1.4 - Uitkomen met je geld

1.4 - Uitkomen met je geld
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1.4 - Uitkomen met je geld

Slide 1 - Diapositive

Heb jij inkomen?

Slide 2 - Carte mentale

Soorten inkomen
  • Loon / salaris = het inkomen dat je ontvangt als je voor een baas werkt
  • Winst = het inkomen dat je verdient met een eigen bedrijf
  • Uitkering = het inkomen dat je krijgt van de overheid als je bijvoorbeeld werkloos of arbeidsongeschikt bent.


Slide 3 - Diapositive

Van welk soort inkomen weet je van te voren niet hoeveel het is?
A
loon
B
winst
C
salaris
D
uitkering

Slide 4 - Quiz

Soorten uitgaven
Vaste lasten = met regelmaat (je zit hier vaak aan vast)
  • Abonnement, huur/hypotheek
Dagelijkse uitgaven = meestal huishoudelijk
  • Boodschappen
Incidentele uitgaven = af en toe
  • Vakantie, nieuwe apparaten, auto

Slide 5 - Diapositive

Huishoudelijke uitgaven
Vaste lasten
Incidentele uitgaven
Huur
Vakantie
Meubels
Energie
Verzekering
Uitgaan
Persoonlijke verzorging
Boodschappen
Nieuwe telefoon

Slide 6 - Question de remorquage

Aan het werk
Boek: 
PleinM vmbo kgt 1VE - H 1 Verstandig kopen
Maken:
1.4 Uitkomen met je geld - opdrachten 1 t/m 7

Slide 7 - Diapositive

Uitkomen met je inkomen
Begroting
= Overzicht van verwachte inkomsten en uitgaven

Voor grote uitgaven kan je beter wat geld opzij zetten. 
Dit heet geld reserveren.

Slide 8 - Diapositive

Wat is het doel van een begroting?
A
Een begroting zorgt ervoor dat je genoeg geld uitgeeft.
B
Een begroting dient als bewijs voor de belastingdienst
C
Een begroting geeft je inzicht in je toekomstige inkomsten en uitgaven.
D
Een begroting is een goede oefening in hoofdrekenen.

Slide 9 - Quiz

Rekenen:
Van week naar maand

1 jaar bestaat uit:
  • 52 weken
  • 12 maanden

Formule:
Bedrag per week x 52 : 12
= bedrag per maand
Rekenen:
Van maand naar week

1 jaar bestaat uit:
  • 52 weken
  • 12 maanden

Formule:
Bedrag per maand x 12 :52
= bedrag per week

Slide 10 - Diapositive

Welk bedrag moet je per maand reserveren als je over 1,5 jaar een nieuwe fiets wil kopen van 800 euro?
A
Eur. 50,00
B
Eur. 44,44
C
Eur. 45,00
D
Eur. 40,25

Slide 11 - Quiz

Aan het werk
Boek: 
PleinM vmbo kgt 1VE - H 1 Verstandig kopen
Maken:
1.4 Uitkomen met je geld - opdrachten 8 t/m 15
daarna
Werkblad "Rekenen met procenten"

Slide 12 - Diapositive