Bij actieve bloedingen stroomt in korte tijd veel bloed uit een wond.
Bij een aderlijke bloeding stroomt het bloed gelijkmatig uit de wond.
Het hart klopt het bloed met kracht door de slagaders. Daarom bloeden slagaderlijke bloedingen heviger. Het bloed stroomt krachtiger en met stoten uit de wond.
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
BloedingenMBOStudiejaar 1
Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Actieve bloedingen
Bij actieve bloedingen stroomt in korte tijd veel bloed uit een wond.
Bij een aderlijke bloeding stroomt het bloed gelijkmatig uit de wond.
Het hart klopt het bloed met kracht door de slagaders. Daarom bloeden slagaderlijke bloedingen heviger. Het bloed stroomt krachtiger en met stoten uit de wond.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wat zijn geen bloedvaten?
A
haarvaten
B
slagaders
C
lymfevaten
D
aders
Slide 3 - Quiz
Wat is de taak van de aders?
A
zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
D
Zuurstofrijk bloed aan spieren en organen afstaan.
Slide 4 - Quiz
Wat is de taak van slagaders?
A
Zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
Slide 5 - Quiz
Wat is de taak van haarvaten?
A
Zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
D
Zuurstofrijk bloed langs spieren en organen leiden om bijv. zuurstof te brengen.
Slide 6 - Quiz
Wat doe je bij hevige bloedingen?
A
Meteen 112 bellen.
B
De wond omhoog laten houden
C
Het slachtoffer in de stabiele zijligging leggen
Slide 7 - Quiz
Hoeveel liter bloed heeft een volwassene?
A
2-3 liter
B
5-6 liter
C
8-10 liter
D
12-14 liter
Slide 8 - Quiz
Waar begin je mee als je een snelverband wil aanleggen?
A
De wond ontsmetten
B
2 strookjes kleefpleister knippen
C
Het verwijderen van kleding
Slide 9 - Quiz
Waarom moet je sieraden verwijderen bij verwondingen aan arm of hand?
A
Die zitten vol bacteriën
B
Die gaan knellen bij het verbinden
C
Die kunnen kwijtraken in het ziekenhuis
Slide 10 - Quiz
De meeste actieve bloedingen ontstaan doordat er een vreemd voorwerp in de huid is gedrongen (glas, mes, etc.)
Wanneer het voorwerp nog in de wond zit en/of eruit steekt, kan men geen druk uitoefenen op de plaats van de wond.
Als de wond hevig bloedt, kun je aan weerszijden van het voorwerp druk uitoefenen.
Probeer verdere schade te voorkomen door het voorwerp niet te bewegen.
Slide 11 - Diapositive
Een wonddrukverband wordt toegepast(meerdere antwoorden mogelijk)
A
bij brandwonden
B
bij slagaderlijke bloedingen
C
bij grote wonden
D
bij snijwonden
Slide 12 - Quiz
Verbinden met een ideaal zwachtel is altijd..........
A
naar het hart toe
B
van beneden naar boven en weer terug
C
van het hart af
D
alleen naar boven en niet weer terug
Slide 13 - Quiz
EHBO
Bloedingen
Slide 14 - Diapositive
Actieve bloedingen
Bij actieve bloedingen stroomt in korte tijd veel bloed uit een wond.
Bij een aderlijke bloeding stroomt het bloed gelijkmatig uit de wond.
Het hart klopt het bloed met kracht door de slagaders. Daarom bloeden slagaderlijke bloedingen heviger. Het bloed stroomt krachtiger en met stoten uit de wond.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Wat zijn geen bloedvaten?
A
haarvaten
B
slagaders
C
lymfevaten
D
aders
Slide 17 - Quiz
Wat is de taak van de aders?
A
zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
D
Zuurstofrijk bloed aan spieren en organen afstaan.
Slide 18 - Quiz
Wat is de taak van slagaders?
A
Zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
Slide 19 - Quiz
Wat is de taak van haarvaten?
A
Zuurstofarm bloed naar het hart brengen.
B
Zuurstofarm bloed naar de organen leiden.
C
Zuurstofrijk bloed naar de organen leiden.
D
Zuurstofrijk bloed langs spieren en organen leiden om bijv. zuurstof te brengen.
Slide 20 - Quiz
Wat doe je bij hevige bloedingen?
A
Meteen 112 bellen.
B
De wond omhoog laten houden
C
Het slachtoffer in de stabiele zijligging leggen
Slide 21 - Quiz
Hoeveel liter bloed heeft een volwassene?
A
2-3 liter
B
5-6 liter
C
8-10 liter
D
12-14 liter
Slide 22 - Quiz
Waar begin je mee als je een snelverband wil aanleggen?
A
De wond ontsmetten
B
2 strookjes kleefpleister knippen
C
Het verwijderen van kleding
Slide 23 - Quiz
Waarom moet je sieraden verwijderen bij verwondingen aan arm of hand?
A
Die zitten vol bacteriën
B
Die gaan knellen bij het verbinden
C
Die kunnen kwijtraken in het ziekenhuis
Slide 24 - Quiz
De meeste actieve bloedingen ontstaan doordat er een vreemd voorwerp in de huid is gedrongen (glas, mes, etc.)
Wanneer het voorwerp nog in de wond zit en/of eruit steekt, kan men geen druk uitoefenen op de plaats van de wond.
Als de wond hevig bloedt, kun je aan weerszijden van het voorwerp druk uitoefenen.
Probeer verdere schade te voorkomen door het voorwerp niet te bewegen.
Slide 25 - Diapositive
Doen!
Laat het slachtoffer bij voorkeur zitten of liggen.
Breng het gewonde lichaamsdeel hoger dan het hart.
verwijder eventuele sieraden.
Oefen druk uit op de wond tot het bloeden vermindert/stopt.
Leg een traumazwachtel, snelverband en eventueel wonddrukverband aan.
Beoordeel het slachtoffer op shock.
Zorg voor professionele hulp en stel de vitale functies veilig.
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Vidéo
Slide 28 - Vidéo
Aanleggen van een snelverband
Kies een maat snelverband dat goed over de wond heen past.
Open de verpakking en haal het snelverband er opgerold uit.
Rol een stukje van het verband af totdat het kompres helemaal zichtbaar wordt.
Leg het snelverband met één beweging op de wond.
Rol de zwachtel verder af van dun naar dik (richting het hart). Bedek met de eerste slag een gedeelte van het kompres en de huid.
Plak de zwachtel met een stukje kleefpleister vast.