Afsluiting H2 21-12

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

EMH1H

Dagmenu

Overzicht hoofdstuk 

Quiz

Stadstaten

De hervormingen 

Kleisthenes wilt hervormen en af van de tiran

Athene wordt een democratie

Demos=volk

Kratein= Regeren 

Het volk mag stemmen over wetten

Wie heeft er macht

Vrije burgers (mannen)

Wie heeft er geen macht 

Vrouwen

slaven

Immigranten 

Cultuur bij de Grieken

• Godsdienst
• Kunst
• Denken 
• Wetenschap 

Rome een koninkrijk (753-509 v.Chr.)

• Rome is een monarchie 
• Rome wordt bestuurd door een koning

De Republiek (509 tot 27 v. Chr.)

• Rome wordt een republiek
  
• Rome wordt bestuurd door de senaat
  
• Rome is vanaf dit moment een aristocratie

Julius Caesar (44 v. Chr.)

• Julius Caesar is Romeins generaal en populair

Hij wilt alleen heersen

Hij wordt vermoord door leden van de senaat. 

Vanaf 27 v.Chr.

• Augustus wordt keizer
• Onder zijn gezag is er een tijd van vrede 

• De Pax Romana

De Romeinen in Nederland 

Imperialisme= Het uitbreiden van het grondgebied en de macht van een land of rijk door ander gebied te veroveren en andere volken te overheersen.

Handel en leger

• Door het goed georganiseerde leger konden de Romeinen makkelijk andere volkeren overheersen.
• Voor zowel het leger, als de handel werden er wegen aangelegd. 

Alle wegen leiden naar Rome

2.4.1 Verspreiding van het Christendom 

In het jaar dat Jezus geboren wordt zijn de Romeinen aan de macht in het huidige Israël. 

Religie in het Romeinse Rijk

Polytheïstisch 

Meerdere goden

Monotheïsme 

Mono= één

Er is één god

Christendom

Jodendom

Islam

      

Jezus krijgt volgelingen

• Jezus zijn leerlingen
• Het Nieuwe Testament 
• Jezus Christus krijgt veel volgelingen 
• Vooral vrouwen, slaven en arme Romeinen zijn aangetrokken tot het Christendom. 

Christenen in het Romeinse Rijk

• Ze worden voor de leeuwen gegooid
• Er komen steeds meer Christenen
• Keizer Constantijn staat het Christendom toe in het Romeinse Rijk (323 n. Chr.)
• Keizer Theodosius maakt het Christendom verplicht voor alle Romeinen (394 n.Chr.)

Hoe werd Athene bestuurd voor de hervormingen van Kleisthenes?

1. Democratie
2. Aristocratie
3. Oliecratie
4. Monarchie

Wat betekent het woord Demos

1. Weinig
2. Koninkrijk
3. Senaat
4. Volk

In Athene was er een democratie, wie hadden hier de macht?

1. De rijke mensen
2. De vrije burgers
3. De bevolking

De Grieken kwamen andere volkeren tegen, dat zetten ze aan tot denken. Hoe noemen het Griekse denken?

1. Filosoferen
2. Socratessen
3. Verifiëren
4. Hippocrates

Was het geloof van de Grieken monotheïstisch of polytheïstisch?

1. monotheïstisch
2. polytheïstisch

Wie is de Griekse god van onweer?

1. Poseidon
2. Zeus
3. Pallas Athene
4. Hades

Hoe werd Rome rond de stichting (753 v.Chr.) bestuurd?

1. Monarchie
2. Aristocratie
3. Democratie

De Etruskische koning werd verjaagd uit Rome. Wie had nu de macht?

1. De bevolking
2. De senaat
3. De raad van 500
4. De raad van 30

Wie zijn er aan de macht bij een aristocratie?

1. Kleine groep mensen
2. De hele bevolking
3. De koning

44 v. Chr. is het jaar dat Julius Caesar wordt vermoord. Wie was hij?

1. Een Romeinse keizer
2. Een lid van de senaat
3. Een Romeinse generaal

Wat wilde Julius Caesar doen met de Republiek?

1. Afschaffen en alleen heersen
2. Uitbreiden over de hele wereld
3. Een democratie van maken?

Vanaf 27 v. Chr. is het Romeinse Rijk een keizerrijk. Wie is de eerste Keizer?

1. Octavianus
2. Augustus
3. Julius Caesar
4. Juli

Welke afbeelding past het beste bij het begrip Limes?

1. 
2. 
3. 

Welk begrip past bij de volgende uitleg: 'De Romeinse cultuur werd overgenomen door andere volkeren '

1. Imperialisme
2. Limes
3. Romanisering

Zelfstandig werken

Wat: 2.4

Hoe: zelfstandig

Hoe lang: 15 minuten

Als je klaar bent: nakijken