les 10 quiz H1,2,3

Welkom H3B!
Economie: les 10


Ga zitten volgens de plattegrond s.v.p. :)
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom H3B!
Economie: les 10


Ga zitten volgens de plattegrond s.v.p. :)

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Vragen?

Hoofdstuk 1,2,3

Slide 3 - Diapositive

Schrijf 1 basis- en 1 secundaire behoefte op

Slide 4 - Question ouverte

Benoem een dienst, een gebruiksgoed en een verbruiksgoed

Slide 5 - Question ouverte

Noem een voorbeeld van zelfvoorzienend zijn

Slide 6 - Question ouverte

Inkomen uit arbeid
Inkomen uit bezit
Overdrachts-
inkomen
Loon
zakgeld / uitkering
Rente

Slide 7 - Question de remorquage

Primair inkomen
Secundair inkomen (besteedbaar)
Loon
 uitkering
Rente

Slide 8 - Question de remorquage

Vaste lasten
Huidhoudelijke 
uitgaven
Incidentele uitgaven
Hypotheek
Vakantie
Boodschappen

Slide 9 - Question de remorquage

Budget & budgetlijn
Raza verdiend €5 inkomen uit arbeid per week en krijgt €7,50 zakgeld per week. Wat is haar maandelijkse budget? (twee decimalen)

Gebruik €55 --> Teken een budgetlijn voor Raza als een panini €2,75 kost en een pizza €5,-

Slide 10 - Diapositive

Schrijf een spaarmotief + voorbeeld op

Slide 11 - Question ouverte

Samengestelde en enkelvoudige rente
Billy Blij stort € 1,750 voor drie jaar op een spaarrekening met 3% rente

Q1: Bereken zijn spaarsaldo na drie jaar. Doe dit met samengestelde rente.
Q2: Bereken de rente die Gerrie ontvangt. Doe dit met enkelvoudige rente.





Q1: (1+0,03)^3 x €1750 = €1912,27 nieuw spaarsaldo

Q2: €1750 x 0,03 = €52,50
€52,50 x 3 jaar= €157,50 rente na 3 jaar

Slide 12 - Diapositive

Krediet kosten
Rowan wil een scooter kopen voor € 2,500. Hij sluit een lening af voor dit bedrag en die hij terug betaald binnen 3 jaar. 
Elke maand betaald hij € 75,-

1: Bereken de krediet kosten
2: Bereken de rente in %


Q1: 3 years x 12 = 36 months
36 x €75 - €2500 = 200

Q2: 200 : 2500 x 100% = 8%

Slide 13 - Diapositive

Leg het verschil uit wat een onderpand is.

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive