Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 7: Water
Slide 1 - Diapositive
Lesplanning
Herhaling van de vorige les (quiz)
Uitleg over §3 + 4
Aan de slag!
Slide 2 - Diapositive
Het naar de bodem zakken van klei en slib noem je...
A
erosie
B
verwering
C
verslibbing
D
sedimentatie
Slide 3 - Quiz
Hiernaast zie je 2 wielen, die zijn onstaan/gemaakt door...
A
boeren, zo hebben de koeien te drinken
B
door heftige regenval
C
ontstaan bij een dijkdoorbraak
D
omhoogstromend grondwater
Slide 4 - Quiz
Door afwatering zakt de bodem van veenpolders in, dat proces noem je
A
verklinking
B
verstening
C
inklinking
D
instening
Slide 5 - Quiz
Wat voor een soort polder zie je hiernaast?
A
veenpolder
B
droogmakerij
C
zeepolder
D
landpolder
Slide 6 - Quiz
Dit is een foto in Flevoland. Wat voor polder zie je hier?
A
zeepolder
B
veenpolder
C
droogmakerij
D
landpolder
Slide 7 - Quiz
Welk begrip past het beste bij de afbeelding?
A
Sluis
B
Bemaling
C
Natuurlijke afwatering
D
Riviermonding
Slide 8 - Quiz
Herhaling H7 §2
Bemaling
Het wegpompen van water uit een polder
Boezem
Tijdelijk opslaggebied van water dat bestaat uit kanalen en meren
Kwel
Het stromen van grondwater
Slide 9 - Diapositive
Hoofdstuk 7: Water
§3: Watergebruik en waterwinning
§4: Waterkwaliteit en waterkwantiteit
Slide 10 - Diapositive
Begrippen deze les van H7 §4
✅
Slide 11 - Diapositive
Wat is ongeveer de land / water verdeling op aarde?
A
50% land
50 % water
B
30 % land
30 % water
C
70 % land
30 % water
D
30 % land
70 % water
Slide 12 - Quiz
Van al dat water op aarde, wat is de verdeling van zout water / zoet water?
A
50% zout water
50 % zoet water
B
98% zout water
2% zoet water
C
70% zout water
30% zoet water
D
30% zout water
70% zoet water
Slide 13 - Quiz
In de oceaan vinden we geen zoet water. Het zoete water vinden we: 30% in de grond, 69% in ijskappen & gletsjers, 1% = rivieren & meren.
Van al het water op aarde kunnen we slechts 0.014% gebruiken als drinkwater.
Dus wij als mens moeten....
A
Blikje in die water, ik vind helemaal mooi
B
Zuinig omgaan met water
C
Onze plas filteren en drinkwater ervan maker
D
Gewoon zout water gaan drinken
Slide 14 - Quiz
Begrippen deze les van H7 §3
✅ Drinkwater
✅ Industrieel watergebruik
✅ Proceswater
✅ Koelwater
✅ Watervoetafdruk
✅ Oppervlaktewater
✅ Filterende werking
✅ Spaarbekkens
✅ Zoetwaterzak
Slide 15 - Diapositive
Begrippen deze les van H7 §4
✅ Brak water
✅ Rijkswaterstaat
✅ Waterschappen
✅ Waterkwaliteit
✅ Waterkwantiteit
✅ Verdroging
Slide 16 - Diapositive
Watergebruik
Zoet water wat wij als mensen gebruiken noemen we ook wel drinkwater (=Water dat geschikt is voor menselijke consumptie)
Waarvoor gebruiken we drinkwater?
- Huishoudelijk watergebruik
Slide 17 - Diapositive
Watergebruik
Zoet water wat wij als mensen gebruiken noemen we ook wel drinkwater (=Water dat geschikt is voor menselijke consumptie)
Waarvoor gebruiken we drinkwater?
- Huishoudelijk watergebruik
- Industrieel watergebruik (=water gebruik in fabrieken)
Slide 18 - Diapositive
Watergebruik
Er zijn 2 verschillende soorten watergebruik door fabrieken:
1. Proceswater 2. Koelwater
Slide 19 - Diapositive
Watergebruik
De optelsom van je huishoudelijk watergebruik, het industrieel water en het water dat in de landbouw nodig is voor de producten die je gebruikt, is per Nederlander gemiddeld 6.000 liter per dag!
Dat noem je de watervoetafdruk.
Slide 20 - Diapositive
Waterwinning
Waar komt al dat water wat wij gebruiken vandaan? Dat wordt gewonnen uit:
Uit grondwater
Uit oppervlaktewater
Uit de duinen
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Vidéo
Waterwinning uit grondwater
Regenwater zakt langzaam de grond in (infiltratie)en zakt naar een waterdragende laag. De grond heeft een filterende werking.
Slide 23 - Diapositive
Waterwinning uit oppervlaktewater
Oppervlaktewater (=water aan het oppervlakte, zoals rivieren, meren, sloten etc.)
Dat water moet men eerst heel goed zuiveren voordat het te gebruiken is als drinkwater.
Slide 24 - Diapositive
Waterwinning uit oppervlaktewater
Oppervlaktewater (=water aan het oppervlakte, zoals rivieren, meren, sloten etc.)
Water uit rivieren wat schoongemaakt is wordt opgeslagen in spaarbekkens.
Slide 25 - Diapositive
Waterwinning uit de duinen
In en onder de duinen is veel zoetwater te vinden.
Dat het zoet is heeft ook te maken met de grondsoort: zand.
Zand heeft een goede doorlaatbaarheid. (In tegenstelling tot klei)
Slide 26 - Diapositive
Waterwinning uit de duinen
Zout water is zwaarder dan zoet water. Zoet water drijft dan ook op zoutwater.
Dat noemen ze ook wel een zoetwaterzak.
Brak water (= mengsel zoet en zout water)
Slide 27 - Diapositive
Waterwinning uit de duinen
A-Er valt neerslag.
B-Neerslag zakt in de duinen weg.
C-Rivierwater wordt diep in de grond gepompt.
D-Gefilterd water wordt opgepompt voor drinkwater.
E-Zout water stroomt langzaam onder de duinen door landinwaarts.
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Vidéo
§4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
Wie zorgen ervoor dat we schoon drinkwater uit de kraan krijgen?
Ome Rutte en de overheid..
Slide 30 - Diapositive
§4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
Er is nogal wat te regelen over water. Op landelijk niveau voert Rijkswaterstaat de landelijke wetten uit. Bij de uitvoering van werk langs de grote rivieren en de kust zie je daarom bordjes en auto’s van Rijkswaterstaat.
Slide 31 - Diapositive
§4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
Naast Rijkswaterstaat is Nederland per regio verdeeld in Waterschappen.
De Waterschappen hebben 4 taken:
Taak 1: Waterkwaliteit -> zorgen voor schoon water.
Taak 2: Waterkwantiteit -> zorgen voor de juiste hoeveelheid water. Dus bij teveel water, afvoeren. En bij te weinig water, water vasthouden om verdroging tegen te gaan.
Taak 3: Nederland beschermen tegen overstromingen -> Zorgen voor goede dijken, duinen, stuwen.