spreekwoorden uit Nederland

spreekwoorden
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsISK

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

spreekwoorden

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent:
'Ga toch fietsen'?
A
Pak je fiets en ga een stukje fietsen.
B
Val mij niet lastig.
C
Ik begrijp de uitleg.
D
Je best doen.

Slide 2 - Quiz

Welk spreekwoord zie je op het plaatje?
A
Op die fiets.
B
Het roer omgooien.
C
Met iemand zaken doen.
D
De bloemetjes buiten zetten.

Slide 3 - Quiz

Wat betekent:
'Een viswijf'?
A
Een vrouw die van vissen houdt.
B
Een vrouwelijke vis.
C
Een vrouw die veel scheldt en schreeuwt.
D
Een vrouw die vaak onbeleefd is.

Slide 4 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Een boer op klompen.
B
Niet in zeven sloten tegelijk lopen.
C
Dat kun je op je klomp aanvoelen.
D
Nu breekt m'n klomp.

Slide 5 - Quiz

Wat betekent:
'Klap van de molen hebben'?
A
Iets onbelangrijk vinden.
B
Dat is overduidelijk.
C
Van een slechte situatie in een nog slechtere situatie komen.
D
Gek zijn. Niet goed bij je verstand zijn.

Slide 6 - Quiz

Wat betekent:
'Na regen komt zonneschijn'?
A
Het regent heel hard.
B
Van een slechte situatie in een nog slechtere situatie komen.
C
Als het vandaag regent, hebben we morgen zon.
D
Na slechte tijden komen goede tijden.

Slide 7 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Naar iets vissen.
B
Oude koeien uit de sloot halen.
C
Met iemand in zee gaan.
D
Niet in zeven sloten tegelijk lopen.

Slide 8 - Quiz

Wat betekent:
'Zich de kaas van het brood laten eten'?
A
Er geen verstand van hebben.
B
Snel actie ondernemen.
C
Iets laten afpakken waar je recht op hebt.
D
Overleven niet opgeven.

Slide 9 - Quiz

Bij welke 2 spreekwoorden horen bij de betekenis:
'Het regent heel hard'?
A
Na regen komt zonneschijn.
B
Het regent pijpenstelen.
C
De regen komt met bakken uit de hemel vallen.
D
Van de regen in de drup komen.

Slide 10 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Boven water komen.
B
Met iemand in zee gaan.
C
Een dijk van een vent.
D
Het hoofd boven water houden.

Slide 11 - Quiz

Wat betekent:
'Boven water komen'?
A
Iets terugvinden dat je kwijt was.
B
Overleven en niet opgeven.
C
Snel actie ondernemen.
D
Dat is overduidelijk

Slide 12 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Zo Hollands als haring met uitjes.
B
Als haringen in een Ton.
C
Naar iets vissen.
D
Een viswijf.

Slide 13 - Quiz

Wat betekent:
'Zo Hollands als haring met uitjes'?
A
Je best doen.
B
Iemand die onbeleefd, grof of lomp is.
C
Een grote sterke man.
D
Iets of iemand die typisch Nederlands is.

Slide 14 - Quiz

Wat betekent:
'kantje boord'?
A
Je best doen.
B
Te laat zijn met iets.
C
Iets terug vinden dat je kwijt was.
D
Iets wat op het allerlaatste moment goed of fout gaat.

Slide 15 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Het leven gaat niet altijd over rozen.
B
De bloemetjes buiten zetten.
C
Het gras is altijd groener bij de buren.
D
Een viswijf.

Slide 16 - Quiz

Wat betekent:
'Het roer omgooien'?
A
Dat wat je nog moet doen.
B
Iets op een heel andere manier gaan doen.
C
Overleven niet opgeven.
D
Snel actie ondernemen.

Slide 17 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij:
'Je best doen'?
A
Iets voor de boeg hebben.
B
Naar iets vissen.
C
Alle zeilen bij zetten.
D
Aan de bak.

Slide 18 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Een boer op klompen.
B
Klap van de molen hebben.
C
Dat kun je op je klomp aanvoelen.
D
Dat zet geen zoden aan de dijk.

Slide 19 - Quiz

Wat betekent:
'Bij de vleet'?
A
In overvloed, meer dan voldoende hebben.
B
Dat is overduidelijk.
C
Overleven niet opgeven.
D
Snel actie ondernemen.

Slide 20 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij:
'Ik begrijp de uitleg'?
A
Op die fiets.
B
Met iemand in zee gaan.
C
Ga toch fietsen.
D
Naar iets vissen.

Slide 21 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Er geen gras over laten groeien.
B
Achter het net vissen.
C
Het gras is altijd groener bij de buren.
D
Bij de vleet.

Slide 22 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij:
'Bij andere lijkt het vaak beter'?
A
Het leven gaat niet altijd over rozen.
B
Het gras is altijd groener bij de buren.
C
Er geen gras over laten groeien.
D
Na regen komt zonneschijn.

Slide 23 - Quiz

Welk spreekwoord hoort bij het plaatje?
A
Naar iets vissen.
B
Achter het net vissen.
C
Een viswijf.
D
Zo Hollands als haring met uitjes.

Slide 24 - Quiz

Wat betekent:
'Op een oude fiets moet je het leren'?
A
Je leert fietsen op de oude fiets van je broer of zus.
B
Val mij niet Lastig.
C
Ik begrijp de uitleg.
D
Een jonge man kan veel leren over liefde van een oudere vrouw.

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive