Les 1 W3

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Wonen en huishouden

                      W3

Les 1

Programma

• Introductie W3
• Theorie les 
• Zelfstandig werken

Leerdoelen

• Aan het einde van de les weet je wat je de komende weken met W3 gaat doen
• Aan het einde van de les weet je wat waarom het belangrijk is om een prettige leefomgeving te hebben
• Aan het einde van de les weet je wat een goede leefomgeving is

https:

Voorbeelden van taken waar ondersteuning van jou nodig is:

 - de organisatie en/of het uitvoeren van lichte huishoudelijke schoonmaakwerkzaamheden,  

- het doen van inkopen,

- het beheren van voorraden,

- het bereiden van maaltijden,

- het opmaken van bedden,

- het wassen en strijken van kleding en textiel,

- het realiseren van een optimaal woon en leefklimaat,

Bij dit vak worden bepaalde bovengenoemde taken getoetst met een praktijkopdracht

Leefomgeving: De leefomgeving wordt gevormd door materiële omgeving en de sociale omgeving waarin mensen verblijven: de ruimte binnen en buiten, maar ook de anderen met wie de omgeving wordt gedeeld. 

Waarom is het van belang om een prettige leefomgeving te hebben?

Goede leefomgeving:

Functioneel

Sfeervol en verzorgd

Veilig
(sociaal en fysiek)

Ordelijk, opgeruimd en schoon

Zelfstandig werken

Opdrachten op teams maken
Boek leefomgeving Thema 1.1
Opdrachten: 1A,2B, 3A, 3C, 4A, 4B, 5B.

Vul groepscode in: 75YBZB7Q (zo kan ik zien of je de opdrachten hebt gemaakt)

Nog geen licentie? zie dan opdracht volgende slide

Opdracht voor studenten die nog geen licentie hebben:

Maak een moodbord voor een kamer die een goede leefomgeving kan aanbieden voor een bepaalde cliënt (Zie volgende slide waaruit je kunt kiezen)

Gebruik hiervoor een word-document zodat je het kan inleveren bij docent (op teams)
De titel is: goede leefomgeving voor … ( beschrijf de cliënt die je hebt uitgekozen)

De volgende punten moeten erin voorkomen:

- Schets inrichting kamer ( dit mag ook op papier getekend worden)

- Kleur muren en decoratie op muren

- 4 praktische spullen/materialen die aansluiten om de behoefte/wensen van de cliënt

Uit welke clienten kun je kiezen:

- dementerende ouder houdt van 70s muziek
- een autistisch cliënt en houdt van vliegtuigen

- puberende probleemjongere die graag muziek maakt

- client in een rolstoel die graag van dansen houdt 

- een gokverslaafde die van de natuur houdt.