spijsvertering
1 / 31
La durée de la leçon est: 52 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
welke organen moet het voedsel passeren voordat het uitgescheiden wordt?
Slide 2 - Carte mentale
4. Etenswaren leggen de volgende route af: mondholte, keelholte, slokdarm, maag, ____ , dikke darm
A
dunne darm
B
alvleesklier
C
lever
D
galblaas
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Welke enzymen helpen om voedsel kleiner te maken
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
sleep de woorden naar de juiste plek
strottenklepje
huig
mondholte
luchtpijp
neusholte
Slide 11 - Question de remorquage
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
wat is een belangrijke functie van het zoutzuur in de maag
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Vidéo
wat is de belangrijkste functie van de DUNNE darm
A
onttrekken van vocht
B
opname van voedingsstoffen in het bloed
C
colibacteriën zorgen voor aanmaak vitamine B en K
D
klein maken voesel
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Vidéo
sleep de woorden naar de juiste plek
chylvat
bloedvat
verteerd voedsel
darmvlok
Slide 19 - Question de remorquage
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Vidéo
welke functie hoort NIET bij de dikke darm
A
onttrekken van vocht/indikken voedselbrij
B
colibacteriën vormen vitamine B en K
C
vertering cellulose
D
opname van voedingstoffen in bloed
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Lien
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Welke 2 hormonen maakt de alvleesklier?
A
lipase & insuline
B
glucagon & amylase
C
insuline & glucagon
D
amylase & lipase
Slide 30 - Quiz
In welke drie processen speelt de lever een grote rol?
