1.1 persoonlijk voornaamwoorden

Personalpronomen
Persoonlijke voornaamwoorden
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Personalpronomen
Persoonlijke voornaamwoorden

Slide 1 - Diapositive

Ziele
Ich kann die Personal Pronomen benutzen
(ik kan de persoonlijke voornaamwoorden toepassen)

Slide 2 - Diapositive

Was sind Personalpronomen?

Slide 3 - Diapositive

Was sagst du mit ein Personalpronomen?

Slide 4 - Diapositive

Die Personalpronomen
ich
du
er, sie, es
wir
ihr 
sie/ Sie

Slide 5 - Diapositive

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
zij/U
jullie
wij
hij/zij/het
jij
ik

Slide 6 - Question de remorquage

(jullie) seid toll!
A
wir
B
ihr

Slide 7 - Quiz

Wo bist (jij)
A
du
B
es

Slide 8 - Quiz

(hij) ist nett
A
er
B
sie
C
es

Slide 9 - Quiz

Sabina wohnt
Sabina is hetzelfde als...
A
du
B
er
C
sie
D
es

Slide 10 - Quiz

Opa ist alt
Opa is hetzelfde als...
A
er
B
sie
C
es
D
ich

Slide 11 - Quiz

Ich, Kim und Sabine essen
Ich, Kim und Sabine zijn hetzelfde als..
A
ihr
B
wir
C
sie

Slide 12 - Quiz

Ziele
Ich kann die Personal Pronomen benutzen
(ik kan de persoonlijke voornaamwoorden toepassen)

Slide 13 - Diapositive

Willst (jij) auch essen

Slide 14 - Question ouverte

(ik) kann lernen

Slide 15 - Question ouverte

(wij) haben Spaß

Slide 16 - Question ouverte

Ik kan de persoonlijke voornaamwoorden gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Sondage

Slide 18 - Vidéo

Hausaufgaben
Projektarbeit 'Deutschland kennenlernen'

Slide 19 - Diapositive