Lesson Up Les 6 Literatuur: Schrijven voor geld en De Verlichting

Les 6 Literatuur

Schrijven voor geld
&
De Verlichting
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Les 6 Literatuur

Schrijven voor geld
&
De Verlichting

Slide 1 - Diapositive

Schrijven voor geld
  • Broodschrijver = een auteur die voor geld schreef en van zijn werk probeerde te leven. Beroep dat een enorme bloei kende in de 18e eeuw. Zowel brave burgers met geen talent als zeer talentvolle schrijvers werkten als broodschrijver.

  • Er werd met minachting naar deze broodschrijvers gekeken want deze auteurs maakte het niet uit wat ze schreven. Veel broodschrijvers lieten hun principes los omdat ze geld verdienen belangrijker vonden dan vasthouden aan hun principes.

Slide 2 - Diapositive

Schrijven voor geld

  • Er waren echter veel schrijvers nodig want in de 18e eeuw werden enorm veel boeken gedrukt, talloze essays geschreven en verschillende tijdschriften uitgegeven. 
  • Beroemde broodschrijvers: Betje (Elisabeth) Wolff, Gerrit Paape en Justus van Effen.
  • Het leven van een broodschrijver was hard. Moest heel veel produceren in een korte tijd. Geen bescherming, je werk kon zo illegaal worden nagedrukt met een andere naam eronder. Veel schrijven, veel zitten. 
  • Hun ellendige positie werd hun kracht: het maakte rebellen van de broodschrijvers en daardoor gingen ze steeds meer in tegen gangbare politieke en religieuze opinie. 

Slide 3 - Diapositive

De Verlichting
  • Doel: angst en bijgeloof laten verdwijnen en de mens op zichzelf te laten vertrouwen, op zijn verstand, hart en intuïtie.
  • Belangrijke pijler: niet God maar de mens zelf was verantwoordelijk voor zijn geluk of ongeluk.
  • Startpunt in Nederland: de werken van Baruch Spinoza. 

Slide 4 - Diapositive

Baruch Spinoza
Quote

Slide 5 - Diapositive

Spinoza (1632 - 1677)
  • Voorloper van de Europese Verlichting van de 18e eeuw.
  • De natuur houdt zichzelf in beweging en niet God.
  • Geesten, demonen, de duivel en wonderen bestaan niet.
  • Het scheppingsverhaal is een fabeltje.
  • Geestelijken zijn overbodig.
  • Voorstander van vrijheid van meningsuiting en tolerantie.
  • Voorstander voor scheiding van kerk en staat.
  • Uitgangspunten overgenomen door filosofen als Diderot en Rousseau.
  • Kant: "Sapere aude". = Heb de moed je van je eigen verstand te bedienen. (Durf te denken.)

Slide 6 - Diapositive

'Gematigde Verlichting'
  • De meeste Nederlanders bleven in God geloven en wensten geen maatschappij zonder de beschavende invloed van religie. Daarom spreken we in Nederland van een 'christelijke' of 'gematigde' Verlichting. God werd beschouwd als de intelligente ontwerper van het heelal. Zo botsten wetenschap en religie 'niet'.

  • Op politiek gebied werden mensen wel radicaler. Vanaf 1870 meer roep om vrijheid, gelijkheid en broederschap. (Franse   Revolutie idealen 1789-1799) Voorbeelden: de Brabantse Omwenteling van 1789 en de oprichting van de Bataafse Republiek   in de noordelijke Nederlanden in 1795.  

  • De revoluties hadden niet kunnen plaatsvinden zonder de vele manieren van nieuws verspreiden zoals men die in de 18e   eeuw had: encyclopedieën, tijdschriften, kranten, pamfletten, en literatuur.



Slide 7 - Diapositive

Hollandse Spectator
  • Spectatoriale tijdschriften waren een in de achttiende eeuw populair soort periodieken waarin maatschappelijke, godsdienstige en letterkundige zaken worden behandeld, hoofdzakelijk in essayvorm.
  • Frequent verschijnende koffiehuisgeschriften voor een doorsneepubliek met brede culturele belangstelling 
  • De spectator, letterlijk "toeschouwer", is het masker waarachter zich de auteur verschuilt. Vaak is de auteur anoniem.
  • Het bekendste Nederlandse voorbeeld is De Hollandsche Spectator van Justus van Effen, gestart in 1731. Schreef over uiteenlopende onderwerpen: mode, opvoeding, weelde, het studentenleven, literatuur, taalkunde en godsdienst.

Slide 8 - Diapositive

Verspreidingskanalen in de 18e eeuw
  • encyclopedieën
  • tijdschriften: spectatoriaal, satirisch, politiek
  • genootschappen
  • literatuur: (brief)romans, sentimentele romans
  • kinderliteratuur 
  • prozatoneel
  • koffiehuizen


Slide 9 - Diapositive

Genootschappen

De achttiende eeuw was de eeuw van de genootschappen. Er waren honderden leesgezelschappen, minstens zestig letterkundige genootschappen, tientallen toneelgenootschappen, medische, natuurkundige en wetenschappelijke genootschappen en talloze vrijmetselaarsloges. 

Allemaal zetten ze zich in voor de samenleving. Dat die samenleving verre van volmaakt was, wakkerde het enthousiasme alleen maar aan.


Slide 10 - Diapositive

Koffiehuizen
  • Een van de manieren om op de hoogte te blijven van het nieuws was een bezoek aan een koffiehuis. Dit relatief nieuwe verschijnsel werd in de achttiende eeuw hét symbool van het moderne, verlichte stadsleven. 
  • Het koffiehuis was in de 17e en 18e eeuw dé ontmoetingsplaats voor intellectuelen, schrijvers, dichters, maar ook voor het gewone volk. 
  • Hoewel er koffie werd geschonken, was vooral 'de ontdekking van het bijeenzijn' de grote succesfactor. 
  • In veel Europese landen bestond een koffiehuis-cultuur.
  • Al snel dook het koffiehuis op in achttiende-eeuwse literatuur.

Slide 11 - Diapositive

Kinderliteratuur
In de achttiende eeuw erkenden volwassenen steeds meer de eigen aard van kinderen. Tegelijkertijd waren ze van mening dat kinderen zo snel mogelijk volwassen moesten worden en nuttig voor de maatschappij moesten zijn. 

Kinderboeken vormden een belangrijk medium om dit opvoedingsdoel te verwezenlijken en de roep om leesmateriaal dat aansloot bij dit verlichte kindbeeld zorgde in de tweede helft van deze eeuw voor een snelle toename in de kinderboekenproductie. 

Slide 12 - Diapositive