1.2 Australië: een enorm land
1 / 26
La durée de la leçon est: 7 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
In welk deel van Australië is de bevolkingsdichtheid het hoogst?
Dit deel
Slide 2 - Question de remorquage
Onderdelen van een kaart
Titel
Legenda
Noordpijl
Schaal
Slide 3 - Question de remorquage
Slide 4 - Diapositive
Schaalniveau:
A
Continentaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Lokaal
Slide 5 - Quiz
Schaalniveau:
A
Regionaal
B
Lokaal
C
Nationaal
D
Mondiaal
Slide 6 - Quiz
Schaalniveau:
A
Mondiaal
B
continentaal
C
regionaal
D
lokaal
Slide 7 - Quiz
Inzoomen of uitzoomen?
van Limburg naar Nederland
van Limburg naar Nederland
A
inzoomen
B
uitzoomen
Slide 8 - Quiz
Bij het inzoomen en uitzoomen van een kaart gaat het over:
A
de schaal
B
het schaalniveau
Slide 9 - Quiz
Inzoomen of uitzoomen?
van de wereld naar Europa
van de wereld naar Europa
A
inzoomen
B
uitzoomen
Slide 10 - Quiz
Inzoomen of uitzoomen?
A
inzoomen
B
uitzoomen
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Vidéo
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
De absolute afstand is
A
De afstand in 1 rechte lijn gemeten
B
De afstand over de weg
C
De afstand voor je gevoel
D
De afstand in tijd
Slide 16 - Quiz
De absolute afstand:
A
Kan veranderen
B
Is voor iedereen anders
C
Verandert nooit
D
Verandert per vervoermiddel
Slide 17 - Quiz
De relatieve afstand
A
Is voor iedereen hetzelfde
B
Kan verschillend zijn voor iedereen
C
Kan niet veranderen
D
Is altijd in één rechte lijn
Slide 18 - Quiz
Een ticket naar Londen is goedkoper dan met de auto naar Berlijn
Van Coevorden naar Maastricht is in een rechte lijn gemeten 300 kilometer
Het duurt 4 uur en 20 minuten om van Lyon naar Dyon te rijden met de auto
Een duif vliegt in een rechte lijn van Amsterdam naar Moskou
Relatieve afstand
Relatieve afstand
Absolute afstand
Absolute afstand
Slide 19 - Question de remorquage
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Wat gebeurt er als je uitzoomt op een kaart?
A
De werkelijkheid wordt steeds meer verkleind.
B
De werkelijkheid wordt steeds meer vergroot.
C
Je ziet steeds meer details.
D
Je ziet een kleiner gebied.
Slide 23 - Quiz
Wat gebeurt er als je inzoomt op een kaart?
A
De werkelijkheid wordt steeds meer vergroot.
B
Je ziet een groter gebied.
C
Je ziet steeds minder details.
D
De werkelijkheid wordt steeds meer verkleind.
Slide 24 - Quiz
Wat is een voorbeeld van een ingericht landschap?
A
Onbewoond natuurgebied
B
Oerwoud met wilde dieren
C
Onontgonnen berggebied
D
Gebied met huizen, wegen, akkers en weilanden
Slide 25 - Quiz
Waar in Australië is vooral veel ingericht landschap te vinden?
A
Bij de kust en eilanden
B
Zuiden en zuidwesten
C
Noorden en midden
D
Oosten, zuidoosten en westen
