W23 - 1HM - Formuleren H6

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Hallo allemaal!

Week 23

Lieve leerlingen, 

deze week beginnen jullie met formuleren hoofdstuk 6.  In deze les kijken jullie formuleren hoofdstuk 5 na, krijgen jullie een stukje theorie met bijbehorende vragen. Tot slot geef ik het huiswerk op. 

Maar eerst... Wat weet je nog
van formuleren H5?
Noteer het hier!

Waar zijn verwijswoorden voor?

Welke verwijswoorden gebruik je voor de-woorden?

Schrijf 2 zinnen met de verwijswoorden die horen bij 'het'

Nakijken

Zojuist hebben jullie formleren H5 herhaald. Nu gaan jullie het huiswerk nakijken. De antwoorden staan op de volgende slides.

Ik ben benieuwd naar jullie antwoorden op vraag 4. Noteer hieronder je antwoord op vraag 4.

Kennen / kunnen en liggen / leggen

Deze werkwoorden worden vaak verkeerd gebruikt. Zo gebruik je deze woorden goed:

• kennen: iets weten of geleerd hebben
  
• kunnen: in staat zijn om iets te doen
• liggen: zich bevinden, rusten
• leggen: iets doen 

Maak 2 zinnen met het werkwoord 'kennen'

Maak 2 zinnen met het werkwoord 'kunnen'

Maak 2 zinnen met het werkwoord 'liggen'

Maak 2 zinnen met het werkwoord 'leggen'

Ezelsbruggetje

kennen = kennis

kunnen = vaardigheden

Ezelsbruggetje

liggen = ergens op rusten of zich ergens bevinden

leggen = je geeft het ergens een plaats

Huiswerk

Taalverzorging Formuleren H6 opdr 1 t/m 6 (uiterlijk 6 juni af).

Het huiswerk wordt online gecontroleerd, dus maak het huiswerk online! Vorige week hebben veel leerlingen dat niet gedaan.

Vergeet niet dagelijks 30 minuten uit je leesboek te lezen!

Succes!