Les 1.3 starttaal vooraf thema 1: Letterlijk en figuurlijk

Letterlijk en figuurlijk
Starttaal vooraf thema les 1.3
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Letterlijk en figuurlijk
Starttaal vooraf thema les 1.3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op je tafel :
- Chromebook (studiemeter)
- Oortjes
- Map Nederlands met 
            boek Starttaal Vooraf
             portfoliowerkboek
- Potlood

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van vandaag
Ik luister goed naar de uitleg.
Ik doe actief mee.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel


Aan het einde van de les ken je letterlijk en figuurlijk taalgebruik van Starttaal Vooraf Thema 1.

Slide 4 - Diapositive

Introduceer het leerdoel van de les aan het begin van de presentatie.
letterlijk of figuurlijk
letterlijk
of
figuurlijk
taalgebruik

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Twijfel je?!
1. Is het logisch ?! moet je een beetje lachen of je fantasie gebruiken, dan is het waarschijnlijk figuurlijk

2.Luister goed of lees terug/verder

3 Weet je het echt niet? Zoek het op of vraag het!

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deniz maakt altijd grapjes tijdens de les. Hij zet de klas op stelten.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Anne houdt net als haar moeder van bakken. De appel valt niet ver van de boom.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Charlotte heeft vier zussen en veel vrienden. Haar sociale netwerk is erg groot.
A
letterlijk
B
figuurlijk

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Letterlijk of figuurlijk.....
Geef aan of de tweede zin letterlijk of figuurlijk bedoeld is.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Laura en Aren hebben vaak dezelfde mening. Ze zijn twee handen op één buik.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Pieter kent Thierry van vroeger. Thierry is een goede kennis van hem.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Eelco ruimt altijd zijn spullen op.
Hij heeft een strenge opvoeding gehad.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De buren kijken de hele dag mijn huis in. Dat is een rare eigenschap van hen.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Agnes was gisteren heel erg boos op haar moeder. Ze kookte van woede.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hij trapt in elke grap. Je kunt hem makkelijk bij de neus nemen
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je hem teveel plaagt, laat hij zijn tanden zien!
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Noud en Saar zijn klaar om op vakantie te gaan. Ze staan in de startblokken.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Klas 1F1b is een fijne groep. Ze houden altijd rekening met elkaar.
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De bijnaam
  • Bijnaam = ze bedoelen jou maar zeggen iets anders
  • Een bijnaam is een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik
  • Voorbeelden:
  • Naam: Mohammed                                 Bijnaam: Mo
  • Iemand die goed kan voetballen          Bijnaam: Messi
  • Je beste vriend(in)                                  Bijnaam: Bestie

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een bijnaam
A
Is je tweede echte naam
B
Een afkorting van je eigen naam
C
Niet je echte naam, maar mensen noemen je zo

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijnaam
A
Underground
B
Tower
C
Nickname
D
Guide

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een bijnaam voor de leeuw?
A
Afrikaanse gigant
B
koning der dieren
C
Prins van Leeuwos
D
Gele Grazer

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de bijnaam van de aarde?
A
De waterrots
B
De blauwe planeet
C
De groene planeet
D
De water planeet

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijnamen

Slide 26 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bijnaam/bijnamen zou je je vriendje noemen?

Slide 27 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Exit ticket
Heb jij de doelen van vandaag behaald?

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions