H7 voorkennis + par.3

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Welkom

Verdeel jezelf over het lokaal en log in op LessonUp. 

Wat heb je nodig op jouw tafel?

- Boek

- Schrift 

- Etui + rekenmachine 

- Laptop om in te loggen op LessonUp 

Planning

1.    H7 par.2 (leerdoelen + huiswerk bespreken) 

2.   H7 par.3 interactieve uitleg 

3.   H7 par.3 aan de slag 

4.   Afsluiting (terugkoppeling leerdoelen) 

H7 par.2 opgave 13

Deze landen zijn minder welvarend. De koopkracht van hun bevolking is laag.

H7 par.2 opgave 15

Bijvoorbeeld:

 - Nederland heeft door vergrijzing op den duur te weinig werknemers.

 - Nederlandse werknemers zijn te hoog geschoold voor sommige werkzaamheden.

H7 par.2 opgave 16

Het duurt lang voordat Europese regels voor alle lidstaten gelijk zijn.

H7 par.2 opgave 17

a Landen met lage tarieven voor vennootschapsbelasting moeten hun tarieven verhogen, waardoor er eerlijker concurrentie mogelijk is.

 b Nieuwsbericht:

  Multinationals sluiten gunstige belastingdeals af met sommige EU-landen. Dat verandert niet als de (officiële) tarieven veranderen.

  Eigen argument, bijvoorbeeld:

  Landen willen hun gunstige concurrentiepositie om bedrijven te lokken niet opgeven

H7 par.2 opgave 20

1) Lagere rente --> consumenten gaan meer lenen en minder sparen  de bestedingen nemen toe --> meer productie en werkgelegenheid (= economische groei).

 

2)  Lagere rente --> producenten gaan meer lenen om te investeren  meer productie en werkgelegenheid (= economische groei).

Leerdoel 1: Ik weet welke afspraken er binnen de Europese Unie zijn.

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed

Leerdoel 2: Ik weet waarom er verschillen zijn tussen EU-landen.

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed

Leerdoel 3: Ik weet wat de taken van de Europese Centrale Bank zijn.

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed

22a. Noem twee redenen waarom je producten bij een buitenlandse webshop zou bestellen.

22b. Hoe hoog is de invoerbelasting in euro's?

22b. Hoe hoog is de btw in euro's?

27. In welk van onderstaande vier situaties wordt de verhouding tussen landen juist weergegeven?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Welke redenen kan de Europese Unie hebben voor het nemen van protectiemaatregelen?

1. Beschermen van de concurrentie in de EU.
2. Beschermen van de import in de EU.
3. Beschermen van de productie in de EU.
4. Beschermen van de werkgelegenheid in de EU.

Een graan producerend land wil handels belemmerende maatregelen treffen. Zo wil het ervoor zorgen dat er meer graan overblijft voor de eigen bevolking. Op welke manier kan de regering van dit land dat doen?

1. Door het instellen van exportbelasting
2. Door het instellen van exportsubsidie
3. Door het instellen van importquota.
4. Door het instellen van invoerrechten

Als Nederland invoerrechten heft op spijkerbroeken uit Amerika, worden deze broeken ... voor consumenten in Nederland

1. Duurder
2. Goedkoper

Als de EU een importquotum voor staal invoert, is dat ... voor de werkgelegenheid in de Europese staalindustrie

1. Goed
2. Slecht

Exportsubsidies maken producten uit het eigen land ... voor buitenlandse afnemers.

1. Goedkoper
2. Duurder

28. Leg uit dat vrijhandel de welvaart van de consument kan laten toenemen.

29. Wat moet er op plek a,b,c,d komen te staan?

Na lang onderhandelen tussen de EU en ontwikkelingslanden is afgesproken onderlinge handel vrijer te maken. De EU moet daarom haar invoerrechten en exportsubsidies gaan aanpassen.

1. De invoerrechten van de EU moeten dalen.
2. De invoerrechten van de EU moeten stijgen.

Na lang onderhandelen tussen de EU en ontwikkelingslanden is afgesproken onderlinge handel vrijer te maken. De EU moet daarom haar invoerrechten en exportsubsidies gaan aanpassen.

1. De exportsubsidies van de EU moeten dalen.
2. De exportsubsidies van de EU moeten stijgen.

Met welke stelling ben jij het eens?

1. Door het afschaffen van protectiemaatregelen kan de werkgelegenheid in Nederland toenemen.
2. Door het afschaffen van de protectiemaatregelen zal de werkgelegenheid in Nederland afnemen

Aan de slag

H7 par.3 opgaves 23 t/m 26 + 30

Belasting op ingevoerde producten noem je ... of ... of ...

Als er een maximum gesteld wordt aan het aantal in te voeren producten, heet dat ... of ...

Bij een ... mogen er helemaal geen producten worden ingevoerd.

Met ... krijgen bedrijven financiële steun van de overheid om hun producten goedkoper in het buitenland te verkopen.