BS 11.4: De iris en de ooglens

BS 11.4: De iris en de ooglens
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

BS 11.4: De iris en de ooglens

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Herhaling BS 11.3
  • Leerdoelen
  • Uitleg BS 11.4
  • Opdrachten maken
  • Wat hebben we geleerd?

Slide 2 - Diapositive

Herhaling BS 11.3
Benoem de onderdelen met hun functie

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe de pupilreflex de grootte van de pupil regelt.
  • Je kunt beschrijven hoe op het netvlies een scherp beeld ontstaat.

Slide 4 - Diapositive

Welk onderdeel in het oog gebruikt spieren voor de pupilreflex?
A
De pupil zelf
B
Het hoornvlies
C
Het netvlies
D
De iris

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Vidéo

Pupilreflex
De lengtespieren: van de pupil naar de buitenrand van de iris.
  • Als die samentrekken, wordt de pupil groter (meer licht in oog)

De kringspieren: rondom de pupil. 
  • Als die samentrekken, wordt de pupil kleiner (minder licht in oog)




Kunnen dus nooit allebei tegelijk samentrekken!

Slide 7 - Diapositive

Zien
  • Beeld komt verkeerd om op je netvlies door lens
  • Impuls wordt gemaakt door zintuigcellen
  • Hersenen verwerken impuls en zorgt dat wij het goed om zien

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Scherp zien
Lens kan boller en platter worden om scherp te zien = accommoderen

Kringspier om lens heen waar lensbandjes aan zitten
  • Kringspier aangespannen = lensbandjes ontspannen
  • Kringspier ontspannen = lensbandjes aangespannen 
  • (net als bij pupilreflex: is de een ontspannen is de ander aangespannen!)

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Opdrachten maken
Maak BS 11.4: opdrachten 1, 2, 3, 5, 6, 7

Slide 12 - Diapositive

Wat hebben we geleerd?
  • Welke 2 soorten spieren zorgen voor de pupilreflex?
  • Hoe lopen die spieren in de iris?
  • Wat gebeurt er als ze samentrekken?
  • Wat is accommoderen?
  • Hoe werkt de kringspier om de lens en wat doet dat met de lensbandjes?

Slide 13 - Diapositive