Les 3 herhaling K1 gram. D + E

Du hast 2 Minuten für:


Je hebt 2 min om: 
  • mobiel in de wandtas
  • oortjes uit
  • je zit op je vaste plek
timer
2:00
Voordat de docent begint met de les heb je op tafel
+ laptop + schrift + planagenda 
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Du hast 2 Minuten für:


Je hebt 2 min om: 
  • mobiel in de wandtas
  • oortjes uit
  • je zit op je vaste plek
timer
2:00
Voordat de docent begint met de les heb je op tafel
+ laptop + schrift + planagenda 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wie is aanwezig?
Nog geen schrift voor Duits?  Geef dit aan als ik je naam roep!

Slide 3 - Diapositive

Was machen wir heute?
- planagenda
- Grammatica check
- Grammatica uitleg
- opdrachten maken online (plein of lokaal)

Slide 4 - Diapositive

Planagenda:
5 September 2024 
  • maken:
  • 1.2 --> opdr. 1 + 2
  • 1.4 --> opdr. 9 / 10 / 11 
  • 1.5 --> opdr. 1
  • leren: aantekeningen schrift "Lidwoorden (bepaald + onbepaald)
  



timer
3:00

Slide 5 - Diapositive

Het persoonlijk voornaamwoord: hij
A
sie
B
er
C
wie
D
es

Slide 6 - Quiz

Het persoonlijk voornaamwoord: het
A
er
B
es
C
Sie
D
wir

Slide 7 - Quiz

Het persoonlijk voornaamwoord: u
A
Sie
B
sie
C
wir
D
ihr

Slide 8 - Quiz

Wij gaan nu werkwoorden vervoegen

(feesttenten)

Slide 9 - Diapositive

Ich (spielen)
A
spielt
B
spiele
C
spielen
D
gespielt

Slide 10 - Quiz

ihr (machen)
A
machen
B
machst
C
macht
D
mache

Slide 11 - Quiz


Wir (hören) gerne Musik.
A
hore
B
höre
C
hörst
D
hören

Slide 12 - Quiz

du (kaufen).
A
kaufet
B
kaufe
C
kaufen
D
kaufst

Slide 13 - Quiz

Ik ken de "persoonlijke voornaamwoorden" in het Duits
JA
Ik moet ze nog leren!

Slide 14 - Sondage

Ik kan "gewone" regelmatige werkwoorden vervoegen.
(Feesttenten - regel)
JA
Ik moet nog oefenen!

Slide 15 - Sondage

DE LIDWOORDEN
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der
die
das
die
Het lidwoord van het meervoud is altijd die

ein(e(een) en kein(eis een onbepaald lidwoord

Slide 16 - Diapositive

groep 1--> klaslokaal
groep 2 --> plein

Slide 17 - Diapositive



0nline op de laptop Kapitel 1:

zie planagenda

Klaar? -->  aantekeningen leren (Lidwoorden)

timer
15:00
timer
15:00
Zelfstandig en stil
fluisterstem

Slide 18 - Diapositive

Docent

Slide 19 - Diapositive