hefbomen

1 / 36
suivant
Slide 1: Vidéo
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Eenvoudige hefboom

Slide 2 - Diapositive

Werklijn.
De arm is de kortste afstand tussen
de richting waarin de kracht werkt
en het draaipunt.
Werkwijze:
  • Teken een verticale lijn vanuit de kracht loodrecht op de horizontale as waar het draaipunt ligt.





Slide 3 - Diapositive

Werklijn.
De arm is de kortste afstand tussen
de richting waarin de kracht werkt
en het draaipunt.
Werkwijze:
Teken een verticale lijn vanuit de kracht loodrecht op de horizontale as waar het draaipunt ligt.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Enkele hefboom
Een schroevendraaier om een verfblik open te maken is een enkele hefboom. Er is maar één hefboom die om het draaipunt beweegt.


Slide 6 - Diapositive

Een dubbele hefboom
Een nijptang bestaat uit een dubbele hefboom.
Bereken de kracht op de spijker.

Slide 7 - Diapositive

Hoe groot is het moment? M = F x l

Slide 8 - Question ouverte

Het moment van de spierkracht is
A
0,46 Nm
B
0,56 Nm
C
52 Nm
D
5,7 Nm

Slide 9 - Quiz

het moment van de kracht van 100 N is
A
60 Nm
B
60 N
C
60 m
D
0,0060 Nm

Slide 10 - Quiz

H 6.1 "werken met hefbomen"

Slide 11 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt het moment van een kracht berekenen.
  • Je kunt uitleggen wanneer een hefboom in evenwicht is.
  • Je kunt de krachten en armen berekenen bij een hefboom in evenwicht.
  • Je kunt de krachten en armen berekenen bij een hefboom in werktuigen.
  • Je kunt bij een hefboom in evenwicht beschrijven op welke manier met een kleine kracht een grote kracht wordt uitgeoefend.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Vidéo

Hefboom
Een hefboom heeft:
  • Een draaipunt
  • Een korte arm (grote kracht)
  • Een lange arm (kleine kracht)

Slide 17 - Diapositive

Moment = Kracht x Arm?

  • Het moment van een kracht is gelijk aan de grootte van de kracht x de lengte van de arm.
  • De arm van een kracht is de afstand tussen de werklijn van de kracht en de draai-as van de hefboom.


  • Een hefboom is in evenwicht als de som van de momenten linksom gelijk is aan de som van de momenten rechtsom.

Slide 18 - Diapositive

In symbolen


M = moment in Nm (newton * meter) 
F = kracht in N(ewton)
l = arm (lengte vanaf draaipunt) in m(eter)
M=F1L1

Slide 19 - Diapositive

Hefboom in evenwicht?

Hangt af van:

- de grootte van de krachten (N)

- de afstand tussen de krachten en de draai-as (m)

Slide 20 - Diapositive

Hefboom in evenwicht
Kracht 1 x Arm 1 = Kracht 2 x Arm 2

F = kracht in N (Newton)
L = Lengte van de arm in m (meter)
F1L1=F2L2
Formule:

Slide 21 - Diapositive

Hoe groot is het moment? M = F x l

Slide 22 - Question ouverte

Slide 23 - Vidéo

Slide 24 - Vidéo

Balanceer lab

Met de volgende link kom je op het balanceer lab van Phet Colorado. Hier kun je oefenen met de hefboomwet.


Probeer eerst de inleiding uit, daarna het lab en doe daarna het spel om te zien of je het hebt begrepen.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Lien

Wat is de eenheid van moment?
A
Newton
B
meter
C
Newton.meter
D
Newton per meter

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Diapositive

F1 = ?N
l1 = 150 cm

F2 = 1500 N
l2 = 25 cm

F1 = 250 N
F1l1=F2l2
F1=150150025

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Het moment van de spierkracht is
A
0,46 Nm
B
0,56 Nm
C
52 Nm
D
5,7 Nm

Slide 31 - Quiz

het moment van de kracht van 100 N is
A
60 Nm
B
60 N
C
60 m
D
0,0060 Nm

Slide 32 - Quiz

Werken met hefbomen
Werklijn.
De arm is de kortste afstand tussen
de richting waarin de kracht werkt
en het draaipunt.
Werkwijze:
  • Teken een verticale lijn vanuit de kracht loodrecht op de horizontale as waar het draaipunt ligt.





Slide 33 - Diapositive

Is deze hefboom in evenwicht?

Toon met een berekening aan of deze hefboom in evenwicht is of niet.

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Diapositive

Zwaartekracht, zwaartepunt en grondoppervlak

Slide 36 - Diapositive