M2 Herhaalles H3 Lucht

Herhaalles H3 Lucht
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Herhaalles H3 Lucht

Slide 1 - Diapositive

Planning

Slide 2 - Diapositive

Welk gas komt het meeste voor in de lucht?
A
Zuurstof
B
Koolstofdioxide
C
Water
D
Stikstof

Slide 3 - Quiz

Welk woord hoort op welk wit balkje? Sleep het goede antwoord naar het balkje
Stikstof
Zuurstof
Koolstofdioxide
Waterstof
Edelgas

Slide 4 - Question de remorquage

Hoe wordt het laagje lucht rond de aarde genoemd? 

Slide 5 - Diapositive

Hoe hoger je binnen de dampkring bent, hoe meer zuurstof er in de lucht is.
Waar
Niet waar

Slide 6 - Sondage

Welke 3 dingen heb je nodig voor een verbranding?

Slide 7 - Question ouverte

Aardgas
Zuurstof
Koolstofdioxide
Waterdamp

Slide 8 - Question de remorquage

De verbranding van aardgas... 
 Wat heb je nodig om een gasbrander aan te steken?
 > Lucifer
 > Aardgas = een brandstof
 > Zuurstof


 Wat ontstaat er bij de verbranding van aardgas?
> Warmte
> Waterdamp
> Koolstofdioxide

Slide 9 - Diapositive

Hoe kan je aantonen dat koolstofdioxide vrijkomt bij een verbranding?
A
Als je je hand erbij houdt, voel je druppels ontstaan.
B
Kalkwater wordt troebel door koolstofdioxide.
C
Kalkwater verkleurt door koolstofdioxide.

Slide 10 - Quiz

Hoe hoger je komt, hoe lager de luchtdruk wordt. Dit kun je ook zien in de grafiek hiernaast. Op 15 km hoogte is de druk veel lager dan op 1 km hoogte. 

Hoe komt dit? 

Slide 11 - Diapositive

Leg uit hoe het komt dat een ballon in een vacuümpomp groter wordt.

Slide 12 - Question ouverte

Wat kun je meten met een barometer?
A
De druk
B
De luchtdruk
C
De overdruk

Slide 13 - Quiz

Als het goed is, heb je in dit hoofdstuk het verschil tussen de luchtdruk en de gasdruk geleerd. Leg in 2 zinnen uit wat dit verschil precies is.

Slide 14 - Question ouverte

Als een manometer 0 bar aangeeft, dan is er geen luchtdruk meer in de afgesloten ruimte.
Waar
Niet waar

Slide 15 - Sondage

Manometer
De band heeft een druk van 5,4 bar. 
Hoeveel druk geeft de manometer aan ?
5,4 bar
4,4 bar
3,4 bar
5 bar

Slide 16 - Question de remorquage

Manometer
Een manometer geeft de overdruk in de afgesloten ruimte aan. Als de manometer op 0 bar staat, betekent dat de gasdruk net zo groot is als de luchtdruk. Er is dan geen drukverschil, dus zal de manometer 0 bar aangeven. 

Slide 17 - Diapositive

Kijk naar het plaatje van de thermosfles. Leg uit waarom juist de schuimlaag zo belangrijk is voor het warm houden van thee in een thermosfles. 

Slide 18 - Diapositive

Op de volgende slide zie je een afbeelding. Bekijk deze eerst goed, voor je doorklikt naar de vraag die bij de afbeelding hoort. 

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Hoe komt het dat warme lucht opstijgt?
A
Door de massa
B
Door het gewicht
C
Door de dichtheid

Slide 21 - Quiz

Lucht kan goed functioneren als isolator. Welke voorwaarde is daar voor nodig?
A
De lucht moet in beweging zijn.
B
De lucht moet warm zijn.
C
De lucht moet stilstaan.
D
De lucht moet eerst koud zijn om daarna goed te kunnen opwarmen.

Slide 22 - Quiz

PO Lucht
Op It's Learning staat een document waaruit je 1 PO gaat kiezen. 

Slide 23 - Diapositive

Afsluiten
Vrijdag 12 februari: formatieve toets H3 op It's Learning.
> leer je aantekeningen! 
> je hebt nodig: aantekeningen, kladblaadje, rekenmachine. 

Woensdag 17 februari: INLEVEREN PO Lucht. 
Kies een proefje, beantwoord de vragen en lever hem in op It's Learning. 

Slide 24 - Diapositive

Succes met het leren van de formatieve toets. 

Slide 25 - Diapositive