of partij alle macht heeft, met strenge regels en weinig vrijheid. 

Vaak ontstaat fascisme in een samenleving omdat het rust, eenheid en een sterke leider belooft in tijden van crisis of onzekerheid.

Slide 9 - Diapositive

4 kenmerken fascisme
  1. Een sterke leider met alle macht.
  2. Een sterke eenheid onder de bevolking.
  3. Extreem nationalisme.
    "We zijn beter dan andere."
  4. Geweld gebruiken om je doel te bereiken is oké. 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Wat was het communisme ook alweer?

Slide 12 - Diapositive

Communisme
Een idee van een samenleving waarbij iedereen ongeveer evenveel macht en geld heeft.

Slide 13 - Diapositive

4 oorzaken voor de industriële revolutie?
Wat waren de oorzaken van de industriële revolutie?
Wat zijn overeenkomsten, en wat zijn verschillen met het communisme?

Slide 14 - Diapositive

Fascisme
Communisme

Slide 15 - Diapositive

Hoe zou een fascistische leider aan de macht komen?

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Nationalisme
Mussolini maakte veel gebruik van oude Romeinse symbolen om het nationalistische gevoel aan te wakkeren.

Slide 18 - Diapositive

Mussolini
  • Leider van de Nationaal Fascistische Partij (PNF = Partito Nazionale Fascista)
  • Onderwijzer, Politicus
  • Wilde een revolutie zoals in Rusland
  • Laat zich Duce (leider) noemen
  • Eind oktober 1922 greep naar de macht
  • Zelf was hij afwezig
  • Dictator die met veel propaganda het wilde laten lijken alsof het goed ging met Italië

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Fascisme
Vandaag de dag zijn er nog veel fascistische ideeën en aanhangers van het fascisme in de samenleving.

Slide 21 - Diapositive

Leerdoelen:
Op het einde van deze les kun je:
  • In eigenwoorden uitleggen wat fascisme is.
  • 4 kenmerken van het fascisme benoemen
  • Onderscheid maken tussen het communisme, kapitalisme en fascisme

Slide 22 - Diapositive

Volgende les
Kijken we naar de groei van het Facisme

Slide 23 - Diapositive

Aan de slag!
Opdracht 6, 7 en 8
Pagina 154 
timer
4:00

Slide 24 - Diapositive