Formuleren - Samengestelde zinnen

Samengestelde zinnen
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Samengestelde zinnen

Slide 1 - Diapositive

Deze les
Uitleg samengestelde zinnen
Opdrachten maken

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Je leert wat samengestelde zinnen zijn.
Je weet dat een samengestelde zin meerdere persoonsvormen heeft.
Je weet wat voegwoorden zijn.

Slide 3 - Diapositive

Karel loopt op straat.
Zijn fiets is kapot.

Slide 4 - Question ouverte

De leerlingen zijn te laat op school.
De brug stond open.

Slide 5 - Question ouverte

Twee soorten zinnen
Enkelvoudige zin (1 persoonsvorm):
De docent roept de leerlingen.
De leerlingen stoppen met praten.

Samengestelde zin (meer dan 1 persoonsvorm):
De docent roept de leerlingen en de leerlingen stoppen met praten.

Slide 6 - Diapositive

Twee soorten zinnen
Enkelvoudige zin
De docent roept de leerlingen.
Zij horen hem niet.

Samengestelde zin
De docent roept de leerlingen, maar zij horen hem niet.

Slide 7 - Diapositive

Voegwoorden
Twee enkelvoudige zinnen worden vaak met elkaar verbonden door een voegwoord. 

en, maar, of, want, dus, omdat, terwijl, zodat, nadat, als, toen

Slide 8 - Diapositive

Mijn schoenen zijn te klein.
Ik ga nieuwe kopen.

Slide 9 - Question ouverte

Ik trek een dikke jas aan.
Ik krijg het niet koud.

Slide 10 - Question ouverte

Het had gestormd.
De weg was bezaaid met takken.

Slide 11 - Question ouverte

Aan de slag
Opdrachten maken
Opdracht 1-12

Nieuw Nederlands online 
H1
Taalverzorging 2: samengestelde zinnen

Slide 12 - Diapositive

Evaluatie
Wat is het verschil tussen een enkelvoudige en samengestelde zin?

Slide 13 - Diapositive