familie en gezin

familie en gezin
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecondary Education

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

familie en gezin

Slide 1 - Diapositive

Welke woorden over het thema familie ken je al?

Slide 2 - Question ouverte

Opa is de ....
A
grootvader
B
grootvadder
C
grotvader
D
grootmoeder

Slide 3 - Quiz

Lisa Simpson is de ... van Bart.
A
sus
B
zuus
C
zus
D
suus

Slide 4 - Quiz

Grootvader en grootmoeder zijn de
A
grootauders
B
grootouders
C
grotouders
D
grootouderen

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je de zus van jouw moeder?

Slide 6 - Question ouverte

Hoe noem je de broer van jouw vader?

Slide 7 - Question ouverte

Je bent het ... van jouw grootouders.
A
het kleine kind
B
het kindje
C
het lieve kind
D
het kleinkind

Slide 8 - Quiz

Het woord "neef" betekent
A
Neffe
B
Nichte
C
Cousin
D
Cousine

Slide 9 - Quiz

Ze heten Amalia, Alexia en Ariane. Armalia is de kroonprinses.
Wat zijn Amalia, Alexia en Ariane?
A
nichten
B
susen
C
tanten
D
sussen

Slide 10 - Quiz

tanten
vader
zus
zussen
moeder
grootvader
tante
grootvaader
moedder
vadder

Slide 11 - Question de remorquage

Opdracht:
a) Schrijf een tekst over jij en over jouw familie. Schrijf rond 20 woorden.
b) Teken een stamboom van jouw familie. Begin met jouw grootouders.

Slide 12 - Diapositive

Oefenen voor het profwerk
1) Familienbeziehungen beschreiben 
2) Verben im Präsens konjugieren
3) Personalpronomen 
4) einen Text über dich selbst schreiben

Slide 13 - Diapositive